Argumentatie alles herhaling

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

NEDERLANDS

Vandaag

• Herhaling argumentatie (les 17, 18 en 19)
• Opdracht

--> we herhalen alles van argumentatie tot nu toe

Argumentatie =

Iemand overtuigen

Overtuigen = overhalen.
Je wilt je gelijk krijgen!

Hoe doe je dat?

Dat kan zo:

...maar dat is natuurlijk niet hoe we het willen hebben

Hoe dan wel????

Standpunt

Standpunt = stelling = mening

Dit is wat de schrijver vindt

VB: School moet vrijwillig worden

Argumenten

Argumenten ondersteunen het standpunt

Hoe meer argumenten hoe beter
Hoe meer argumenten gebaseerd op feiten hoe beter

Soorten argumenten

Feitelijk = controleerbaar
Waarderend = niet te controleren. Bevat een oordeel

VB: School moet vrijwillig worden want je mag mensen nergens toe verplichten en dan heb je alleen nog maar gemotiveerde leerlingen. 

Argumenten herken je aan het signaalwoord want

Signaalwoord staat niet altijd in de tekst maar in je hoofd kun je ze voor een argument zetten.

Kijk maar:

Standpunt: School moet vrijwillig worden 

Argumenten:

want je mag mensen nergens toe verplichten
want dan heb je alleen nog maar gemotiveerde leerlingen

Les 18

Argumentatievormen:

Enkelvoudig --> stelling + argument

Vb: school moet vrijwillig worden want je mag mensen nergens toe verplichten

Les 18

Argumentatievormen:

Meervoudig --> stelling + argument + argument (+argument)...

School moet vrijwillig worden want je mag mensen nergens toe verplichten en dan heb je alleen nog maar gemotiveerde leerlingen. 

Les 19

Meervoudig

Tegenargument/weerlegging

Als je tegen het standpunt/argument van de ander ingaat (of als als iemand tegen die van jou ingaat) noem je dat een tegenargument/weerlegging

VB: Je mag leerlingen wél verplichten om naar school te gaan omdat het voor hun eigen bestwil is

Oefenen

Standpunt: werklozen moeten wel/niet verplicht vrijwilligerswerk doen

Kom met argumenten 
- meervoudig
- nevenschikkend
- onderschikkend

Bedankt!

Vragen?