2.1 Sprachstadt

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Wilkommen liebe Schüler! 

Programm dieser Stunde:

1. Evaluation der Mündlichen Prüfung

2. Nächste Periode

3. Hausaufgaben

4. An die Arbeit

5. Ziele checken

6. Spielzeit

Ziele der Stunde:

Am Ende der Stunde: 

1. weiß ich was "Sprachstadt"  bedeutet

2. habe ich ein wenig im Sprachstadtheft gearbeitet

Evaluation der mündlichen Prüfung 

• Wie fandet ihr es? Schwierig? Einfach?
• Wie fanden wir es?
• Was ist uns aufgefallen?
•      Boven niveau: communicatieve strategieën
• Volgende periode: wil je op niveau? Dan moet je de communicatieve strategieën kennen!!!

Nächste Periode

-Iedereen krijgt zijn eigen SPRACHSTADT DEUTSCH boekje 

-Iedere week moeten jullie deze mee naar school brengen!!!!

-Op vrijdag 17 maart voeren leerlingen uit klas 2: 3 verschillende gesprekjes met jullie

-Het boekje gaat jullie helpen om hier goed op voor te kunnen bereiden

Om welke drie situaties gaat het?

1. Auf dem Campingplatz

2. Im Restaurant

3. Im Supermarkt 

Hausaufgaben

Leer elke dag 10 minuten van Nederlands naar Duits (evt met Quizlet optie: Kaarten): Redemittel Auf dem Campingplatz  --> formatief toetsje in de les

Wie spricht man das aus?

Auf dem Campingplatz

Unterstreiche jetzt alle Wörter mit sch und ö

Wie spricht man diese Wörter aus?

Wir lesen jetzt die Redemittel gemeinsam

Aber pass auf!!  sch = "shj" & ö="eu"

An die Arbeit!

AUFGABE Auf dem Campingplatz: Vertaal de Duitse zinnen naar het Nederlands en vul de Redemittel op de correcte plaats in het gesprekje in. (Om “boven” niveau te kunnen halen, voeg je zelf ook nog extra zinnen toe.)

Hulpmiddelen: 

1. google translate voor de vertaling van de Duitse zinnen naar het Nederlands

2. Redemittel voor de zinnen van Nederlands naar Duits

3. https://context.reverso.net/vertaling/nederlands-duits/ voor extra zinnen

Ziel:
Was bedeutet Sprachstadt?

Ziel: Hast du ein wenig im Sprachstadtheft gearbeitet?

😒🙁😐🙂😃

Spielzeit!!

Running Dictation

Die Antworten

1. 1 of meerdere spelfouten in woord (ook hoofdletters): 1 fout
   
2. woord vergeten: 1 fout
   
3. Hele zin niet opgeschreven: per woord 1 fout