Les 1: H1S1S2S3 geschreven/ongeschreven bronnen + primair en secundaire bronnen.

Wereld 
Bronnen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wereld 
Bronnen

Slide 1 - Tekstslide

H1. Ik kan bronnen beoordelen op geschreven, ongeschreven, primair en secundair.
S1: Ik kan uitleggen wat bedoeld wordt met 'bronnen'.
S2: Ik kan onderscheid maken tussen geschreven en ongeschreven bronnen.
S3: Ik kan onderscheid maken tussen primaire en secundaire bronnen.   

Slide 2 - Tekstslide

Bronnen

Slide 3 - Woordweb

Bronnen
Overblijfselen uit het verleden die gegevens voor historisch onderzoek verschaffen. Dit kunnen geschreven of ongeschreven bronnen zijn.

Slide 4 - Tekstslide

Noem voorbeelden van bronnen

Slide 5 - Open vraag

Geschreven en ongeschreven bronnen.

Geschreven bron: een document dat tekst bevat. 

Een dagboek van een soldaat uit de Tweede Wereldoorlog kan gedetailleerde beschrijvingen geven van zijn ervaringen en gevoelens tijdens de oorlog.

Slide 6 - Tekstslide

Geschreven en ongeschreven bronnen.


Ongeschreven bron: een bron dat geen tekst bevat maar wel informatie over het verleden geeft.

 Een helm of een stuk uniform van dezelfde soldaat kan informatie geven over de uitrusting en de omstandigheden waarin hij vocht.

Slide 7 - Tekstslide

Wat is een geschreven bron?
A
B
C

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een ongeschreven bron?
A
B
C

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een ongeschreven bron?
A
B
C
D

Slide 10 - Quizvraag

Wat is een geschreven bron?
A
B
C
D

Slide 11 - Quizvraag

Primair en secundaire bron

Slide 12 - Tekstslide

Primaire bron


- Zijn in de tijd waarover ze gaan gemaakt

- Zijn meestal gemaakt door iemand die bij de gebeurtenis aanwezig was, maar dat hoeft niet altijd.

- Een bron die direct afkomstig is uit de tijd van de gebeurtenis of het onderwerp dat wordt bestudeerd. Het is een originele bron die niet door latere interpretaties is beïnvloed.

Slide 13 - Tekstslide

Directe bronnen

Kunnen heel betrouwbaar zijn, omdat de maker leefde in die tijd...
...maar ook onbetrouwbaar, omdat iemand zijn mening misschien wel wil geven of niet alle informatie heeft.

Slide 14 - Tekstslide

Primaire bronnen
Voorbeeld: Brieven, dagboeken, officiële documenten, foto’s, en artefacten uit de betreffende periode.

Slide 15 - Tekstslide

Secundaire bronnen

- Zijn gemaakt door iemand die er niet zelf bij was, bijvoorbeeld omdat hij later leefde óf omdat hij ergens anders woonde.
- Heeft de informatie gekregen via andere (geschreven of ongeschreven) bronnen.
- Een bron die is gebaseerd op de analyse, interpretatie of samenvatting van primaire bronnen. Het is een stap verwijderd van de oorspronkelijke gebeurtenis of het onderwerp.




Slide 16 - Tekstslide

Secundaire bron

- Kunnen heel betrouwbaar zijn, omdat de maker misschien zijn informatie uit veel bronnen heeft kunnen halen...
...maar ook onbetrouwbaar, omdat iemand niet bij de gebeurtenis aanwezig was.




Slide 17 - Tekstslide

Primaire bron

Secundaire bron

Slide 18 - Sleepvraag

primair geschreven
Primair ongeschreven
secundair geschreven
secundair ongeschreven

Slide 19 - Sleepvraag

Verder
1. Tijd voor geschiedenis
1.1 geschiedenis en vroeger
Opdracht 1 t/m 6

Slide 20 - Tekstslide

Verder:
Tijd voor Geschiedenis - Hoofdstuk 1
Paragraaf 1.5: Jagers en boeren, Egyptenaren - bronnen
Alle opdrachten

EN antwoord geven op de leerdoelen + schrijven in je schrift.
S1: Ik kan het verschil tussen geschreven en ongeschreven bronnen uitleggen.
S2: Ik kan bronnen verdelen in directe en indirecte bronnen. 

Slide 21 - Tekstslide