2. Nederland als koloniale mogendheid haag

H1 - Nederland 1813 - 1900
2. Nederland als koloniale mogendheid
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

H1 - Nederland 1813 - 1900
2. Nederland als koloniale mogendheid

Slide 1 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten
Met andere woorden: Wat is/hoort typisch bij dit tijdvak?

1. De Industriële Revolutie en de opkomst van emancipatiebewegingen.
2. Het moderne imperialisme.

Welke woorden hierboven ken je niet?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

hoofdvraag: Welke ontwikkelingen maakten Nederland en zijn koloniën in de eerste helft van de negentiende eeuw door op politiek, staatkundig, economisch en sociaal terrein?
deelvragen:
1. Waarom is in 1815 het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden gevormd en waarom scheidde België zich daarvan af in 1830?
2. Waarom en op welke wijze breidde Nederland in de negentiende eeuw zijn aanwezigheid in Nederlands-Indië verder uit?
3. Welke veranderingen deden zich in de negentiende eeuw in Nederland voor op het gebied van landbouw, industrie en handel?
4. Welke veranderingen deden zich in de negentiende eeuw in Nederland voor op het gebied van de sociale verhoudingen?

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie kun je uitleggen 2. waarom en op welke wijze  Nederland in de negentiende eeuw zijn aanwezigheid in Nederlands-Indië verder uitbreidde?

Slide 5 - Tekstslide

Nederland na de Fransen
  • Na Franse Tijd krijgt Nederland Indië terug, in 1813

  • Nederland wil zijn macht uitbreiden in Indië
  • VOC was opgeheven in 1815

  • Java-oorlogen (1825-1830) kosten veel geld

Slide 6 - Tekstslide

Het cultuurstelsel
 (1830-1870)
  • Doel: Indië moet weer winstgevend (voor Nederland) worden

  • Met dat geld kan Nederland een modern land worden (wens van koning Willem I)

  • Uitvoering onder leiding van goeverneur generaal Johannes van den Bosch

Slide 7 - Tekstslide

Hoe werkt het cultuurstelsel? (1)

  • Javaanse boeren moeten 1/5 deel van hun land verbouwen met voor de Nederlanders interessante producten: koffie, suikerthee, tabak, en indigo (cultures)

  • Javaanse boeren krijgen hiervoor plantloon

Slide 8 - Tekstslide

Hoe werkt het cultuurstelsel? (2)

  • Javaanse boeren moeten 66 dagen werken voor de Nederlanders (herendiensten), bijvoorbeeld wegen, kanalen en spoorwegen aanleggen

  • De Javaanse vorsten (Regenten) krijgen cultuurprocenten. Hoe meer hun boeren leveren, hoe meer cultuurprocenten.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

🏵
🌴
🌴
🌴
🕳
🌴
🕳
🛢
🛢
🛢
Koffie
☕️
⚽️
🌴
🍚
🍚
🍚
🍚
🖇
🖇
🚬
🌴
🚬
Goud
🏵
🌴
🛢
🌴
🌴
☕️
🛢
🌴
🍭
🏵
🏵
☕️
Palmolie
🌴
Tabak
🚬
Aardolie
🛢
Suikerriet
🍭
Kolen
🕳
Rubber
⚽️
Rijst
🍚
Tin
🖇
Thee
🍵
🍵
🍵

Slide 11 - Tekstslide

Gevolgen voor Nederland
  • Indië is binnen paar jaar weer winstgeven voor Nederland: het batig slot

  • Infrastructuur (wegen, kanalen en spoorwegen) in Nederland  zijn  gedeeltelijk betaald door deze winsten

Slide 12 - Tekstslide

Gevolgen voor Java
  • Uitbuiting door eigen Javaanse vorsten (regenten)

  • Vaak meer dan 66 dagen herendiensten

  • Plantloon is laag

  • Relatieve vrede

Slide 13 - Tekstslide

Gevolgen voor Java

  • Beste land moest voor het cultuurstelsel worden gebruikt

  • Hongersnoden

Slide 14 - Tekstslide

Kritiek op het cultuurstelsel

Slide 15 - Tekstslide

Liberalen willen persoonlijke vrijheid: het cultuurstelsel lijkt op slavernij en dwangarbeid

Slide 16 - Tekstslide

Max Havelaar
  • Max Havelaar, of de koffij-veilingen der Nederlandsche Handel-Maatschappij.

  • Boek van Multatuli (Latijn voor: 'ik heb veel leed gedragen'), pseudoniem van Eduard Douwes Dekker

  • Belangrijkste protest tegen het cultuurstelsel

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Ethische politiek
  • Ontstaat rond 1900 in Nederland

  • Nederland wil iets terugdoen voor de Indonesische bevolking (Ereschuld)

  • Beschaving en cultuur bij brengen

Slide 19 - Tekstslide

De Ethische politiek bestond uit:
  • Verbetering van het onderwijs in Nederlands-Indië

  • Irregatie aanleggen voor betere oogsten

  • Emigratie bevorderen van dichtbevolkte naar dunbevolkte gebieden

  • Verbetering gezondheidszorg

Slide 20 - Tekstslide

De gevolgen van beter onderwijs
  • Sommige Indonesiërs gingen in Nederland studeren;

  • ..en leren daar over vrijheid en democratie

  • Gevolg: ontstaan nationalisme in Nederlands-Indië

  • Let op: Ook in andere kolonies ontstaat nationalisme

Slide 21 - Tekstslide

Welke producten werden in het cultuurstelsel verbouwd?
A
koffie, thee en indigo
B
specerijen, tabak en indigo
C
koffie, thee en specerijen
D
tabak, koffie en zout

Slide 22 - Quizvraag

Hoe groot was het percentage dat de boeren van hun land moesten gebruiken voor het cultuurstelsel?
A
20
B
30
C
40
D
50

Slide 23 - Quizvraag

Goed of fout?
Het cultuurstelsel werd in heel Nederlands-Indië
ingevoerd.
A
Goed
B
Fout

Slide 24 - Quizvraag

Op welk eiland werd het cultuurstelsel ingevoerd?
A
Sumatra
B
Java
C
Bali
D
Molukken

Slide 25 - Quizvraag

Goed of fout?

In het cultuurstelsel draaide het om de levering
van cultuurproducten aan de Nederlanders.
A
Goed
B
Fout

Slide 26 - Quizvraag

Goed of fout?

De boeren waren erg blij met de cultuurprocenten.
A
Goed
B
Fout

Slide 27 - Quizvraag

Op welke manier gingen de Nederlanders met het bestuur van Java om?
A
Ze ontsloegen de meeste vorsten en zetten er nieuwe Javaanse vorsten voor in de plaats.
B
Ze ontsloegen de meeste vorsten en zetten er nieuwe Nederlandse ambtenaren voor in de plaats.
C
Ze lieten het grotendeels intact en plaatsen er een Nederlandse bestuur naast en boven.
D
Ze haalden het hele inheemse bestuur weg en plaatsten er een Nederlands bestuur.

Slide 28 - Quizvraag

Aan de slag!

mk WB opdr par 2
1 t/m 11
niet:8, 9, 11c

Gebruik daarbij de teksten uit je TB 13 t/m 15

Slide 29 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie kun je uitleggen 2. waarom en op welke wijze  Nederland in de negentiende eeuw zijn aanwezigheid in Nederlands-Indië verder uitbreidde?

Slide 30 - Tekstslide

Aan de slag

Maken: WB opdrachten  par. 2
1 t/m 11
niet:8, 9, 11c

Gebruik daarbij de teksten uit je TB 


Slide 31 - Tekstslide