2 Vaste woonplaats laatste les voor de toets

Vaste woonplaats
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vaste woonplaats

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Kennen en kunnen
  • Herhaling theorie Een vaste woonplaats
  • Begrippen herhalen

Slide 2 - Tekstslide

Kennen en kunnen:
Als je klaar bent met dit blok, kun je:

  • vertellen hoe mensen planten gingen verbouwen en dieren gingen houden.
  • uitleggen wat het verschil is tussen akkerbouw, veeteelt en landbouw.
  • de belangrijkste landen, wateren en steden in het Midden-Oosten aanwijzen op een kaart.
  • voorbeelden noemen van hoe mensen het landschap veranderden om aan landbouw te kunnen doen, vroeger en nu.
  • vertellen waar in Nederland de eerste boeren woonden.
  • voorbeelden noemen van resten van de eerste boeren in Nederland.
  • uitleggen waarom boeren in verschillende delen van de wereld verschillende producten verbouwen.
  • vertellen in welke landen van de wereld het meeste voedsel wordt geproduceerd.







Slide 3 - Tekstslide

Het ontstaan van landbouw
  • Mensen trekken niet meer rond.
  • Zaden van de grootste vruchten zaaien
  • Wilde plantensoorten werden landbouwgewassen
  • Zaaien en oogsten op speciale velden: Akkers -Akkerbouw
  • Mensen werden boeren : Veranderen hun omgeving
Tekst
De Vruchtbare Halvemaan.
De eerste boeren die planten en dieren geschikt maakten voor de landbouw, woonden ongeveer 10.000 jaar geleden in het Midden-Oosten. Door de vorm van het gebied heet dit gebied ook wel de Vruchtbare Halvemaan.

Slide 4 - Tekstslide

Veeteelt
  • Dieren die het het meeste melk gave en makkelijk te fokken waren werden gehouden.  
  • Wilde dieren werden tamme huisdieren; de koe, het schaap en de geit. 

Slide 5 - Tekstslide

Aanpassingen voor de landbouw
  • Vaste woonplaats: tijd over voor andere dingen zoals het bouwen van betere huizen. Zo ontstaan dorpen
  • Hierdoor bescherming tegen wilde dieren
  •  Boeren produceren meer voedsel = meer mensen in hetzelfde gebied
Samen bedachten ze werktuigen om sneller en beter voedsel te kunnen maken.

Slide 6 - Tekstslide

  • Boeren leren veel over de natuur: Kennis van lucht, water, voedingsstoffen en licht voor planten. 
  • Temperatuur
  •  Bodem kan uitgeput raken, geen voedingsstoffen meer. 
Soms is de grond te droog. Boeren gingen het land verbeteren voor de voedselproductie. Ze gebruikten daarvoor mest en irrigatie. Ze lieten water uit een rivier over de te droge grond lopen.

Slide 7 - Tekstslide

De eerste boeren in Nederland
  • Kouder en natter klimaat in vergelijking met het midden oosten = andere planten 
  • Boeren kozen voor granen, bonen en erwten. 
  • Ze zochten noten, bessen en vruchten in het wild en kweken deze zelf.
  • Bleven jagen en vissen.

Slide 8 - Tekstslide

  • Huizen van hout, klei, stro en riet. 
  • Bomen werden gekapt voor brandstof 
  • Het vee mocht grazen in het deel waar niet werd gekapt
  • Vee eet vooral gras en jonge boompjes = verandering van het bos
  • Het natuurlandschap werd door de landbouw langzaam een door mensen ingericht landschap.

Slide 9 - Tekstslide

Eerste boeren in Nederland ongeveer 7000 jaar geleden - Zuid Limburg
Die periode heet de steentijd, omdat deze boeren hun voorwerpen meestal van steen maakten. Soms waren spullen ook wel van hout, botten en aardewerk. De boerderijen uit de steentijd zijn helemaal verdwenen. 

Slide 10 - Tekstslide

Maar in Drenthe vind je nog heel opvallende resten van de eerste boeren: hunebedden. Dit waren grafkamers, waarin ze hun doden begroeven.

Slide 11 - Tekstslide

Welk begrip hoort hierbij?
Het ingerichte landschap
Landschap dat is veranderd door mensen. Bij het dorp Westervelde in Drenthe is nog een klein stukje oerbos. Verder bestaat heel Nederland uit ingericht landschap

Slide 12 - Tekstslide

Welk begrip past hierbij?
De akkerbouw
Planten zaaien en oogsten op velden, akkers.Deze boer verbouwt graan en aardappelen. Hij doet aan akkerbouw.

Slide 13 - Tekstslide

?
de landbouw
Het bewerken van land en het houden van dieren voor de productie van voedsel. Akkerbouw en veeteelt samen heet landbouw

Slide 14 - Tekstslide

Welke tijd?
de steentijd
Periode in de geschiedenis waarin mensen gebruiksvoorwerpen van steen maakten en nog niet van metaal. In de steentijd hadden mensen voorwerpen van huiden, botten en aardewerk.

Slide 15 - Tekstslide

De Zuidpool is een goed voorbeeld van...
het natuurlandschap
Landschap dat is ontstaan zonder dat mensen er iets aan hebben veranderd. De Zuidpool is een echt natuurlandschap.

Slide 16 - Tekstslide

Koppel het juiste begrip aan deze foto
De irrigatie
Water op de akker brengen om planten beter te laten groeien. De oude Egyptenaren bedachten een irrigatiesysteem, zodat zij het hele jaar water voor hun akkers hadden

Slide 17 - Tekstslide

Deze koeien staan in een grote melkstal. De boer doet aan..
Veeteelt
Dieren houden voor hun vlees of hun melk. Deze boer heeft veel koeien in een grote melkstal. Hij doet aan veeteelt.

Slide 18 - Tekstslide

Begrippen
de akkerbouw
het ingerichte landschap
de irrigatie
de landbouw
het natuurlandschap
de steentijd
de veeteelt

Slide 19 - Tekstslide