Laat verschillende lichtstralen invallen (door de laser te verschuiven).
Verander nu het materiaal glas in water en vervolgens glas in lucht.
Slide 19 - Tekstslide
waarneming
De lichtstralen worden gedeeltelijk teruggekaatst en gedeeltelijk gebroken.
Slide 20 - Tekstslide
Een lichtstraal die loodrecht invalt op het scheidingsoppervlak tussen twee stoffen ............
A
wordt gebroken
B
wordt teruggekaatst
C
loopt gewoon rechtdoor
D
wordt geabsorbeerd
Slide 21 - Quizvraag
Aan het scheidingsoppervlak wordt altijd een gedeelte ... en een gedeelte ... en een gedeelte ... (welke antwoord is niet juist?)
A
teruggekaatst
B
gebroken
C
tegengehouden
D
geabsorbeerd
Slide 22 - Quizvraag
begrippen
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
We spreken van:
Breking naar de normaal toe: als
en dus î ^r
Dus optisch naar optisch
Breking van de normaal weg: als
en dus î ^r
Dus optisch naar optisch
de lichtstraal van glas naar lucht gaat
de lichtstraal van lucht naar glas gaat
>
<
dicht
ijl
Slide 25 - Sleepvraag
brekingsindex
Een straal wordt gebroken wanneer die overgaat van de ene stof naar de andere stof. De richting verandert dus. Deze richtingsverandering wordt bepaald door de brekingsindex n.
De brekingsindex is constant voor een stof.
Hoe groter n is, hoe “dichter” de stof is.
Slide 26 - Tekstslide
4. schijnbare stand van een hemellichaam p. 27
De dichtheid van de lucht < met de hoogte, ->lichtstraal die de dampkring binnendringt
-> een reeks brekingen.
Reden:
de lichtstralen komen terecht in een medium dat steeds maar dichter wordt.
(Dus voortplantingsrichting licht -> steeds meer naar normaal toe afgebogen.)
Als gevolg van de breking zie je de ster hoger staan dan het zich in werkelijkheid bevindt.
Slide 27 - Tekstslide
proef voorwerp in water p. 27
Neem een tas en leg een muntstuk op de bodem. Plaats je zo, zodat je het muntstuk net niet meer kan zien. Laat iemand voorzicht water in de tas gieten. Kijk wat er gebeurt.
Waarneming:
Na een tijdje zie je het voorwerp toch liggen.
Slide 28 - Tekstslide
verklaring proef
Bij overgang van lucht naar water wordt de lichtstraal gebroken van de normaal weg.
Onze hersenen “zien” die breking echter niet. Daarom zien we het voorwerp op de plaats waar de verlengden van de gebroken lichtstralen elkaar snijden (B).
Je ziet het voorwerp dus hoger dan in werkelijkheid.
Slide 29 - Tekstslide
Je kijkt naar een vis in het water. Je ziet de vis ... waar de vis zich effectief bevindt.
A
hoger
B
lager
C
op de plaats
Slide 30 - Quizvraag
Wanneer je de vis wil raken met een speer, hoe moet je de speer dan richten?
A
hoger dan waar je de vis ziet.
B
lager dan waar je de vis ziet.
C
op de plaats waar je de vis ziet.
Slide 31 - Quizvraag
Is dit hetzelfde met een laser? (vul ja of nee in)
Slide 32 - Open vraag
toepassingen
Een stok wordt gebroken bij overgang van lucht naar water.
Wanneer je een voorwerp uit een emmer met water wil halen, denk je meestal dat het voorwerp zich minder diep bevindt dan in werkelijkheid en grijp je ernaast.
Een meer ziet er meestal minder diep uit dan het in werkelijkheid is.
Slide 33 - Tekstslide
oefening 1 op p. 28: Schets het verloop van een lichtstraal als je weet dat n1 > n2 > n3. (foto oefening uploaden tegen 20/11)
Slide 34 - Open vraag
Fata morgana: De lichtstralen van de lucht worden afgebogen op het wegoppervlak. Je ziet lucht op de plaats van de weg: dit lijkt op een plas.
Slide 35 - Tekstslide
opdr. 2: Als je weet dat glas optisch dichter is dan water, en water optisch dichter dan lucht, bepaal voor elke stralengang of deze juist of fout is.
A
juist
B
fout
Slide 36 - Quizvraag
opdr. 2: Als je weet dat glas optisch dichter is dan water, en water optisch dichter dan lucht, bepaal voor elke stralengang of deze juist of fout is.
A
juist
B
fout
Slide 37 - Quizvraag
opdr. 2: Als je weet dat glas optisch dichter is dan water, en water optisch dichter dan lucht, bepaal voor elke stralengang of deze juist of fout is.
A
juist
B
fout
Slide 38 - Quizvraag
opdr. 2: Als je weet dat glas optisch dichter is dan water, en water optisch dichter dan lucht, bepaal voor elke stralengang of deze juist of fout is.
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.