Voorbeeld escalatieladder
0. Negeren
1. Leerling aankijken en ondertussen doorgaan met de les
2. Leerling aankijken, even stoppen met de les
3. Naam noemen, en gelijk doorgaan met de les
("In hoofdstuk 3 zie je, Jeroen, dat ")
4. Naam noemen en ik-boodschap
("Jeroen, ik vind het heel vervelend dat je er voortdurend doorheen praat")
5. Naam noemen, waarschuwen
("Jeroen, dit is de tweede keer dat ik je zie praten. De volgende keer ga je naar voren")
6. Leerling verplaatsen in de klas (naar voren halen)
7. Leerlingen na de les laten nakomen
8. Leerling straf geven
9. Leerling eruit sturen