In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 20 min
Onderdelen in deze les
Woorden TC A1 les 4,1
Slide 1 - Tekstslide
Tekst
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Wat is dit?
Slide 11 - Open vraag
Wat is dit?
Slide 12 - Open vraag
Wat zijn dit?
Slide 13 - Open vraag
Wie is dit?
Slide 14 - Open vraag
Wat is dit?
Slide 15 - Open vraag
Wat is dit?
Slide 16 - Open vraag
Wie is dit?
Slide 17 - Open vraag
Wat is dit?
Slide 18 - Open vraag
Wat is dit?
Slide 19 - Open vraag
Taalcompleet A1 - Thema 6
Slide 20 - Tekstslide
Schrijf het meervoud en het verkleinwoord van elk woord op. Let goed op welk lidwoord je moet gebruiken! Voorbeeld: de stoel → de stoelen, het stoeltje