herhaling voortplanting en seksualiteit
1 / 20
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Wat is 1 en wat is 3?
A
1=blaas
3= eierstok
B
1=baarmoeder
3=eierstok
C
1=baarmoeder
3=eileider
D
1=eileider
3=eierstok
Slide 3 - Quizvraag
Welk cijfer is de clitoris?
A
1
B
7
C
6
D
3
Slide 4 - Quizvraag
Wat is waar?
A
een eisprong is: de eicel komt uit de eierstok en gaat via de eileider naar de baarmoeder
B
de eisprong is: de eicel komt uit de eileider en gaat via de eierstok naar de baarmoeder
C
de ovulatie is: de eicel komt uit de eileider en gaat via de eierstok naar de baarmoeder
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Wat is menstruatie?
Slide 8 - Open vraag
Hoelang duurt een menstruatie cyclus?
A
18 dagen
B
30 dagen
C
28 dagen
D
2 weken
Slide 9 - Quizvraag
Wanneer begint je menstruatie cyclus?
A
de laatste dag dat je ongesteld bent
B
de eerste dag als je ongesteld bent
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Op welke dag is de ovulatie?
A
dag 24
B
dag 20
C
dag 10
D
dag 14
Slide 13 - Quizvraag
Wat gebeurt er als een vrouw in de overgang is?
Slide 14 - Open vraag
Wat is de hypofyse?
A
voortplantingsorgaan
B
hormoonklier
C
hormonen
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Wat is de volgorde wat een zaadcel doorloopt van teelbal tot buiten?
Slide 17 - Open vraag
Sperma bestaat uit vocht en zaadcellen. welke
A
blaas
B
zaadleider en zaadblaasjes
C
prostaat en zaadleider
D
zaadblaasjes en prostaat
Slide 18 - Quizvraag
Wat doet het zwellichaam?
