ADL les over transfers

1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
ADLMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 10 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Mobiliteitsprobleem
Een cliënt die niet of maar beperkt kan bewegen heeft een mobiliteitsprobleem.
De cliënt heeft hulp nodig om zich te verplaatsen
Als je een cliënt verplaatst, dan heet dat een transfer.
De manier waarop je een transfer uitvoert, staat in het zorgplan van de cliënt.

Slide 2 - Tekstslide

Mobiliteitsklasse en hulpmiddelen

Afhankelijk van zijn zelfredzaamheid tijdens mobilisatie en transfers wordt de client ingedeeld in mobiliteitsklasse
Dat gebeurt niet op grond van een ziektebeeld maar op grond van de beperkingen en mogelijkheden die een client heeft om te mobiliseren of mee te helpen met de transfer. 

Slide 3 - Tekstslide

Mobiliteitsklasse

Slide 4 - Tekstslide

WAAR OF NIET WAAR
1. Til zware mensen niet alleen.
2. Veel bewegen is niet goed voor iemand die in de gezondheidszorg werkt.
3. Je houdt je rug recht tijdens het tillen.
4. Als je tilt, strek je de knieën.
5. Je tilt met je rug.
6. Het gewicht dat je tilt, moet je dicht tegen je aanhouden.
7. Je zet je voeten strak tegen elkaar als je tilt.
8. Bij het duwen van een bed, gebruik je je eigen lichaamsgewicht.








Slide 5 - Tekstslide

Tillen
Normen voor tillen:
* Per hand maximaal 15 kg duwen of trekken
* Vanuit de vingers mag je nauwelijks duwen of trekken (denk aan steunkousen)
* Met je rug mag je maximaal 23 kg tillen. En dan alleen af en toe!
Dit betekent dat je bijna altijd een hulpmiddel nodig hebt.

Slide 6 - Tekstslide

Ergonomie
Je zorgt dat je geen lichamelijke en geestelijke klachten oploopt door je werk
* Lichaamshouding
* Hulpmiddelen
* Materialen in hoogte verstelbaar (stoel, bed, blad nachtkastje)

Slide 7 - Tekstslide

Hulpmiddelen
Welke hulpmiddelen voor transfer ken je?

Slide 8 - Tekstslide

4. Transfer hulpmiddelen
Er zijn tal van hulpmiddelen...

Slide 9 - Tekstslide

Wie heeft ervaring met transfers?

* Hoe deed je dat?
* Gebruikte je een hulpmiddel?
* Hoe ging dat?

Slide 10 - Tekstslide

Verplaatsen in bed
Welke hulpmiddelen ken je daarvoor?
* Glijzeil
* Wendylet
* Andere?

Slide 11 - Tekstslide

Verplaatsen in bed
Zijligging:
* Halswervels moeten in 1 lijn zijn
* Ademhalingsweg moet vrij zijn
* Oorschelp mag niet dubbel liggen
* Onderste schouder en arm mogen niet afgeklemd worden
* Armen en ellebogen iets gebogen
* Voorkom drukplekken

Slide 12 - Tekstslide

Verplaatsen in bed
Rugligging:
* Let op spitsvoeten
* Let op drukplekken
* Vraag aan cliënt hoe hij het kussen wil
Half rechtop:
* Kussens als huisje of dakpansgewijs
* Hoofdsteun wat omhoog

Slide 13 - Tekstslide

Glijzeil
- Allerlei kleuren en maten
- NIET met een wit laken eroverheen!
- Zorgvrager omhoog helpen
- Zorgvrager op de zij helpen

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Glijzeil




  • Gebruik je bij verplaatsing op het bed
  • Glijzeil is makkelijk onder een cliënt weg te halen, zonder dat de cliënt van houding hoeft te veranderen.

Slide 16 - Tekstslide

Stap 1: Pak het bovenste deel van het zeil stevig vast. Sta stevig met beide voeten op de grond waarbij je linker of rechterbeen een stapje naar voren staat.

Slide 17 - Tekstslide

Stap 2:
Vraag aan de cliënt of hij zijn hoofd alvast wil draaien in de richting van de kant waarop hij verplaatst gaat worden. Ga een klein beetje door je knieën. Trek nu het zeil voorzichtig naar achteren door gebruik te maken van je lichaamsgewicht.

Slide 18 - Tekstslide

Stap 3:

Ga in een vloeiende beweging omhoog vanuit je benen en buig een klein beetje over de cliënt heen. De cliënt draait nu vanzelf op de gewenste zij.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Video

Hulp bieden bij lopen
* Ondersteun aan "slechte" zijde
* De cliënt legt zijn onderarm op jouw onderarm

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Tips en trucs
- Draag geen sieraden
- Til (als het kan) met een collega van ongeveer dezelfde lengte
- Zorg dat je voeten, heupen en schouders zoveel mogelijk in dezelfde richting wijzen
- Maak gebruik van je eigen lichaamsgewicht
- Til niet hoger tot aan schouderhoogte
- Til met je been en armspieren

Slide 24 - Tekstslide

Belastbaarheid cliënt:

- Weet wat de cliënt kan en mag
- Stimuleer eigen regie van de cliënt! --> wat cliënt zelf nog kan, vooral zelf laten doen!
- De belastbaarheid kan wisselen bij de cliënt

Slide 25 - Tekstslide

Aandachtspunten 
  • Stel jezelf voor 
  • Vertel wat je gaat doen
  • Zet alles wat je nodig hebt binnen handbereik (rollator)
  • Zet alle hulpmiddelen die je gaat gebruiken op de rem
  • Til alleen als het echt nodig is, achterhaal wat de zorgvrager zelf kan (redzaamheid stimuleren)
  • Vertel iedere stap die je uitvoert
  • Spreek een teken af met de zorgvrager
  • Til vanuit je knieën. 
  • Vraag indien nodig om hulp

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Oefenen

Slide 28 - Tekstslide

3 of 4 groepjes
1 cliënt
1 hulpverlener
rest is observator
wissel van rol.

Slide 29 - Tekstslide

Les 2
* (Transfer met draaischijf)
* Transfer met actieve lift
* Transfer met passieve lift

Slide 30 - Tekstslide

Draaischijf



  • Je gebruikt de draaischijf buiten het bed
    .
  • Bij het gebruik van de draaischijf hoeft de cliënt geen draaiende beweging te maken.
  • Je hoeft niet te tillen trekken en duwen.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Passieve lift
  • Een lift die de client volledig optilt en verplaatst naar de ander zit- of lighouding
  • De client hangt in de lift en raakt de grond niet met zijn voeten aan.
  • Maakt gebruik van tilmat 
  • Verrijdbare passieve lift
  • Plafondlift
  • Iemand van de grond tillen (Raizer)

Slide 33 - Tekstslide

Passieve tillift
Passieve tillift

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Video

Slide 36 - Video

Actieve lift 
  • Actieve lift/ sta-lift
  • Gebruiken bij clienten die nog wel kunnen staan
  • Moet deels eigen spierkracht gebruiken-> actieve lift
  • Met behulp van een band die om zijn bovenlichaam zit en onder zijn oksel blijft hangen omhoog geholpen 
  • De client houdt de handen vast aan de lift

Slide 37 - Tekstslide

Sara Stedy
Actieve lift

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Video

Aandachtspunten 
  • Stel jezelf voor 
  • Vertel wat je gaat doen
  • Zet alles wat je nodig hebt binnen handbereik (rollator)
  • Zet alle hulpmiddelen die je gaat gebruiken op de rem
  • Til alleen als het echt nodig is, achterhaal wat de zorgvrager zelf kan (redzaamheid stimuleren)
  • Vertel iedere stap die je uitvoert
  • Spreek een teken af met de zorgvrager
  • Til vanuit je knieën. 
  • Vraag indien nodig om hulp

Slide 40 - Tekstslide

Oefenen

Slide 41 - Tekstslide

3 of 4 groepjes
1 cliënt
1 hulpverlener
rest is observator
wissel van rol.

Slide 42 - Tekstslide

Passieve tillift
Passieve tillift

Slide 43 - Tekstslide

Passieve lift
  • Een lift die de client volledig optilt en verplaatst naar de ander zit- of lighouding
  • De client hangt in de lift en raakt de grond niet met zijn voeten aan.
  • Maakt gebruik van tilmat 
  • Verrijdbare passieve lift
  • Plafondlift

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Video

Actieve lift 
  • Actieve lift/ sta-lift
  • Gebruiken bij clienten die nog wel kunnen staan
  • Moet deels eigen spierkracht gebruiken-> actieve lift
  • Met behulp van een band die om zijn bovenlichaam zit en onder zijn oksel blijft hangen omhoog geholpen 
  • De client houdt de handen vast aan de lift

Slide 46 - Tekstslide

Sara Stedy
Actieve lift

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Video

Een zorgvrager kan staan, maar niet lopen, je wilt hem uit bed helpen, welk hulpmiddel is geschikt?
A
glijzeil
B
passieve tillift
C
actieve tillift
D
papegaai

Slide 49 - Quizvraag

Mevrouw van Horstel heeft ALS en is totaal bedafhankelijk.
Welk hulpmiddel gebruik je om mevrouw uit bed te halen en in de rolstoel te verplaatsen?

A
Een passieve tillift
B
Een actieve tillift
C
Een draaischijf
D
Geen van deze drie hulpmiddelen

Slide 50 - Quizvraag

Aandachtspunten 
  • Stel jezelf voor 
  • Vertel wat je gaat doen
  • Zet alles wat je nodig hebt binnen handbereik (rollator)
  • Zet alle hulpmiddelen die je gaat gebruiken op de rem
  • Til alleen als het echt nodig is, achterhaal wat de zorgvrager zelf kan (redzaamheid stimuleren)
  • Vertel iedere stap die je uitvoert
  • Spreek een teken af met de zorgvrager
  • Til vanuit je knieën. 
  • Vraag indien nodig om hulp

Slide 51 - Tekstslide

Mobiliseren met een rolstoel
  • In en uit de rolstoel
  • Stoeprand of drempel op
  • Stoeprand of drempel af
  • Hellingbaan op en af 
Welke aandachtspunten zijn hierbij? 

Slide 52 - Tekstslide