Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
woordvolgorde
Woordvolgorde + bijwoorden van frequentie
1 / 22
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2,3
In deze les zitten
22 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Woordvolgorde + bijwoorden van frequentie
Slide 1 - Tekstslide
Voorbeeld
Keith
used to watch
television
in his room
at bedtime.
Wie
-
doet
-
wat
-
waar
- wanneer.
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
wie
doet
wat
waar
wanneer
The parents
bring
to football training
every Sunday
their son
Slide 7 - Sleepvraag
Wie
doet
wat
waar
waar
Jacky and Pete
aren't going
to the cinema
tonight
Slide 8 - Sleepvraag
Choose the sentence with the correct word order.
A
Doesn't she go in the weekends out?
B
Doesn't she go out in the weekends?
Slide 9 - Quizvraag
Choose the sentence with the correct word order.
A
He swims every day in the canal.
B
He swims in the canal every day.
Slide 10 - Quizvraag
Correct word order:
Billy / to his friend /
five minutes ago / went
A
Billy went to his friend five minutes ago
B
Billy went five minutes ago to his friend
C
Billy five minutes ago went to his friend.
D
Five minutes ago Billy went to his friend
Slide 11 - Quizvraag
Correct word order:
her / in town / yesterday / I / met
A
I caught a big fish in the lake yesterday.
B
I caught a big fish yesterday in the lake.
C
I yesterday caught a big fish in the lake.
D
I caught yesterday a big fish in the lake.
Slide 12 - Quizvraag
Choose the sentence with the correct word order.
A
My sister got married last year.
B
my sister got Last year married.
C
My sister last year got married.
Slide 13 - Quizvraag
Bijwoorden van Frequentie
woorden die aangeven hoe vaak je iets doet
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Waar staan deze woorden in een zin?
Slide 16 - Tekstslide
De bijwoorden van frequentie
(bv. always, usually, regurlarly, sometimes, rarely, seldom, never)
staan
voor
het werkwoord.
Behalve .............
Slide 17 - Tekstslide
Bij de vormen van het werkwoord
to be
:
am/ are/ is/ was / were zetten
we het bijwoord van Frequentie
achter
het werkwoord
He
is
never
late.
She
was
always
happy.
I
am
usually
cheerful.
Slide 18 - Tekstslide
Choose the sentence with the correct word order.
A
We are never late for football practice.
B
We never are late for football practice.
Slide 19 - Quizvraag
Choose the sentence with the correct word order.
A
Who gives never a straight answer?
B
Who gives a straight answer never?
C
Who never gives a straight answer?
D
Who gives a straight never answer?
Slide 20 - Quizvraag
Correct word order:
summer / we / here / are / in / usually
A
Usually we are here in summer.
B
We usually are here in summer.
C
We are usually in summer here.
D
We are usually here in summer.
Slide 21 - Quizvraag
Choose the sentence with the correct word order.
A
They often go out in the weekends.
B
They go often out in the weekends.
Slide 22 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
woordvolgorde
Maart 2021
- Les met
23 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2,3
woordvolgorde en bijwoorden van frequentie
December 2020
- Les met
23 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2,3
woordvolgorde
Maart 2022
- Les met
23 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2,3
woordvolgorde
Mei 2022
- Les met
24 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2,3
woordvolgorde
Maart 2024
- Les met
25 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2,3
woordvolgorde
September 2022
- Les met
25 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2,3
woordvolgorde + bijwoorden van frequentie
Januari 2021
- Les met
36 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2,3
woordvolgorde
Juli 2024
- Les met
26 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2,3