K2 wiskunde Hoofdstuk 6 6.2 VOLGORDE

Pak de volgende spullen erbij:
Boek deel 2 bladzijde 58 t/m 61

6.2 VOLGORDE



Schrift, potlood, geodriehoek en rekenmachine

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Pak de volgende spullen erbij:
Boek deel 2 bladzijde 58 t/m 61

6.2 VOLGORDE



Schrift, potlood, geodriehoek en rekenmachine

Slide 1 - Tekstslide

Deze week in de online lessen:
Tijdens de online lessen:

Maandag 22 februari
Les 1: Voorkennis H6 (in het boek op blz. 48 en 49)

Woensdag 24 februari
Les 2: 6.1 Getallen (in het boek op blz. 52 t/m 57)

Donderdag 25 februari
Les 3: 6.2 Volgorde (in het boek op blz. 58 t/m 61 )


Slide 2 - Tekstslide

Weektaak week 8:
Maken en inleveren bij de weektaak van deze week (22 t/m 26 februari):

-Voorkennis (in het boek op blz. 48 en 49)
Opdrachten 1 t/m 11
-6.1 Getallen (in het boek op blz. 52 t/m 57)
Opdrachten 1 t/m 22 (NIET 4, 7, 9, 12 en 20)
-6.2 Volgorde (in het boek op blz. 58 t/m 61)
Opdrachten 23 t/m 26

Studyflow:
Je werkt verder aan de hoofdstukken die je nog niet hebt gemaakt! 









Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Hoe rekenen met een deelstreep??
                 Stappenplan

1. Reken de som boven de deelstreep uit.

2. Reken de som onder de deelstreep uit.

3. Maak de deling.

4. Maak de som af door er nog iets bij op te tellen of af te tellen.


               !!!  DENK AAN DE REKENVOLGORDE !!!

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Wat is de juiste rekenvolgorde?
A
Haakjes, plus en min, keer en delen
B
Haakjes, keer en delen, plus en min
C
Keer en delen, haakjes, plus en min
D
Keer en delen, haakjes, plus en min

Slide 10 - Quizvraag


2 + 2 x 2 =
A
4
B
8
C
6
D
2

Slide 11 - Quizvraag


(2 + 4) x 2 =
A
10
B
8
C
6
D
12

Slide 12 - Quizvraag


3 + (8 - 2) x 2 =
A
18
B
15
C
12
D
7

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de volgende stap in onderstaande opgave?

4+326:(31)=
A
4 + 6 - 6 : (3 - 1) =
B
7
C
4 + 6 - 3 =
D
4 + 3 * 2 - 6 : 2 =

Slide 14 - Quizvraag

Als er een optelling tussen haakjes staat, gaat dat voor een vermenigvuldiging
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Optellen en aftrekken doe je van links naar rechts
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Tegengestelde


Slide 17 - Tekstslide

Tegengestelde


            3        -3            

Slide 18 - Tekstslide

Tegengestelde
k

Het getal 3 ligt net zo ver weg van 0 als het getal -3

Slide 19 - Tekstslide

Wat is het tegengestelde van
600
A
1200
B
0
C
600
D
-600

Slide 20 - Quizvraag

Wat is het tegengestelde van
3
A
-3
B
0
C
6
D
-6

Slide 21 - Quizvraag

Wat is het tegengestelde van
-6,2
A
-3
B
0
C
-6
D
6,2

Slide 22 - Quizvraag

Weektaak week 8:
Maken en inleveren bij de weektaak van deze week (22 t/m 26 februari):

-Voorkennis (in het boek op blz. 48 en 49)
Opdrachten 1 t/m 11
-6.1 Getallen (in het boek op blz. 52 t/m 57)
Opdrachten 1 t/m 22 (NIET 4, 7, 9, 12 en 20)
-6.2 Volgorde (in het boek op blz. 58 t/m 61
Opdrachten 23 t/m 26

Studyflow:
Je werkt verder aan de hoofdstukken die je nog niet hebt gemaakt! 









Slide 23 - Tekstslide

Einde van deze les

Slide 24 - Tekstslide