In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
BONJOUR
-
Oefentoets chapitre 3: A,B,C , D+ les heures
HAVO/ VWO
Slide 1 - Tekstslide
Choisis le bon mot (kies het juiste woord): - Le lundi, je commence/ tombe à huit heures et quart.
Slide 2 - Open vraag
choisis le bon mot: le prof de géographie n'est pas sévère/ trop.
Slide 3 - Open vraag
choisis le bon mot: le matin/ la semaine je commence à huit heures et quart.
Slide 4 - Open vraag
choisis le bon mot: J'aime le cours / la cantine d'anglais.
Slide 5 - Open vraag
Traduis (=vertaal) les mots en français: 1 . aardrijskunde 2 . geschiedenis
Slide 6 - Open vraag
Traduis les mots en français: 1. 's middags 2. naar huis gaan
Slide 7 - Open vraag
Bekijk eerst het filmpje over être
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Je .... Mega Mindy.
A
es
B
est
C
suis
D
sommes
Slide 10 - Quizvraag
Il ... Pierre.
A
est
B
es
C
êtes
D
sont
Slide 11 - Quizvraag
Le camping .... super!
A
sommes
B
sont
C
es
D
est
Slide 12 - Quizvraag
Monsieur, ... formidable!
A
tu es
B
vous êtes
C
nous sommes
D
tu est
Slide 13 - Quizvraag
Vous ...en quelle classe?
A
sont
B
sommes
C
êtes
D
suis
Slide 14 - Quizvraag
Men is
Men is
A
je suis
B
on est
C
ils sont
D
il est
Slide 15 - Quizvraag
Uitleg:
sleep een blauw kader op het juiste rode kader
suis
est
êtes
Je
Elle
Vous
Slide 16 - Sleepvraag
Réponds en français (geel antwoord in het Frans): Mathis et Léna sont dans la bibiothèque? (à la cantine). Non, ils ___________________________________
Slide 17 - Open vraag
Réponds en français: Vous êtes libre samedi? ( dimanche) Non, nous ________________________
Slide 18 - Open vraag
Slide 19 - Video
Il est huit heures et quart.
A
Het is 8 uur.
B
Het is 10 over 8.
C
Het is kwart over 8.
D
Het is kwart voor 8.
Slide 20 - Quizvraag
Het is half negen.
Il est....
A
neuf heures.
B
neuf heures et demie.
C
huit heures et quart.
D
huit heures et demie.
Slide 21 - Quizvraag
Comment on traduit "Het is 12 uur 's middags ".
A
Il est douze heures
B
Il est onze heures
C
Il est midi
D
Il est minuit
Slide 22 - Quizvraag
Il est cinq heures et demie.
A
Het is half 5.
B
Het is 5 uur.
C
Het is kwart over 5.
D
Het is half 6.
Slide 23 - Quizvraag
phrases-clés
- bekijk blz. 132
Slide 24 - Tekstslide
Réponds à la question: Comment tu t'appelles ?
Slide 25 - Open vraag
Tu es en quelle classe?
Slide 26 - Open vraag
Tu as quelles matières le lundi ? ( kies minimaal twee vakken)
Slide 27 - Open vraag
La récré , c'est à quelle heure? (10:30)
Slide 28 - Open vraag
Traduis: Hoe laat is het?
Slide 29 - Open vraag
Réponds à la question ( let op de vervoeging van ww. met "er": À quelle heure heure tu rentres à la maison l'après-midi? - Je _________________________________________
Slide 30 - Open vraag
Tu aimes ton collège?
Slide 31 - Open vraag
Slide 32 - Video
- Aan het eind van de les heb ik het bezittelijk voornaamwoord geleerd in het Frans.
Wat is een bezittelijk voornaamwoord?
A
ik, jij, hij, zij, etc.
B
in, op, achter, voor, etc.
C
mijn, jouw, haar, zijn, etc.
D
een zelfstandig naamwoord
Slide 33 - Quizvraag
Vul het juiste Franse BEZITTELIJK voornaamwoord in: C'est (mijn) maison (v)
A
mon
B
ma
C
mes
Slide 34 - Quizvraag
Vul het juiste Franse BEZITTELIJK voornaamwoord in: C'est (zijn) fils (m)
A
son
B
sa
C
ses
Slide 35 - Quizvraag
Vul het juiste Franse BEZITTELIJK voornaamwoord in: C'est (mijn) photo (v)
A
mon
B
ma
C
mes
Slide 36 - Quizvraag
Vul het juiste Franse BEZITTELIJK voornaamwoord in: C'est (zijn) chat (m)
A
son
B
sa
C
ses
Slide 37 - Quizvraag
Vul het juiste Franse BEZITTELIJK voornaamwoord in: C'est (mijn) maison (v)
A
mon
B
ma
C
mes
Slide 38 - Quizvraag
Vul het juiste Franse BEZITTELIJK voornaamwoord in: C'est (zijn) fille (v)
A
son
B
sa
C
ses
Slide 39 - Quizvraag
Vul het juiste Franse BEZITTELIJK voornaamwoord in: Voilà (haar) chat. (m)
A
son
B
sa
C
ses
Slide 40 - Quizvraag
Vul het juiste Franse BEZITTELIJK voornaamwoord in: Voilà (haar) robe (v).