In deze les zitten 22 slides, met tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Post-Modernisme
Van het Modernisme naar het Post-modernisme
Slide 1 - Tekstslide
Video Opdracht
Pak papier en pen/potlood
Maak een tabel. Links schrijf je modernisme en rechts postmodernisme (1 min)
Schrijf in de juiste tabel de kenmerken van modernisme en postmodernisme op die je hoort in de video. (5 min)
Na de video overleg je met je buren. Hebben jullie hetzelfde? Vul aan waar nodig. (3 min)
Pak nu je boeken en reader erbij. Vul de tabel nog verder aan, maak de tabel zo compleet als mogelijk. (7 min)
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Kernconcepten
Modernisme
Kernconcepten
Postmodernisme
timer
10:00
Slide 4 - Tekstslide
Verwerping van realisme
Abstractie -> geen verwijzingen nodig
Functionalisme (vorm volgt functie)
Functionalisme (less is more)
Breuk met het verleden
Op zoek naar het primitieve, het echte in andere culturen
Expressie kan een belangrijk uitgangspunt zijn
Originaliteit: zoeken met een groep gelijkgestemden
Kunst wil/kan de maatschappij veranderen
Onderzoekende, experimentele houding
Herwaardering figuratie
Geen vaststaande esthetische normen
form follows fantasy
complexiteit en tegenspraak: less is a bore
Originaliteit hoeft niet meer; clichés en (stijl)citaten mogen
Cultuurrelativisme
Eclecticisme
Multidisciplinair karakter
Sterrendom
Spanningsveld tussen hoge en lage kunst
Kernconcepten
Modernisme
Kernconcepten
Postmodernisme
Slide 5 - Tekstslide
Postmodernisme overkoepelend
Anything Goes. Alles kan en alles mag.
Architectuur in het Postmodernisme (blz 141 - 144)
- Mensvriendelijke architectuur
- Organische architectuur
- postmoderne architectuur
- hightech
- deconstructivisme
Graffiti en streetart (Blz 147)
Beeldhouwkunst (blz 148 - 151)
- Expressionistische beeldhouwkunst
- Organische abstracte beeldhouwkunst
- kinetische beeldhouwkunst
- minimal art
- land art
- kunst in de openbare ruimte
Kunst op niveau
Slide 6 - Tekstslide
Postmodernisme overkoepelend
Anything Goes. Alles kan en alles mag.
Pop art
Nouveau Realisme
Hyperrealisme
Neo-expressionisme
Street art
Outsider art
Reader
Postmodernisme is een paraplu begrip, net zoals modernisme. In het tijdperk van postmodernisme zie je beeldhouwkunst, schilderkunst, architectuur, fotografie, videokunst, collage etc. etc. etc. Er zijn sowieso geen regels, dus alles kan en mag!
Slide 7 - Tekstslide
De consumptiemaatschappij
Slide 8 - Tekstslide
Inspiratie uit de massacultuur
Slide 9 - Tekstslide
Andy Warhol
Tripple Elvis - 1963
Brillo - 1964
Campbells soup - 1962
Marilyn Diptych - 1962
Pop art
Slide 10 - Tekstslide
Roy Liechtenstein
Whaam!, 1963
Drowning girl,1963
Brushstrokes, 1967
Crying girl,1963
Pop art
Slide 11 - Tekstslide
Nouveau Réalisme
Arman, poubelle van Jim Dine, 1961
Arman, MAMMA MIA !, 1961
Jean Tinguely
Slide 12 - Tekstslide
Hyperrealisme
chuck Close - olieverf
Glimmende objecten
Ron Mueck
Slide 13 - Tekstslide
Neo-expressionisme
Nieuwe Wilden overzichtstentoonstelling in groningen
Anselm Kiefer | Bilderstreit (1981)
Nieuwe Wilden
Slide 14 - Tekstslide
graffiti en streetart
Keith Haring
Banksy
Basquiat
Slide 15 - Tekstslide
Outsider art
Pauline simon - The Ocean - jaren 80
“Untitled,” 2019, by Reza Shafahi
Slide 16 - Tekstslide
Architectuur in het Postmodernisme
Bijlmermeer Amsterdam - Functionalisme - Jaren 60
Mensvriendelijke architectuur
Kubuswoning Rotterdam - Postmodern - Jaren 70
Slide 17 - Tekstslide
Architectuur in het Postmodernisme
Sagrada Familie Barcelona - Jugendstil - 1882-1926
Organische architectuur
Museum De Buitenplaats - Organische architectuur - 1996
Slide 18 - Tekstslide
Architectuur in het Postmodernisme
Inntel Amsterdam-Zaandam - 2008-2010
postmoderne architectuur
Centre Pompidou Parijs - 1971-1977
Hightech
Slide 19 - Tekstslide
Architectuur in het Postmodernisme
Vladimir Tatlin- Maquette van gebouw in constructivistische stijl - 1920
Deconstructivisme
Deconstructivisme
Slide 20 - Tekstslide
Schrijf zo veel mogelijk kenmerken op van architectuur in het postmodernisme
(lees ook bijschrijft afb.1125 blz 21 van de reader)
Schrijf eerst 1 minuut zo veel mogelijk kenmerken op die je zelf al kent.
Blader dan door je reader en je boek 1 minuut
Overleg dan met je buren 1 minuut.
Slide 21 - Tekstslide
Opdracht
Maak een tijdlijn van de verschillende afbeeldingen. Leg de begrippen en woorden ook op de goede plek. Soms passen begrippen op meerdere plekken.
1940 - 1950 - 1960 - 1970 - 1980 - 1990 - nu
Tip: doe dit voor het CE ook voor de andere periodes!