Om die getallen te onthouden kan je heel goed de vingers van je hand gebruiken. Draai je handpalmen naar je toe, de rechterduim is de 1, de wijsvinger is de 2 en zo verder. Je zou die getallen even op je vingers kunnen schrijven.
Steek nu de vingers op voor het getal 3. Dat klopt, dat zijn de duim en de wijsvinger. De vingers omhoog staan voor een 1, de vingers omlaag staan voor een 0. Dus 3 is hetzelfde als: 00011
Steek nu de vingers op voor het getal 10.
Dat zijn de wijsvinger en de ringvinger. 01010
Het getal 11, dan komt de duim erbij. 01011
Welke vingers steek je op voor het getal 31? Precies, de hele rechterhand! 11111
En het getal 1023? Dat zijn beide handen!
Oke, laatste vraag: wat is het getal 4? 00100