1.3 Europa en de wereld

Regenten en vorsten
1.3 Europa en de wereld
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Regenten en vorsten
1.3 Europa en de wereld

Slide 1 - Tekstslide

In deze paragraaf leer je:
  • Hoe de handel tussen alle werelddelen groeide in de 17e eeuw
  • Hoe Europeanen hun activiteiten in Azië uitbreidden
  • Hoe Europeanen hun activiteiten in Amerika en Afrika uitbreidden

Slide 2 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten bij deze paragraaf:
Ontstaan van handelskapitalisme en begin van een wereldeconomie

Slide 3 - Tekstslide

Nederland was rijk in de 17e eeuw
  • De Tachtigjarige oorlog (1568 - 1648) werd vooral in de Zuidelijke Nederlanden uitgevochten.
  • Haven van Antwerpen afgesloten, schepen wijken uit naar Amsterdam.
  • Door gebrek  aan producten/grondstoffen ontwikkelt zich een stapelplaats.
  • Amsterdam wordt één grote marktplaats voor Europese producent

Slide 4 - Tekstslide

Stapelmarkt

Slide 5 - Tekstslide

Republiek wordt handelscentrum van Europa

Slide 6 - Tekstslide

Specerijen
  • Erg interessant, meer smaak, langere houdbaarheid, medicijn.

  • Groeit alleen in Zuidoost-Azië.

  • Door lange route, met veel tussenhandel zijn specerijen peperduur.

Slide 7 - Tekstslide

Europese landen willen zelf winst maken
  • De Portugezen ontdekken de route naar Azië

  • Vasco da Gama maakt als eerste Europeaan de zeereis naar India (1498)

  • Portugezen houden deze Carreira da India strikt geheim

Slide 8 - Tekstslide

Nederlanders, (Fransen en Engelsen) willen dat ook!

  • Er worden compagnieën (handelsbedrijven) opgericht
  • Er ontstaat een wereldeconomie 

  • Spionage!
  • Jan Huygen van Linschoten reist mee en beschrijft de reis in zijn Itinerario

Slide 9 - Tekstslide

De Itinerario, of Voyage ofte schipvaert, naer Oost ofte Portugaels Indien (...enz. enz.), was meer dan alleen een routekaart.
Er stonden heel veel tekeningen in van vreemde kusten, dieren, mensen en hun rituelen. De Nederlanders keken hun ogen uit.

Slide 10 - Tekstslide

Eerste Nederlanders in Azië
  • Cornelis de Houtman komt in 1596 als eerste Nederlander in Oost-Indië (Zuidoost-Azië) aan

  • Opbrengst net voldoende om de kosten eruit te krijgen, vooral door verkeerde ruilmiddelen en zware tegenvallers tijdens de tocht.

  • Toch is het doel bereikt: een route via Kaap de Goede Hoop is bewezen

Slide 11 - Tekstslide

Nieuw probleem!
  • Steeds meer Nederlandse bedrijven (compagnieën) gaan naar Indië varen.

  • Hierdoor ontstaat veel concurrentie tussen Nederlanders onderling

  • De prijs van de specerijen daalt hierdoor snel, de winst dus ook

Slide 12 - Tekstslide

Verenigde Oostindische Compagnie (1602)
  • Nederlandse regering (Staten-Generaal) grijpt in.
  • Compagnieën moeten samengaan in één bedrijf.
  • Hierdoor gaan ze concurrentie tegen en winsten kunnen ook gebruikt worden in de oorlog tegen Spanje
  • De VOC wordt het grootste bedrijf ter wereld < 20.000 werknemers
  • De VOC is in de Republiek de grootste werkgever.

Slide 13 - Tekstslide

Doel: monopolie op de specerijenhandel ten oosten van Kaap de Goede Hoop

Slide 14 - Tekstslide

Hoe?
  • Uitschakelen van concurrenten

  • Bouwen van handelposten

  • Contracten met inheemse vorsten

  • Opbouwen van handelsnetwerk in Azië

  • Indien nodig: veel geweld

Slide 15 - Tekstslide

Jan Pieterszoon Coen
  • Berucht vanwege het gebruik van geweld

  • Vermoorden of verbannen van de bevolking van de Molukse Banda-eilanden

  • Hongitochten, speciale strafexpedities om smokkelen tegen te gaan

Slide 16 - Tekstslide

Kolonialisme
  • Ook andere Europese handelscompagnieën stichtten handelsposten en kleine kolonies in Azië.
  • In Azië kwamen zo steeds meer gebieden onder Europese heerschappij: kolonialisme

Slide 17 - Tekstslide

Video
Canonclip: De VOC
(4 min)

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Europese expansie in Amerika en Afrika
  • Spanje en Portugal hadden grote kolonies in Midden- en Zuid-Amerika

  • Engelsen, Fransen en Nederlanders gingen ook handelsposten stichten in Amerika en West-Indië (Caribisch gebied en landen er omheen) 

  • In 1621 richtten de Staten- Generaal de WIC (West-Indische Compagnie) op voor de oorlog tegen Spanje en de driehoekshandel tussen Europa, Afrika en Amerika

Slide 20 - Tekstslide







De verschillende handelsroutes vanuit Azië

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

De WIC
  • De West-Indische Compagnie gaat handelen in Amerika

  • WIC was economisch niet zo succesvol als de VOC, ze lijden zelfs verlies
  • De WIC-schepen kwamen vaak Spaanse schepen tegen, toen de Republiek nog in oorlog was met Spanje kwamen ze vaak met elkaar in gevecht
  • Piet Hein verovert de zilvervloot. Dat zorgt indirect voor de overwinning voor de Republiek

Slide 23 - Tekstslide

Video
Mensen te koop!
(2 min)

Slide 24 - Tekstslide

Waarom verkochten de Afrikanen slaven?
A
Teveel stamleden om te voeden
B
Ze voerden stammenoorlogen
C
Ze wilden Europeanen te vriend houden

Slide 25 - Quizvraag

Waarmee kopen de Nederlanders slaven?
A
Wapens
B
Goudstukken
C
Zuivelproducten

Slide 26 - Quizvraag

Hoeveel slaven gaan er in een
WIC-schip?
A
100
B
300
C
1000

Slide 27 - Quizvraag

Waarom deden de Nederlanders aan slavenhandel?

Slide 28 - Open vraag

Video
De WIC en de slavenhandel
(2 min)

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Waarom werd de WIC opgericht?
A
Nederland zoekt een kortere route naar Indië
B
Om de Spanjaarden op zee te verslaan
C
Nederland wil meer geld, macht en land

Slide 31 - Quizvraag

Maak de driehoekshandel compleet door de plaatjes naar de juiste pijltjes te slepen

Slide 32 - Tekstslide

Slavenhandel
  • De WIC start de driehoekshandel

  • Ze halen, in ruil voor Europese producten, slaven op in West-Afrika en brengen ze naar Zuid-Amerika

  • In Zuid-Amerika moeten de slaven op plantages werken, de opbrengsten van de plantages neemt de WIC mee naar Europa

Slide 33 - Tekstslide

Wat probeerden de Nederlanders te veroveren?
A
New York
B
Brazilië
C
Suriname

Slide 34 - Quizvraag

Welke oude kolonie van Nederland in Noord-Amerika groeide later uit tot een wereldstad?
A
Batavia
B
Suriname
C
Nieuw-Nederland
D
San Francisco

Slide 35 - Quizvraag

Huiswerk eerste les na de vakantie

Huiswerk volgende les: lz + m 1.3



Slide 36 - Tekstslide

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 37 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 38 - Open vraag