In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Eindquiz MLS-4
Slide 1 - Tekstslide
Demografie bestudeert ?
A
het verhuisgedrag van de bevolking
B
omvang, samenstelling en spreiding van de bevolking
C
omvang en leeftijdsverdeling van de bevolking
D
de politieke voorkeuren van de bevolking
Slide 2 - Quizvraag
De bevolking van Zuid Limburg is
A
aan het vergrijzen
B
aan het ontgroenen
C
aan het vergrijzen en ontgroenen
D
aan het ontgrijzen en vergroenen
Slide 3 - Quizvraag
Mensen uit het buitenland die zich permanent in NL vestigen noemt men
A
Immigranten
B
Emigranten
C
Omnigranten
D
het juiste antwoord ontbreekt
Slide 4 - Quizvraag
Snowworld en klimcentrum Neoliet zou je kunnen zien als bedrijven die aansluiten bij de trend
A
Cocoonen
B
Onbeschaamd genieten
C
Save our Society
D
Beschermd avontuur
Slide 5 - Quizvraag
Recreantenatlas. Welke "wereld" sluit aan bij de volgende groep, Vitaliteit - energieke jonge mensen die ervoor gaan. Zijn tegendraads en willen vrijheid.
A
Blauwe wereld
B
Rode Wereld
C
Gele wereld
D
Groene wereld
Slide 6 - Quizvraag
In welke kleur (wereld) tref je de zogenaamde "control freak" aan?
A
Blauw
B
Rood
C
Geel
D
Groen
Slide 7 - Quizvraag
Typologie (toerist/recreant) Hahn. De cultuurzoeker is het ........
A
A-type
B
B-Type
C
F-type
D
W-type
Slide 8 - Quizvraag
Welke voorbeeld hoort niet bij duurzaamheid?
A
Grijswaterinstallatie
B
Sep-Key
C
Zonnepanelen
D
Inzet stagiaires
Slide 9 - Quizvraag
Electriciteit. Een kampeerder heeft in zijn caravan (op enig moment) behoefte aan 3500 Watt. Hoeveel Ampère adviseer je?
A
8 ampère
B
12 ampère
C
16 ampère
D
het juiste antwoord ontbreekt
Slide 10 - Quizvraag
Welke organisatie behartigt de belangen van de WATERRECREATIE sector?
A
Hiswa
B
Recron
C
IAAPA
D
Wacron
Slide 11 - Quizvraag
Een nieuw buitensportbedrijf wil adviezen over verzekeringen, opleidingseisen medewerkers etc. Bij wie kunnen ze voor bedrijfsadviezen terecht?
A
VEKABO
B
HISWA
C
RECRON
D
VEBON
Slide 12 - Quizvraag
Het hoogste machtsorgaan binnen de gemeentelijke overheid is ?
A
De burgemeester
B
B&W
C
De gemeenteraad
D
Het juiste antwoord ontbreekt
Slide 13 - Quizvraag
Bouwaanvragen worden getoetst aan?
A
Het bestemmingsplan
B
De bouwvergunning
C
Het welstandsplan
D
Het vergunningenplan
Slide 14 - Quizvraag
Toeristenbelasting. Wat is onjuist?
A
Heft men p.p.p.n.
B
Tarief verschilt per gemeente
C
Is een bestemmingsbelasting
D
Draagt de ondernemer af aan de gemeente
Slide 15 - Quizvraag
I Precariobelasting betaalt de ondernemer wanneer hij een terras exploiteert op gemeente grond. II Reclamebelasting betaalt de ondernemer wanneer hij het dagmenu aanprijst met een bord op het openbaar trottoir.
A
Bewering I is juist
B
Bewering II is juist
C
Beide beweringen zijn juist
D
Beide beweringen zijn onjuist
Slide 16 - Quizvraag
I Voor het plaatsen van een stacaravan betaalt de eigenaar onroerend zaak belasting (OZB). II Het tarief van de OZ-belasting baseert men op de WOZ waarde van een gebouw.
A
Bewering I is juist
B
Bewering II is juist
C
Beide beweringen zijn juist
D
Beide beweringen zijn onjuist
Slide 17 - Quizvraag
Legionella. Welke bewering is onjuist?
A
Drinken van Legionella besmet water is gevaarlijk
B
Legionellabesmetting kan dodelijk zijn
C
Legionella besmetting tref je aan in stilstaand, lauw-warm water (> 20 graden)
D
Ook in particuliere (privé) huizen kan legionella besmetting voorkomen.
Slide 18 - Quizvraag
Een lozingseenheid is 50 kuub afvalwater. Dit komt overeen met?
A
5000 liter
B
50.000 liter
C
500.000 liter
D
5.000.000 liter
Slide 19 - Quizvraag
Een recreatiebedrijf zet op de website: oppervlakte: 17 ha. Dit komt overeen met ......?........vierkante meter
A
17.00
B
17.000
C
170.000
D
1.700.000
Slide 20 - Quizvraag
Of een recreatiebedrijf verplicht moet aansluiten op het openbaar riool is afhankelijk van ?
A
Omvang lozing en de afstand tot het riool
B
Aantal gasten en oppervlakte van het bedrijf
C
Afdracht van toeristenbelasting en OZB heffing
D
Kans op Legionellabesmetting en aantal Lozingseenheden
Slide 21 - Quizvraag
I Het is zinvol (duurzaam) om warmwaterleidingen in de kruipruimte te isoleren. II Betonpuingranulaat gebruikt men als funderingsmateriaal
A
Bewering I is juist
B
Bewering II is juist
C
Beide bewering zijn juist
D
Beide beweringen zijn onjuist
Slide 22 - Quizvraag
De richtlijnen voor de bouw en te gebruiken materialen vindt men in ?
A
de stelpost
B
het bestek
C
de welstand
D
het programma van eisen
Slide 23 - Quizvraag
Een gemeente wil bij een surfplas een toiletvoorziening plaatsen. Men wil een tweetal jaar bezien hoe groot de belangstelling is. Wat adviseer je?
A
Mobielbouw
B
Prefabbouw
C
Systeembouw
D
Traditionele bouw
Slide 24 - Quizvraag
Welke apparaat zal de meeste stroom nodig hebben?
A
Led TV
B
Buitenlamp
C
Lap top
D
Magnetron
Slide 25 - Quizvraag
Welke gas is ongeschikt bij temperaturen onder de nul (0) graden?
A
Butaan
B
Propaan
C
LPG
D
Aardgas
Slide 26 - Quizvraag
Dit noemt men een ?
A
Trekhaak
B
Kissel
C
Zwenker
D
Dissel
Slide 27 - Quizvraag
Het gemiddelde waterverbruik van een Nederlander per dag is
A
50 liter
B
75 liter
C
100 liter
D
125 liter
Slide 28 - Quizvraag
In een normale emmer past .?.water.
A
5 liter
B
10 liter
C
15 liter
D
25 liter
Slide 29 - Quizvraag
Op een camping is een ovaal zwembad. Je moet berekenen hoeveel liter water hierin past. Welke formule is juist?
A
diepte* 3,14* straal*straal
B
L*D*B*0,89
C
L*D*B*0,75
D
straal*diameter*diepte
Slide 30 - Quizvraag
1 Kuub is een kubus waarvan elke zijde .........?......... lang is
A
1 cm
B
1 dm
C
1 m
D
10 meter
Slide 31 - Quizvraag
1 kuub water kost (ongeveer)
A
10 Eurocent
B
1 Euro
C
10 Euro
D
15 Euro
Slide 32 - Quizvraag
Het ontstoppingsstuk van een riool markeert ?
A
Grens vloeibaar en vast rioolafval
B
Het ontluchtingsdeel van het riool
C
Grens gemeentelijk en privériool
D
Grens tussen het riool van 2 aangrenzende huizen
Slide 33 - Quizvraag
Een straatkolk is hetzelfde als een
A
PVC MOF
B
Ontstoppingstuk
C
Bladvanger
D
Waterafvoer put
Slide 34 - Quizvraag
Voor de mondelinge toets van het vak MLS4 kan ik het beste ?
A
NIET leren
B
3 blikjes Red Bull drinken en weinig slapen
C
op tijd (nu dus) beginnen en zelf een goede samenvatting maken
D
de mentor complimenteren en overladen met cadeau's