Aan het einde van deze paragraaf:
• weet je hoe het Romeinse keizerrijk ontstond en bestuurd werd;
• begrijp je hoe de Rijn de grens van het Romeinse rijk werd en kun je
uitleggen hoe de Romeinen met de volken rond de grens omgingen;
• kun je voorbeelden geven van romanisering en kun je uitleggen hoe de
mensen in de Romeinse samenleving leefden;
• weet je wat met oudheid en met de Grieks-Romeinse cultuur bedoeld
wordt.