Herhaling H4 4 kader Pincode

Herhaling H4 
4 Kader Pincode
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Herhaling H4 
4 Kader Pincode

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Productiesectoren

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Productiesectoren   

Slide 3 - Tekstslide

De ondernemingen waarbij je kunt werken, zijn verdeeld in vier productiesectoren.

De primaire sector: hier horen bedrijven bij die grondstoffen maken zoals boeren, vissers, de houtkap en mijnbedrijven.

De secundaire sector: hier horen bedrijven bij die de grondstoffen van de primaire sector nemen en verwerken tot iets anders. Fabrieken, bouwbedrijven, pottenbakkers en soortgelijke bedrijven.

De tertiaire sector: hierin vind je alle bedrijven die een dienst leveren (en dus niet een goed maken!) en deze met winst proberen te verkopen. Alle winkels horen hierbij, maar ook de bank, de NS, de kapper en klusbedrijven,

De quartaire sector: hier vallen alle bedrijven onder die een dienst leveren en deze niet met winst proberen te verkopen. De diensten die in de quartaire sector worden geleverd zijn grotendeels openbaar. Hieronder vallen de politie, brandweer en het onderwijs.
Arbeidsmotieven

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Arbeidsmotieven

Arbeidsmotieven = redenen om te werken

  • Geld verdienen
  • Nuttig of zinvol bezig zijn
  • Contacten met anderen
  • Regelmaat in je leven

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Arbeidsvoorwaarden
Arbeidsvoorwaarden
hoe en wat?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden van arbeidsvoorwaarden 
- Functie
- Salaris (en schaal)
- Werktijden (en pauze)
- Vrije dagen (vakantiedagen)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Eenmanszaak (zzp'er  = een eenmanszaak zonder personeel)
  • Vennootschap onder firma (vof)
  • Besloten vennootschap (bv)
  • Naamloze vennootschap (nv)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eenmanszaak 
Als je in je eentje een bedrijf opricht doe je dat meestal in de vorm van een eenmanszaak. Maar er zijn twee verschillen. 

Als een eenmanszaak kun je wel personeel in dienst nemen. 
Als je een ZZP'er bent kun je geen personeel in dienst nemen. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zwartwerk
Een andere optie is zwartwerk:
Door niet aan te geven dat je werkt, betaal je ook geen belasting.
= illegaal & strafbaar!!

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Algemene wet gelijke behandeling
In de Algemene Wet Gelijke Behandeling staat dat er geen onderscheid gemaakt mag worden op basis van bijvoorbeeld:
  1. Geslacht
  2. Afkomst
  3. Leeftijd

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Arbowet 

  • Arbeidstijdenwet 
Regels voor veilige arbeidsomstandigheden
Regels voor werk en rustijden

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De beroepsbevolking groeit
Hiervoor zijn een aantal redenen:
- studenten studeren af
- immigratie
- huisvrouwen en -mannen gaan een baan zoeken


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Krappe en ruime arbeidsmarkt
Krappe arbeidsmarkt (tekort) = meer vraag (door werkgevers)dan aanbod (van werknemers)
Ruime arbeidsmarkt (overschot) = meer aanbod (van werknemers) dan vraag (door werkgevers)


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Krappe arbeidsmarkt
Ruime arbeidsmarkt

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als de werkloosheid laag is, heeft dit gevolgen op ons loon:


Als de werkloosheid laag blijft, heeft de overheid minder sociale premies en belastingen nodig om de uitkeringen te kunnen betalen. Deze inhoudingen op het brutoloon kunnen daardoor omlaag, waardoor er meer nettoloon overblijft.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Structurele werkloosheid 
  • Banen verdwijnen voor altijd 
Denk er bijvoorbeeld aan wanneer kleding niet meer in Nederland wordt gemaakt, maar in China. De banen in Nederland verwijnen dan. 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Conjuncturele werkloosheid
Wanneer het slecht gaat met de economie = veel werkloosheid
Wanneer het goed gaat met de economie = weinig werkloosheid 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Conjuncturele werkloosheid
Schommeling in de economie

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regionale werkloosheid

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Seizoenswerkloosheid

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Frictiewerkloosheid 
Je verliest je baan en zoekt een andere...

Je studeert af en zoekt een baan...

De tijd hiertussen heet frictiewerkloosheid

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Frictiewerkloosheid
Solliciteren, tijdelijk werkloos

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Begrippen
Goed doorlezen en leren!

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoorden rekenbladzijde 128

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoorden rekenbladzijde 129

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies