Y2 NL Degrees of Comparison - comparative + superlative

Welcome!
Please have a seat, take out your materials and put your bag on the floor
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Welcome!
Please have a seat, take out your materials and put your bag on the floor

Slide 1 - Tekstslide

Lesson plan
  1. Grammar time!
  2. Practise
  3. DIY 

Slide 2 - Tekstslide

Goal
Aan het einde van de les kan je dingen vergelijken in het Engels

Slide 3 - Tekstslide

Komt dit bekend voor?

Slide 4 - Tekstslide

Probeer maar!
Rich - ____ - _____
Vergrotende trap: voeg -er toe
Overtreffende trap: voeg -est toe

Slide 5 - Open vraag

Degrees of comparison
  • Trappen van vergelijking
  • Vergrotende trap = comparative
  • Overtreffende trap = superlative 

  • Wat zijn de basisregels?
  • Short - shorter - shortest
  • Vergrotende trap: +-er
  • Overtreffende trap: +-est

  • Big - bigger - biggest
  • Verdubbeling voor klankbehoud!

  • Let op! Een lettergreep!

Slide 6 - Tekstslide

Degrees of comparison
  • Twee of meer lettergrepen:

  • Beautiful - more beautiful - most beautiful 
  • Perfect - more perfect - most perfect

  • --> Voeg more or most toe
  • Tiny - tinier - tiniest 
  • Eindigt je bijvoeglijk naamwoord op -y?
  • --> verander y in i en voeg
    -er of -est toe

  • Denk ook aan woorden zoals pretty, fluffy, scary etc

Slide 7 - Tekstslide

What's the difference?
than vs then
Than = compArison (vergelijking)
Then = timE (tijd)

Slide 8 - Open vraag

Kijk uit voor de onregelmatige!
  1. good - better - best
  2. bad - worse - worst
  3. many - more - most
  4. much - more - most
  5. little (weinig) - less - least 

Slide 9 - Tekstslide

(not) as ____ as
  1. The new Marvel movie is as good as the previous one
  2.  It's not as heavy as you might think

  • Om te zeggen dat iets net zo of niet zoals is gebruiken (not) as .... as

Slide 10 - Tekstslide

Australia is ____ (big)
than England.

Slide 11 - Open vraag

The Turkish grand prix was ____ (boring) than the Dutch grand prix

Slide 12 - Open vraag

He thinks Chinese is _____ (difficult)
to learn than Latin

Slide 13 - Open vraag

Cats are _____ (not/intelligent)
as dogs

Slide 14 - Open vraag

My brother has a _____ (tidy)
room than me.

Slide 15 - Open vraag

She's got ____ (little)
money than you, but she doesn't care.

Slide 16 - Open vraag

____ (hot) desert of all is the Sahara and it's in Africa.

Slide 17 - Open vraag

I'm ____ (good)
now than yesterday.

Slide 18 - Open vraag

Show me _____ (good)
restaurant downtown.

Slide 19 - Open vraag

They believe McDonalds is ____ (good) as Burger King

Slide 20 - Open vraag

Who is _____ (talkative)
person in this class?

Slide 21 - Open vraag

DIY 2F
Do exercises 5+6
Online
Individually

Slide 22 - Tekstslide