31-1-19

Bonjour 1E
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
frMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Bonjour 1E

Slide 1 - Tekstslide

Programme
Introduction chapitre 5
Paris
Bloc A
Bloc A les mots

Slide 2 - Tekstslide

Introduction Chapitre 5
Livre de textes à la page soixante

Le titre est ; Mon style est chic

Lire le texte et puis réponds à la question:
à quoi pensez-vous quand je dis ' Paris'?


Slide 3 - Tekstslide

Paris

Slide 4 - Woordweb

Kenny B - Parijs
On va regarder et écouter à une chanson de Kenny B.

Welke woorden moeten er op de lege plekken komen?
Welke bezienswaardigheden zie / hoor je?

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Paris
Notre-Dame
La Tour Eiffel
L'Arc de Triomphe
Louvre
Sacre Coeur

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Exercice
Waar ligt jouw 'bezienswaardigheid' (welk arrondissement?)
Wat is er te zien bij jouw bezienswaardigheid?
timer
1:00

Slide 9 - Tekstslide

Speeddate
Ga in 3-tallen zitten.

Vertel welk bezienswaardigheid je hebt,
waar het ligt en wat het is.

Luister goed naar elkaar.

Slide 10 - Tekstslide

Bloc A
Livre de textes à la page soixante-deux
Livre d'exercices à la page sept

On découvre Paris --> Paris en bus touristique
Célia et son frère Simon sont à Paris. Ils découvrent la capitale en bus touristique.
Faire exerice: 4 (= écouter)

Slide 11 - Tekstslide

Travail individuel
Faire exercice 1 t/m 6a en 7
Fini? Corrige les exercices.


Après 10 minutes on va faire exercice 6b ensemble (=parler)
Galeries Lafayette zie filmpje volgende dia.
timer
1:00

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Les mots de bloc A
Pak de lijst van de woorden van bloc A voor je.

Beluister de woorden en zeg ze na. (=écouter)
Kijk naar de spelling en de vertaling. Zijn er bijzonderheden?

Iedereen krijgt een stapel lege kaartjes. Schrijf aan de ene kant de Nederlandse vertaling op en aan de andere kant de Frans vertaling.
Oefen eerst van het Frans naar het Nederlands. Ken je het? Oefen dan van het Nederlands naar het Frans. Pak hiervoor een leeg blaadje en schrijf de woorden in het Frans op.

Slide 14 - Tekstslide

Jeu mots de bloc A
De docent noemt zo een aantal woorden in het Frans.
Welke Nederlandse vertaling hoort hierbij? 
Leg dan dit kaartje op tafel.
Woord 1 bovenaan --> het laatste woord onderaan.

Kunnen we het ook van het Nederlands naar het Frans?

Slide 15 - Tekstslide