In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
WELKOM
3 Kader
Welkom
Slide 1 - Tekstslide
Lesplanning
LessonUp herhaling
15 min
Opdracht Flashcards
30 min
Maken begrippenlijst + zelfstandig leren
25 min
Slide 2 - Tekstslide
Toetsweek
Vrijdag 20 januari 10:00 uur - 11:30 uur
Lokaal 201 (zie Magister)
Tijd: 90 minuten
H2 Bronnen van Energie HELEMAAL
LET OP!!! (volgende dia)
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
16 begrippen!!
Slide 5 - Tekstslide
Duurzame energie noemen we ook wel...
A
Rode energie
B
Gele energie
C
Blauwe energie
D
Groene energie
Slide 6 - Quizvraag
Wat is geen duurzame energie?
A
Zonne-energie
B
Bodemwarmte
C
kernenergie
D
Windenergie
Slide 7 - Quizvraag
Welke duurzame energiebron zie je hier?
A
Kernenergie
B
Waterkracht
C
Zonne-energie
D
Windenergie
Slide 8 - Quizvraag
Hieronder zie je zes voorbeelden van fossiele en duurzame energiebronnen. Herken jij ze? Zet ze bij het juiste rijtje
Fossiele energie
Duurzame energie
Slide 9 - Sleepvraag
Hieronder staan vier energiebronnen die in Nederland worden gebruikt. Zet ze in de volgorde van de energiebron die het meest wordt gebruikt tot de energiebron die het minst wordt gebruikt.
1
2
3
4
Biomassa
Fossiele energie
Windenergie
Zonne-energie
Slide 10 - Sleepvraag
Koppel het juiste nadeel aan de juiste energiebron.
Windenergie
Zonne-energie
Hydro-elektriciteit
Geothermische energie
Alleen geschikt in vulkanische gebieden
Levert in de winter nauwelijks energie op
Vooral geschikt voor bergachtige gebieden
Alleen geschikt voor kustgebieden of op zee
Slide 11 - Sleepvraag
Wat zijn sociale redenen om niet overal duurzame energiebronnen te gebruiken?
A
Offshore is niet overal mogelijk
B
De uitstoot van CO2 en horizonvervuiling
C
Horizonvervuiling en geluidsoverlast
D
Politieke redenen
Slide 12 - Quizvraag
Waarom zet men windmolens vooral aan de kust?
A
Dan krijgen ze meer zon
B
Aan de kust is er altijd veel wind
C
Ze staan 'niet in de weg' (horizonvervuiling)
D
Aan de kust is het goedkoper
Slide 13 - Quizvraag
Welk gas veroorzaakt het versterkte broeikaseffect?
A
zuurstof
B
koolstofdioxide ( CO2)
C
stikstof
D
biogassen
Slide 14 - Quizvraag
Hoe kun je de term 'ecologische voetafdruk' het beste omschrijven?
A
De ecologische voetafdruk zegt iets over hoeveel jij van de aarde gebruikt
B
De ecologische voetafdruk gaat over hoeveel ruimte jij inneemt
C
De ecologische voetafdruk heeft alleen te maken met het gebruik van het landoppervlak
D
De ecologische voetafdruk zegt iets over de bevolkingsdichtheid in een land
Slide 15 - Quizvraag
De meeste groene / duurzame energie in Nederland komt uit
A
Aardgas
B
Zonne-energie
C
Windenergie
D
Bio-massa
Slide 16 - Quizvraag
Wat is hydro-elektriciteit?
A
Elektriciteit opgewekt met aardwarmte
B
Elektriciteit opgewekt met biomassa
C
Elektriciteit opgewekt met wind
D
Elektriciteit opgewekt met water
Slide 17 - Quizvraag
Welke fossiele brandstoffen zitten er in de Nederlandse bodem?
A
Aardolie, aardgas en steenkool
B
Steenkool en aardgas
C
Aardgas, alleen in groningen
D
Nederland heeft geen fossiele brandstoffen
Slide 18 - Quizvraag
Aardgas is een fossiele brandstof
A
waar
B
niet waar
Slide 19 - Quizvraag
Waar in Nederland vindt je de meeste aardgas in de bodem?
A
Groningen
B
Friesland
C
Gelderland
D
Zeeland
Slide 20 - Quizvraag
waar kan je welke energiebronnen vinden?
steenkool
aardolie
aardgas
Slide 21 - Sleepvraag
Welke is geen fossiele brandstof
A
Aardolie
B
Aardgas
C
Kernenergie
D
Steenkool
Slide 22 - Quizvraag
Wat is kernenergie?
A
Kernenergie is energie die wordt gemaakt door uranium te splitsen
B
Kernenergie bestaat nog niet
C
Kernenergie ontstaat door naar de naar de kern te graven van de aarde
D
Kernenergie is energie die wordt gemaakt met steenkool
Slide 23 - Quizvraag
Welke energie wordt vooral in Frankrijk opgewekt
A
Windenergie
B
Duurzame energie
C
Kernenergie
D
Fossiele energie
Slide 24 - Quizvraag
Kernenergie hoort bij de grijze energie
A
waar
B
niet waar
Slide 25 - Quizvraag
Zonne energie
Aardgas
Kernenergie
windenergie
Steenkool
Waterkracht
Slide 26 - Sleepvraag
Flashcards maken
Opdracht:
- Maak 12 flashcards met
1 begrip op 1 kant.
- schrijf op de andere kant de
uitleg van het begrip
Klaar? Maak nog meer flashcards met andere begrippen uit H2
Groene stroom
Grijze stroom
Bio-ethanol
Aardwarmte
Horizonvervuiling
Duurzame energiebron
Stuwmeer
Getijdencentrale
Fossiele energiebron
Biomassa
Hernieuwbare energiebron
Zonne-energie
timer
20:00
Slide 27 - Tekstslide
Quiz-time
Opdracht:
- Overhoor je buurman met de flashcards
- Je speelt 'Wie Ben Ik'
- Als je raad wie je bent krijg je een punt
-Doe dit met alle flashcards.
timer
10:00
Slide 28 - Tekstslide
Aan de slag
Wat? Maak een begrippenlijst van alle begrippen uit H2