Rekenen Quiz klas 3A

Reken Quizzz
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Reken Quizzz

Slide 1 - Tekstslide

Renske spaart zegels op een kaart. Er passen 17 zegels op. Ze heeft er al 11. Hoeveel zegels moet ze nog sparen?
A
6
B
4
C
8
D
3

Slide 2 - Quizvraag



Wanneer valt de sneeuw?
A
Zomer
B
Lente
C
Herfst
D
Winter

Slide 3 - Quizvraag

84 dagen = ......... weken
A
12
B
10
C
11
D
13

Slide 4 - Quizvraag

Hoe schrijf je drie uur 's nachts?
A
3:00
B
15:00
C
2:00
D
13:00

Slide 5 - Quizvraag

104 weken = ............... jaren
A
1
B
3
C
2
D
4

Slide 6 - Quizvraag

48 maanden = ............ jaren
A
4
B
5
C
6
D
3

Slide 7 - Quizvraag

10 dagen = ...................... uur
A
24
B
10
C
240
D
2,4

Slide 8 - Quizvraag

500 jaren = .............. eeuwen
A
10
B
1
C
2
D
5

Slide 9 - Quizvraag

Kiki kijkt op de thermometer, het is 8 graden. Die middag is het 5 graden warmer. Hoeveel graden is het dan?
A
40
B
3
C
13
D
11

Slide 10 - Quizvraag

Olivia heeft 9 euro. Fem heeft 4 euro. Hoeveel hebben ze samen?
A
15
B
36
C
45
D
13

Slide 11 - Quizvraag

Welke getal hoort op de stippeltjes? 2 - ...+ 8 = 10
A
6
B
4
C
7
D
9

Slide 12 - Quizvraag

2 teams voetballen tegen elkaar. Aan het eind is het 8 - 6 voor groep 3. Hoeveel doelpunten zijn er gemaakt?
A
99
B
67
C
14
D
76

Slide 13 - Quizvraag

Coen heeft 14 duiven. 5 lopen buiten het hok. Hoeveel zitten er in het hok?
A
9
B
8
C
10
D
19

Slide 14 - Quizvraag

Nadine koopt een shirt van 9 euro en een een hemdje van 8 euro. Hoeveel moet ze betalen?
A
16
B
17
C
15
D
10

Slide 15 - Quizvraag

In de tuin van Elena staan 6 rozen, 2 narcissen en 2 zonnebloemen. Hoeveel bloemen staan er in de tuin?
A
10
B
16
C
24
D
36

Slide 16 - Quizvraag

Karin vraagt 15 kinderen op haar feestje. 5 kunnen er niet. Hoeveel komen er nog?
A
6
B
10
C
8
D
4

Slide 17 - Quizvraag

Een stuk worst kost 2 euro. De vader van Gijs koopt er 5. Hoeveel euro moet hij betalen?
A
3
B
9
C
10
D
7

Slide 18 - Quizvraag

Een stuk schutting is steeds 2 meter. Hoeveel meter schutting heeft hij als hij 4 stukken schutting heeft gezet?
A
3
B
1
C
4
D
8

Slide 19 - Quizvraag

Lize geeft voor een goed doel 4 munten van 10 cent. Hoeveel cent gaf ze?
A
6
B
40
C
0
D
6

Slide 20 - Quizvraag

slapen in een hotel kost 2 euro. Valerie blijft met haar papa en mama 4 nachten. Hoeveel moeten ze betalen?
A
8
B
5
C
4
D
2

Slide 21 - Quizvraag

In een huis zijn 2 slaapkamers. In elke kamer staan 4 bedden. Hoeveel mensen kunnen er slapen?
A
5
B
2
C
8
D
9

Slide 22 - Quizvraag