herhaling H8 kringlopen

herhaling H8 kringlopen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

herhaling H8 kringlopen

Slide 1 - Tekstslide

Koolstofkringloop

Slide 2 - Tekstslide

koolstofkringloop

Slide 3 - Tekstslide

lange koolstofkringloop
lange koolstofkringloop

Slide 4 - Tekstslide

snelle koolstofkringloop
trage koolstofkringloop
Binas T93F

Slide 5 - Tekstslide

Koolstofkringloop

Slide 6 - Tekstslide

Broeikasprobleem
Welk probleem? Koppel aan Binas.


Slide 7 - Tekstslide

Oplossingen verklaren met Binas

-meer algen kweken
-meer bomen planten
-minder fossielen brandstoffen gebruiken

Slide 8 - Tekstslide

N-kringloop kort herhaald
Plant neem nitraat op
en maakt ...
Koe eet plant en maakt ...
Koe maakt ureum, wordt...
Planten en dieren gaan 
dood, wordt ....

Slide 9 - Tekstslide

N-kringloop kort herhaald
Rottingsbacterie maakt..

Nitrificatie:
ammonium--> nitriet-->
nitraat

Plant neemt nitraat op

Slide 10 - Tekstslide

N-kringloop kort herhaald
Knolletjesbacterie:
N2 uit lucht wordt 
ammonium/nitraat

Denitrificerende bacterie
maakt zonder O2 
het gas N2

Slide 11 - Tekstslide

Stikstof (N2) Is een stof die niet reageert met andere stoffen. Een plant of dier heeft er dan ook niets aan. N2 blijft N2.
Alleen met geweld (bliksem, hitte in een motor) bindt N2 aan zuurstof. 
Of door sommige bacteriën bindt N2 aan waterstof. 
Ammoniak (NH3) en ammonium (NH4+) zijn eigenlijk twee toestanden van dezelfde stof. 
Als ammoniak oplost, pikt het een H+ van water zodat NH4+ ontstaat. Als ammonium de lucht in gaat, wordt het weer NH3. 
Nitriet bestaat maar heel kort in de natuur, omdat de reactie tot nitraat heel snel gaat. Dat is goed, want nitriet is giftig.
Deze NH3 zit binnenin een plant. Het wordt meteen gebruikt door de plant om er N-bevattende organische stoffen van te maken. Deze NH3 komt dus niet in de grond terecht. De andere NH3 wel.
Stikstofassimilatie is gewoon assmilatie met stikstof. Assimilatie = opbouw van grotere moleculen uit kleinere moleculen. Dus bv. opbouw van aminozuren uit nitraat (en glucose)
 BINAS 93F . 

Ammonificatie (rottingsbacterie)
met drie pijlen
- van groen=
- van blauw=
- van bruin =

Wat is een kenmerk van reducenten?
anaeroob proces, verloopt allean als er geen zuurstof is
anaeroob proces, verloopt allean als er geen zuurstof is
aeroob proces, verloopt allean als er wel zuurstof is
aeroob proces, verloopt allean als er wel zuurstof is

Slide 12 - Tekstslide

Stikstof (N2) Is een stof die niet reageert met andere stoffen. Een plant of dier heeft er dan ook niets aan. N2 blijft N2.
Alleen met geweld (bliksem, hitte in een motor) bindt N2 aan zuurstof. 
Of door sommige bacteriën bindt N2 aan waterstof. 
Ammoniak (NH3) en ammonium (NH4+) zijn eigenlijk twee toestanden van dezelfde stof. 
Als ammoniak oplost, pikt het een H+ van water zodat NH4+ ontstaat. Als ammonium de lucht in gaat, wordt het weer NH3. 
Nitriet bestaat maar heel kort in de natuur, omdat de reactie tot nitraat heel snel gaat. Dat is goed, want nitriet is giftig.
Deze NH3 zit binnenin een plant. Het wordt meteen gebruikt door de plant om er N-bevattende organische stoffen van te maken. Deze NH3 komt dus niet in de grond terecht. De andere NH3 wel.
Stikstofassimilatie is gewoon assmilatie met stikstof. Assimilatie = opbouw van grotere moleculen uit kleinere moleculen. Dus bv. opbouw van aminozuren uit nitraat (en glucose)
 BINAS 93F . 

nitrificatie:
NH4+ (ammonium)--> NO2- (nitriet)

NO2---> NO3- (nitraat)

Hoe kan je zien dat er O2 nodig is?

anaeroob proces, verloopt allean als er geen zuurstof is
anaeroob proces, verloopt allean als er geen zuurstof is
aeroob proces, verloopt allean als er wel zuurstof is
aeroob proces, verloopt allean als er wel zuurstof is

Slide 13 - Tekstslide

Hoe kan 'N' verdwijnen uit eenvoudige stikstofkringloop?
A
planten nemen het op
B
vervluchtiging en denitrificatie
C
omzetting in nitriet en nitraat

Slide 14 - Quizvraag

Eutrofiëring

Slide 15 - Tekstslide

Examenvraag (3p)
In een sloot naast een bemeste akker komen veel meststoffen in het water terecht.
Verklaar dat de grote hoeveelheid meststoffen kunnen leiden tot vissterfte.

Slide 16 - Tekstslide