Mens en maatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2
In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 80 min
Onderdelen in deze les
Les voor de toets
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
Quizlet 15 min
Herhalen en leren 30 min
blooket?
film 40 min
Slide 2 - Tekstslide
Quizlet
We gaan herhalen met quizlet.
timer
15:00
Slide 3 - Tekstslide
burgeroorlog
De strijd tussen het kapitalisme en het communisme. De koude oorlog. Een strijd zonder strijd.
Kapitalisme:
Een economie gebaseerd op winst en de producten zijn prive eigendom.
Communisme:
Iedereen gelijk, alles word gelijk verdeeld.
Geen prive eigendommen.
Slide 4 - Tekstslide
Sovjet-Unie
Na de revolutie. Sinds 1922 de officiële naam voor Rusland. Heeft tot 1991 bestaan.
Oost-Berlijn (Sovjet-Unie)= plan economie, communisme. De overheid beslist wat en hoeveel er in een land geproduceerd wordt. De overheid bemoeit zich dus heel veel met de economie.
Dictatuur, Eén partij heeft alle macht
Slide 5 - Tekstslide
Verenigde Staten
Democratie
Kapitalisme. West-Berlijn (Het westen.)= vrije markt economie Wat en hoeveel er wordt geproduceerd wordt bepaald door de vraag. De overheid bemoeit zich er eigenlijk niet mee.
Vrijheid
Grote verschillen (arm/rijk, blank/zwart)
Slide 6 - Tekstslide
Na de tweede wereld oorlog was er een deel van Europa die bij de sovjet unie hoorde en een deel dat bij Amerika hoorde.
Ijzeren gordijn: Een letterlijke ijzeren grens tussen de sovjet unie en de rest.
Duitsland en Berlijn werden verdeeld onder vier landen. Ook hier was het verdeeld tussen het Westen en het Oosten.
Slide 7 - Tekstslide
Het westen onder Amerika werd vanuit Amerika geholpen met financiële en militaire steun (marshallhulp). Op die manier probeerde Amerika de verdere verspreiding van het Communisme te voorkomen. Dit noem je ook wel de containmentpolitiek.
Amerika en de Sovjet unie vreesden voor elkaar en waren bang dat een van beiden de complete macht zou overnemen.
Er kwam een wapenwedloop en beide landen bedreigden elkaar, maar deden niks. Ze waren vooral bang voor een kernoorlog.
Slide 8 - Tekstslide
In het begin probeerden zoveel mogelijk mensen in Berlijn van oost naar west Berlijn te vluchten.
Om er voor te zorgen dat er zo min mogelijk mensen gingen vluchten naar west Berlijn bouwde de Sovjet-Unie de Berlijnse muur (1961).
In west Berlijn kregen de mensen juist hulp van de VS om hun land weer op te bouwen. Dit noemde je de Marshallhulp. In oost Berlijn was het erg armoedig.
Slide 9 - Tekstslide
Zelfde jaar oprichting Navo (1961).
De Noord Atlantische verdrags organisatie.
Een militaire bondgenootschap. Als een lidstaat werd aangevallen dan hielpen ze die staat mee.
Slide 10 - Tekstslide
NAVO
Marshallhulp
Dictatuur
Democratie
Wapenwedloop
ijzeren gordijn
Berlijnse muur
Stalin
Sovjet unie
Communisme
Kapitalisme
Koude Oorlog
Een tijd van spanning tussen Rusland en Amerika. Er werd gedreigd met aanvallen, maar dit is niet gebeurd.
De macht ligt bij het volk.
Muur dwars door Berlijn om Oost en West van elkaar te scheiden.
Na de Russische revolutie heette Rusland de Sovjet-Unie.
Militair verbond tussen de VS en westerse landen om elkaar te beschermen.
Iedereen is gelijk en geen privé eigendommen.
Strijd om wie de meeste en de krachtigste wapens heeft.
Economie gebaseerd op winst en privé eigendommen.
Een grens tussen het Oosten en het Westen. het was een lang ijzeren hek.
Een persoon of een partij heeft de macht.
Leider van de Sovjet-Unie.
Financiële steun van de VS aan Europa.
Slide 11 - Sleepvraag
Sovjet-Unie
Frankrijk
Amerika
Engeland
Slide 12 - Sleepvraag
Welke landen stonden tegenover elkaar tijdens de koude oorlog?
A
Nederland en Duitsland
B
Amerika en de sovjet unie.
C
Duitsland en de sovjet unie
D
Amerika en Engeland
Slide 13 - Quizvraag
Waarom werd de Berlijnse muur gebouwd?
A
Het was een oplossing voor betere handel
B
Stalin vond dit mooi
C
Om ervoor te zorgen dat mensen niet van oost naar west Berlijn vluchten.
D
Om ervoor te zorgen dat mensen niet van west naar oost vluchten.
Slide 14 - Quizvraag
Marshallhulp
Containment
politiek
Communisme
Kapitalisme
Om ervoor te zorgen dat het communisme zich niet verder verspreide.
Financiële hulp.
Iedereen gelijk. Geen privébezit. Overheid bemoeit zich met de economie.
Economie gebaseerd op winst. Overheid bemoeit zich niet met wat er geproduceerd word.
Planeconomie
Vrijemarkt economie
Slide 15 - Sleepvraag
Waarom heet de koude oorlog de koude oorlog?
A
Er werd veel gedreigd met het gebruiken van geweld, maar dit werd nooit daadwerkelijk gebruikt.
B
Er werden veel mensen vermoord en dit noemde ze koudleggen.
C
Ze vonden het erg koud in Rusland.
Slide 16 - Quizvraag
Waarom is Duitsland na de tweede wereldoorlog verdeeld?
A
Duitsland had verloren dus moesten ze hun land afstaan.
B
Duitsland mocht niet meer over hun eigen land heersen.
C
De geallieerden vonden Duitsland erg mooi en deden aan landje pik.
D
Slide 17 - Quizvraag
Wat is het ijzeren gordijn?
A
De gordijnen die mensen in het oost-blok in huis hadden hangen.
B
Een ander woord voor de Berlijnse muur.
C
Een ijzeren grens/hek tussen het oost-blok en het westen.
Slide 18 - Quizvraag
Waarom is de NAVO opgericht?
A
om elkaar te helpen met de handel.
B
Om elkaar te helpen wanneer een lidstaat word aangevallen.