H4 Grondstoffen (2 h/v)

H4 Grondstoffen
Paragraaf 1
Paragraaf 2
Paragraaf 3 
Paragraaf 4
Paragraaf 5
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H4 Grondstoffen
Paragraaf 1
Paragraaf 2
Paragraaf 3 
Paragraaf 4
Paragraaf 5

Slide 1 - Tekstslide

Paragraaf 1
De wereld van de megamijn

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Mijnbouw ondergronds

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Dagbouw
Mijnbouw in open groeves.
Alleen mogelijk als de grondstoffen dicht aan het aardoppervlak liggen.
Als de groeve leeg is, vullen met overtollige grond of recreatie plek van maken zoals een meer.

Slide 7 - Tekstslide

Gevolgen voor natuur en milieu
Permanente beschadiging landschap.
Water wordt weggepompt dus verdroging.
Verbranden van bruinkool komt veel CO2 vrij - broeikasgas.
Bij de verbranding komen ook zwavelgassen vrij, zure regen tast groeivermogen aan van de natuur.
Moderne elektriciteitscentrales beperken uitstoot zwavelgas.

Slide 8 - Tekstslide

Gevolgen voor de mens
Door blootleggen van grondstoffen komen stofdeeltjes in de lucht -> fijne stof hoopt zich op in longen en bloedbaan waardoor mensen in omgeving kampen met gezondheidsproblemen.
Veel dorpen moeten "verhuizen" voor de plek van de mijnbouw.

Slide 9 - Tekstslide

Discussie en toekomst
Niet alleen bevolking maar ook regering Duitsland verkleinen gebied.
Hierdoor hoeven sommige dorpen niet te verhuizen.
Duitsland wil schone energie maar 40.000 werknemers nog werkzaam in mijnbouw en elektriciteitscentrales.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Huiswerk 
Paragraaf 1 De wereld van de megamijn
Opdracht 1 t/m 7

Slide 12 - Tekstslide

Herhaling paragraaf 1
Mijnbouw?
Dagbouw?
Gevolgen natuur en milieu?
Gevolgen voor de mens?

Slide 13 - Tekstslide

Paragraaf 2
Grondstoffen en duurzame ontwikkeling

Slide 14 - Tekstslide

Grondstoffen en natuurlijke hulpbronnen
Grondstoffen: onbewerkte materialen om iets van te maken of fabriceren
Grondstoffen uit de aarde: delfstoffen
    - ijzer, bruinkool, steenkool, aardolie
Grondstoffen uit de landbouw
    - katoen, cacao
Natuurlijke hulpbronnen: alle bruikbare producten uit de natuur

Slide 15 - Tekstslide

Meer consumptie
Redenen van toenemend grondstoffengebruik:
  • snelle groei van de wereldbevolking
  • economische ontwikkeling
  • vervangen is vaak goedkoper dan repareren
  • transport kost veel energie

Slide 16 - Tekstslide

Niet-hernieuwbare en hernieuwbare hulpbronnen
Niet-hernieuwbare hulpbronnen
- grondstoffen die op kunnen raken
Hernieuwbare hulpbronnen
- grondstoffen die niet op kunnen raken
Uitputting van hernieuwbare hulpbronnen
- zeeën: overbevissing
- kap van tropisch regenwoud
- papierproductie
- palmolieteelt

Slide 17 - Tekstslide

Duurzame ontwikkeling
Steeds meer gebruiken van hernieuwbare hulpbronnen
    - zo min mogelijk weggooien
    - afval scheiden
    - grondstoffen hergebruiken in het productieproces
Ecologische voetafdruk
    - hoeveel ruimte nodig is om alles wat je gebruikt te produceren en al het afval dat je maakt te verwerken
    - gebruik van de aarde is niet eerlijk verdeeld

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Link

Huiswerk
Paragraaf 2 Grondstoffen en duurzame ontwikkeling
Opdracht 1 t/m 7

Slide 21 - Tekstslide

Wat valt allemaal onder het begrip grondstoffen?

Slide 22 - Woordweb

Paragraaf 3
Fossiele brandstoffen

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Van planten tot steenkool
Veen wordt bedekt door sedimenten
Hoge druk en temperatuur in de veenlaag
Eerst wordt bruinkool gevormd (75% koolstof)
Daarna steenkool (meer dan 75% koolstof)
Aardgas komt vrij

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Gebruik van bruinkool en steenkool
Bruinkool
    - ligt dicht onder het aardoppervlak
    - wordt gebruikt in elektriciteitscentrales
Steenkool
    - vorming duurt langer
    - ligt dieper dan bruinkool
    - wordt vooral gebruikt in hoogovens

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

Van plankton naar aardolie
Aardolie
    - plankton wordt samengeperst door lagen sediment
    - 1 tot 1,5 kilometer diep, temperatuur tussen 60 en 120 °C
    - bij de vorming ontstaat aardgas
 Winbare aardolie
    - scheve aardlagen
    - poreus gesteente + ondoorlatende bovenlaag

Slide 30 - Tekstslide

Gebruik van aardgas en aardolie

Aardgas:  elektriciteitscentrales, fabrieken, cv-ketels en gasfornuizen.

Nadelen van aardgas: het raakt op + verzakkingen en aardbevingen.

Aardolie:  benzine, kerosine, asfalt en kunststoffen

Slide 31 - Tekstslide

Minder fossiel
Fossiele brandstoffen
    - over lange tijd gevormd uit resten van planten en dieren
    - bruinkool, steenkool, aardolie, aardgas
Redenen om het gebruik ervan terug te dringen
    - milieuvervuiling en vrijkomen van broeikasgassen
    - de brandstoffen raken op
    - door ongelijke spreiding over de aarde


Slide 32 - Tekstslide

Huiswerk
Paragraaf 3 Fossiele brandstoffen
Opdracht 1 t/m 8

Slide 33 - Tekstslide

Paragraaf 4
Duurzame energie

Slide 34 - Tekstslide

Duurzame energie
Energiebron: natuurlijke hulpbron die zorgt voor beweging of warmte
Niet-duurzame energie
    - fossiele brandstoffen; raken op en vervuilen
    - kernenergie: onoplosbaar en riskant afvalprobleem
Duurzame energie
    - hernieuwbaar zonder dat er afvalstoffen vrijkomen

Slide 35 - Tekstslide

Duurzame energiebronnen
niet duurzame energiebronnen

Slide 36 - Sleepvraag

Windenergie
Windenergie: elektriciteit opwekken in windturbines
    - aantrekkelijk in dunbevolkte gebieden met veel wind
nadelen:
      - transportkosten van energie zijn hoog
      - passen niet in het landschap
      - geluidsoverlast

Slide 37 - Tekstslide

Horizonvervuiling
Oplossing? 
Windparken op zee

Slide 38 - Tekstslide

Zonne-energie
Zonne-energie: elektriciteit opwekken uit zonnestraling
    - zonnepanelen op daken
    - meeste energie wordt ter plekke gebruikt
nadeel: 
    - afhankelijk van de zon
    - zonneboilers kunnen water verwarmen
    - ontwikkelingen gaan erg snel; prijzen dalen

Slide 39 - Tekstslide

Bio-brandstoffen

Biobrandstoffen: energiebronnen uit biologisch materiaal
    - wordt in biocentrales verstookt
    - bomen en planten nemen de CO2 als voedingsstoffen op
    - ook plantaardige olie, ethanol uit suikerriet en palmolie
Nadeel: veel landbouwgrond nodig
    - gaat ten koste van grond voor voedselproductie

Slide 40 - Tekstslide

Bio-ethanol in benzine

Slide 41 - Tekstslide

Geothermische energie
Geothermische energie: energie uit aardwarmte
    - in vulkanische gebieden
    - ook in Nederland
    - temperatuur stijgt 30 °C per kilometer
    - voor verwarming van  gebouwen

Slide 42 - Tekstslide

Waterkracht
Waterkracht: energie opgewekt in stuwdammen
    - water drijft een turbine aan
Grote dammen in Brazilië, India en China
Nadelen:
    - watertekorten stroomafwaarts leiden tot binnendringen  van zeewater
    - stuwmeren kunnen dichtslibben

Slide 43 - Tekstslide

Stuwmeer

Slide 44 - Tekstslide

Getijdencentrale

Slide 45 - Tekstslide

Huiswerk 
Paragraaf 4 Duurzame energie
Opdracht 1 t/m 8

Slide 46 - Tekstslide

Paragraaf 5
Onderzoek je ecologische voetafdruk

Slide 47 - Tekstslide

Maak de test zelfstandig
Maak de opdrachten op papier en schrijf er je naam op.
Als iedereen klaar is wissel je de opdrachten uit met je buurman/buurvouw.

Wat zijn de overeenkomsten/ verschillen?
timer
15:00

Slide 48 - Tekstslide