Lezen 1.2 27 november klas 2C en D

Nederlands
vrijdag 27 november
Jaar 2C en 2D
Lezen 1.2

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
vrijdag 27 november
Jaar 2C en 2D
Lezen 1.2

Slide 1 - Tekstslide

Welkom 
  • Ga zitten naast je maatje (jas uit, telefoon uit en in je tas )
  • Pak leesboek, werkboek en pen
  • Tas op de grond
  • Je bent uur startklaar voor de les

timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

Programma
  • Lezen
  • Wat weten jullie nog?
  • Laatste opdrachten hfst 1.2
  • Bespreken huiswerk
  • Afsluiter

Slide 3 - Tekstslide

Lezen
timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Signaalwoorden 
In bijna elke tekst staan signaalwoorden. 
Signaalwoorden laten zien wat het verband is tussen woorden, zinnen of alinea's. Ze geven je een teken zodat je weet wat er komen gaat.



Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Signaalwoorden
Andere verbanden die door signaalwoorden aangegeven kunnen worden:

reden of argument ->   daarom, omdat, namelijk.     
tegenstelling ->   maar, hoewel, toch    
conclusie -> daarom, kortom.
oorzaak-gevolg -> doordat, daardoor, waardoor, zodat.


Slide 8 - Tekstslide

Vak: Lezen 1.2 

Terugblik (Moeilijke woordenwijzer)

Doel: Signaalwoorden
Ik kan de signaalwoorden in een tekst herkennen

Wat ga je doen
Lezen 1.2 opdracht 18 t/m 21 vanaf blz. 27

Hoe ga je het doen
-In tweetallen de opdrachten maken

Hoelang
In totaal 20 minuten




Welke hulp mag je gebruiken
Klasgenoot en docent
Klaar
1. Maak  de extra Leestaak op blz. 60
2. Nakijken huiswerk vorige les (klassikaal)



Resultaat
Opdracht 18 t/m 21 gemaakt
Huiswerk nagekeken.
Heb je je doel bereikt?

Afsluiting van de les
Tips en tops
Vooruitblik (De functie van de inleiding)



timer
20:00

Slide 9 - Tekstslide

Welke manieren van een tekst lezen zijn er?
A
stillezen, hardop lezen, snellezen
B
verkennendnauwkeurig en zoekend lezen.
C
De tekst lezen en daarna meteen de vragen beantwoorden.
D
Ik weet het niet.

Slide 10 - Quizvraag

Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over school?
A
De dierenwinkel
B
De geschiedenis van voetbal
C
Pauzes in de aula
D
Zakgeld

Slide 11 - Quizvraag

Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over poltiek?
A
Gezelschapsspellen
B
Verkiezingen
C
Vakantiereizen
D
De woestijn

Slide 12 - Quizvraag

één of enkele woorden
A
onderwerp
B
deelonderwerp
C
hoofdgedachte

Slide 13 - Quizvraag

1. Wat is het verschil tussen een onderwerp en een deelonderwerp?
A
Er is geen verschil.
B
Een onderwerp gaat over de hele tekst. Een deelonderwerp is het onderwerp van een alinea (een deel van de tekst).
C
Een deelonderwerp gaat over de hele tekst. Een onderwerp is het onderwerp van een alinea (een deel van de tekst).

Slide 14 - Quizvraag


Wat is NIET waar?

Een deelonderwerp...
A
...wordt soms door middel van een deeltitel weergegeven.
B
...vind je in de inleiding en het slot.
C
...kan uit één, maar ook uit meerdere alinea's bestaan.
D
...behandelt een deel van het onderwerp (in een tekstgedeelte).

Slide 15 - Quizvraag

Signaalwoorden en tekstverbanden horen bij elkaar.
A
Ja
B
Nee
C
Soms

Slide 16 - Quizvraag

Signaalwoorden: Eerst, daarna, vervolgens horen bij:
A
Opsommend
B
Tegenstellend
C
Oorzaak-gevolg

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide