K&D Les 3 modellen en methoden van kwaliteitsbewaking

Kwaliteitszorg
Modellen en methoden van kwaliteitsbewaking
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 29 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Kwaliteitszorg
Modellen en methoden van kwaliteitsbewaking

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen week 3
- Eigen professioneel handelen bespreekbaar maken. 
- Rol van deskundigen bij kwaliteitsbevordering. 
- Bewaken en inzichtelijk maken van kwaliteit van zorg.

Slide 2 - Tekstslide

Vorige week
  • Interne en externe kwaliteitsbewaking
  • Protocollen, standaarden, richtlijnen en evidence based practice

Slide 3 - Tekstslide

INTERNE kwaliteitsbewaking
  • Besprekingen waarin de zorgvrager centraal staat; belangrijkste doel is afstemming en evaluatie van de verleende zorg.
  • Visitatie; Een visitatiecommissie is een tijdelijke commissie van experts die in het kader van de kwaliteitsbewaking visitaties uitvoeren van een deel van een ziekenhuis om de kwaliteit te beoordelen. De visitatie is een vast onderdeel van het kwaliteitsbeleid van medisch specialisten. Het door de commissie opgestelde visitatierapport bevat onder andere verbeterpunten.
  • Intercollegiale toetsing; interne toetsing door de zorgverleners zelf op basis van door henzelf opgestelde criteria
  • Verbeterteams/kwaliteitsgroepen; kunnen zowel mono- als multidisciplinair zijn.



Slide 4 - Tekstslide

Externe kwaliteitsbewaking
  • Inspectie gezondheidszorg en jeugd (IGJ)
  • Zorgverzekeraars
  • Zorgvragers- en consumentenorganisaties
  • Interne commissies:
Commissie Melding Incidenten Patiëntenzorg (MIP)
Medisch ethische commissie
Commissie ter preventie van seksuele intimidatie
Klachtencommissie

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Programma
  • Kwaliteitsbewaking, hoe doe je dat/ kun je dat doen?
  • Methoden voor kwaliteitsbewaking
  • Standaarden en protocollen
  • Praktische hulpmiddelen

Slide 8 - Tekstslide

Kwaliteitsbewaking
methodisch en cyclisch proces
Kwaliteit:
Omdat er niet zoiets is als de enige definitie van kwaliteit zou je de volgende definitie kunnen hanteren:

“Kwaliteit is de mate waarin de daadwerkelijk verleende zorg overeenkomt met wat men vooraf wenselijk vond.”


Slide 9 - Tekstslide

Methodisch proces
Stappen in de meeste modellen:
  • Wat is het probleem?
  • wat wil je bereiken?
  • hoe is het nu?
  • Welke acties zijn nodig?
  • Verbeteringen doorvoeren
  • Resultaten verbeteren
  • Borgen resultaten

Slide 10 - Tekstslide

Methoden voor kwaliteitsbewaking
Centrale toetsing
Decentrale toetsing

Slide 11 - Tekstslide

Centrale toetsing

= Als in een instelling de kwaliteitsbewaking gebeurd door medewerkers die hiervoor zijn opgeleid en aangesteld

Slide 12 - Tekstslide

Keurmerken
Een keurmerk kun je beschouwen als een bewijs dat aan bepaalde normen is voldaan.
  • HKZ-keurmerkDe Stichting Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling (HKZ) stelt kwaliteitseisen op.
  • PREZOHet Prestatiemodel Zorg (PREZO) levert een bijdrage aan verantwoorde zorg en verantwoord ondernemerschap.
  • NIAZ-accreditatieHet Nederlands Instituut voor Accreditatie van Ziekenhuizen (NIAZ) verleent accreditaties aan ziekenhuizen en andere zorgorganisaties.
  • Joint Commission International (JCI): De JCI richt zich met haar accreditatie vooral op het leveren van veilige zorg en op aandacht voor onderwijs en onderzoek. 
  • Kwaliteitsregisters:Voor diverse beroepen in de zorg bestaan kwaliteitsregisters. 

Slide 13 - Tekstslide

Decentrale toetsing

= Zijn de uitvoerders van de zorg, zoals de verpleegkundigen zelf die de toetsing doen. Voorbeeld afdelingsgebonden toetsing

Slide 14 - Tekstslide

Decentrale toetsing
Bij decentrale toetsing doen de uitvoerders van zorg, zoals de verpleegkundigen, zelf de toetsing. 
Een goed voorbeeld van deze vorm van kwaliteitsbewaking is de afdelingsgebonden toetsing.

Afdelingsgebonden toetsing
Dit toetsingsmodel lijkt veel op de Cirkel van Deming (Plan-Do-Check-Act). Het verschil is dat dit model veel meer is toegespitst op een afdeling.

Slide 15 - Tekstslide

KWALITEITSBEWAKING = methodisch proces



Kwaliteitsbewaking en –verbetering kan worden gezien als een cyclisch proces; dat wil zeggen dat er achtereenvolgens een aantal stappen moet worden doorlopen om tot een verbetering van zorg te komen.

Een veel gehanteerde methode om kwaliteitsprocessen te sturen is de zogenaamde Cirkel van Deming oftewel de Plan-Do-Check-Act cirkel.

Slide 16 - Tekstslide

Decentrale toetsing:

  • toetsing per onderwerp
  • wijze van toetsing per onderwerp gekozen
  • zorguitvoerders stellen de criteria vast
  • toetsing vindt plaats op de afdeling
  • toetsing door direct betrokkenen

Centrale toetsing:

  • toetsing van de hele zorg
  • wijze van toetsing vooraf vastgesteld
  • methode ontwerpers stellen de criteria vast
  • toetsing vindt centraal plaats

  • toetsing door speciale toetsingsfunctionarissen

Slide 17 - Tekstslide

Hulpmiddelen bij meten en toetsen van kwaliteit
SMART-regels
Visgraat diagram
Pareto-analyse
Sterkte-zwakteanalyse
Checklist
Thieme H6 : Zorgverlening, Beroep en Organisatie

Slide 18 - Tekstslide

Smart regels
Specifiek: concreet en precies formuleren. Criteria moeten relevant zijn voor de bewaking van de kwaliteit van zorg. Ze moeten er echt iets mee te maken hebben.
Meetbaar: meetbaar (in maat en getal) formuleren. Criteria moeten meetbaar zijn, in termen van waarneembaar gedrag.
Acceptabel en Appellerend: voor iedereen acceptabel en motiverend. De criteria moeten acceptabel zijn binnen de gegeven omstandigheden.
Resultaatgericht: beoogde resultaat omschrijven (bijvoorbeeld effectiviteit, complicaties, geïnformeerdheid, doorlooptijd en kosten). Doelen moeten haalbaar en uitvoerbaar zijn.
Tijdgebonden: aangeven wanneer het doel bereikt moet zijn.

Slide 19 - Tekstslide

Visgraatdiagram
Gebruik je om te onderzoeken wat precies het probleem is en waardoor het veroorzaakt wordt.

Veroorzakers indelen in categorieën:
Mens, machine, materiaal, methode

Slide 20 - Tekstslide

Pareto analyse
Is een methodiek om primaire en secundaire oorzaken en gevolgen van elkaar te onderscheiden.

Basisdoel: het verschaffen van inzicht in de belangrijkste oorzaken.
Geeft aan dat een gering aantal oorzaken verantwoordelijk is voor het merendeel van de problemen. Het overgrote deel (80%) van de gevolgen is te wijten aan een klein deel (20%) van de oorzaken en omgekeerd.
Is een instrument dat aangeeft hoe vaak een probleem(veroorzaker) voorkomt.



Slide 21 - Tekstslide

Sterkte zwakte analyse
Is een goed hulpmiddel om vast te stellen waarin een persoon of een groep personen op een afdeling goed, minder goed of zelfs zwak is.
Als je de analyse eerlijk uitvoert, krijg je snel inzicht in de dingen die jij eventueel moet verbeteren of waar je juist sterk in bent.
Wil je de door jou geleverde zorgkwaliteit verhogen, dan moet je eerst de aspecten aanpakken waarop je zwak hebt gescoord. Daarnaast is het natuurlijk belangrijk dat je goed blijft in de dingen die je al goed beheerst.

Slide 22 - Tekstslide

Checklist
Als je de huidige situatie wilt vergelijken met de wenselijke, kun je een checklist gebruiken bij het observeren en verzamelen van gegevens.

Het gebruik van een checklist zorgt ervoor dat alle aspecten worden geobserveerd/gemeten en dat er niets vergeten wordt.

Slide 23 - Tekstslide

Voorbeelden:

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Link

Innovatiebord

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Link

Opdracht: maak analyse
Voor je eindopdracht moet je een duidelijke analyse maken van een knelpunt van je afdeling. Deze analyse moet getoetst worden aan:
  • Richtlijnen, kwaliteitskaders, Protocollen, Procedures en EBP
  • SMART-regels, Visgraat diagram, Pareto-analyse, Sterkte-zwakteanalyse, en Checklist

Slide 28 - Tekstslide

Zijn er vragen??

Slide 29 - Tekstslide