§1.4 De computershop

Programma
Herhaling paragraaf 3
Huiswerk maken paragraaf 3 en rekentrainer
Uitleg en maken paragraaf 4
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Programma
Herhaling paragraaf 3
Huiswerk maken paragraaf 3 en rekentrainer
Uitleg en maken paragraaf 4

Slide 1 - Tekstslide

Afschrijvingskosten berekenen
Auto aanschaf € 40.000
Restwaarde € 10.000
Aantallen jaren gebruik 5.  Bereken de afschrijvingskosten, per jaar en per maand.

Slide 2 - Tekstslide

Afschrijvingskosten berekenen
Auto aanschaf € 40.000
Restwaarde € 10.000
Aantallen jaren gebruik 5.  Bereken de afschrijvingskosten? per jaar en per maand

Formule:
(aanschafprijs - restwaarde) : aantal gebruiksjaren

Slide 3 - Tekstslide

Bereken de winst
Een kledingwinkel verkoopt in de maand mei 350 spijkerbroeken van € 75,-. Hij heeft deze broeken ingekocht voor € 45,- per broek.
De bedrijfskosten zijn huur pand € 2500,-. Loonkosten € 3500,- Overige kosten € 800,-.
Wat is de winst/verlies?

Slide 4 - Tekstslide

Winstberekening
Omzet (afzet x verkoopprijs) 350 x € 75,- = € 26.250,-
Inkoopwaarde - 350 x € 45,-                            = € 15.750,-
Brutowinst                                                                = € 10.500,-
Bedrijfskosten -  € 2500,- € 3500,- € 800,-= € 6.800,-
Nettoresultaat (winst of verlies)                      = € 3700,-

Slide 5 - Tekstslide

Van omzet naar nettoresultaat

-Afzet:  aantal verkochte producten

-Omzet:  geld dat binnenkomt uit de verkoop 

WINSTBEREKENING:

  • Afzet  x verkoopprijs  =            Omzet
  • Afzet x inkoopprijs  =                Inkoopwaarde -
  •                                                              BRUTOWINST
  • (huurpand, elektriciteit,          Bedrijfskosten -
  • personeelskosten)  =               NETTOWINST

                                                            





Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen paragraaf 4 De computershop
Ik kan uitleggen wat de brutowinstopslag is
Ik kan met behulp van de brutowinstopslag de verkoopprijs berekenen
Ik kan de verkoopprijs exclusief en inclusief btw berekenen

Slide 7 - Tekstslide

Verkoopprijs
Inkoopprijs
Brutowinstopslag.            +
Verkoopprijs zonder BTW
BTW                                         +                                                         
Verkoopprijs met BTW

Slide 8 - Tekstslide

 Brutowinstopslag 
- Verschil (-) tussen de inkoopprijs en de verkoopprijs exclusief BTW
- Wordt uitgedrukt in geld (€)
- Brutowinst op een artikel
- Formule:
Verkoopprijs - inkoopprijs
of
brutowinstmarge x inkoopprijs

Brutowinstmarge
- Percentage van de brutowinst op de inkoopprijs
- wordt uitgedrukt in een percentage (%)
- Percentage brutowinst op een artikel
- Formule:
brutowinst        x 100
inkoopwaarde

Slide 9 - Tekstslide

Brutowinstopslag voorbeeld
De inkoopprijs van een speaker is € 15. De brutowinstmarge is 60% van de inkoopprijs.
  • Bereken de brutowinstopslag 





  • De brutowinstopslag is € 15 : 100 x 60 = € 9

Slide 10 - Tekstslide

Brutowinstmarge voorbeeld





Alexander Mcqueen kosten in de winkel 399,95. 

De inkoopprijs is € 250. De btw is € 69,41. Bereken de brutowinstmarge.








Slide 11 - Tekstslide

Brutowinstmarge

Alexander Mcqueen kosten in de winkel 399,95. 

De inkoopprijs is € 250. De btw is € 69,41. Bereken de brutowinstmarge.


De btw heb je niet nodig, want formule is 

brutowinst           x 100 =

inkoopwaarde


brutowinst = 399,95 - 250 = 149,95

149,95 / 250 x 100 = 59,98%







Slide 12 - Tekstslide

Berekening winkelprijs inclusief btw
Inkoopprijs = 4,50, brutowinstmarge = 40%, btw = 21%

Inkoopprijs                                                              € 4,50
Brutowinstopslag (4,50/100 x 40)                € 1,80 +
Verkoopprijs exclusief BTW.                            € 6,30
btw 21% ( 6,30/100 x 21)                                     € 1,32+
Verkoopprijs inclusief BTW                              € 7,62

Slide 13 - Tekstslide

De inkoopprijs van een toetsenbord is € 15. De brutowinstmarge is 34% van de inkoopprijs. Bereken de brutowinstopslag.

Slide 14 - Open vraag

Huiswerk
Maken paragraaf 1.4 opdrachten 1,2,3,4 en 5 
(en de rekentrainer 1.4  op bladzijde 37)

Slide 15 - Tekstslide

Leerdoelen paragraaf 4 De computershop
Ik kan uitleggen wat de brutowinstopslag is
Ik kan met behulp van de brutowinstopslag de verkoopprijs berekenen
Ik kan de verkoopprijs exclusief en inclusief btw berekenen

Slide 16 - Tekstslide