- Kun je kenmerken noemen van bacteriën en schimmels.
- Kun je uitleggen dat bacteriën en schimmels zowel nuttig als schadelijk kunnen zijn, en hiervan voorbeelden noemen.
Slide 2 - Tekstslide
Verschillende schimmels
- Eencellig of meercellig (uit schimmeldraden)
Gisten Paddenstoelen Schimmeldraden
Slide 3 - Tekstslide
Voortplanting schimmels
- Celdeling (uit knopen) of met sporen.
Slide 4 - Tekstslide
Biotechnologie
Schimmels (en bacteriën) worden ook gebruikt voor het maken van voedsel. Zoals brood, wijn en kaas. Maar ook voor het maken van medicijnen, zoals antibiotica.
Slide 5 - Tekstslide
Bouw en voortplanting bacteriën
- Eencellig
- Voortplanting door celdeling
- Prokaryoot: géén celkern
Slide 6 - Tekstslide
Biotechnologie
Ook bacteriën worden gebruikt voor het maken van voedsel, zoals yoghurt, zuurkool en augurken. Net als schimmels worden ook bacteriën gebruikt voor medicijnen, zoals insuline.
Slide 7 - Tekstslide
Goede bacteriën
- Je darmen zitten er vol mee! (helpen bij de vertering)
- Je huid ook! (beschermlaag)
- Veel bacteriën zitten ook in de grond om dode resten op te ruimen.
Slide 8 - Tekstslide
"Slechte" bacteriën en schimmels
Sommige bacteriën en schimmels (ziekteverwekkers)kunnen helaas wel ziekten veroorzaken (infectie).
Bacteriën kun je goed behandelen
met antibiotica.
Slide 9 - Tekstslide
Zelfstandig werken
- Werk aan de opdrachten van 3.6
- Klaar? Maak de test jezelf van 3.6. Als je zelfs dat af hebt, kun je alvast met 3.7 bezig.