Taalverzorging 3.3 | Meervoud

Taalverzorging 3.3 | Meervoud
  • Korte uitleg Taalverzorging 3.4, Tussenletters
  • Maken van de opdrachten
timer
15:00
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Taalverzorging 3.3 | Meervoud
  • Korte uitleg Taalverzorging 3.4, Tussenletters
  • Maken van de opdrachten
timer
15:00

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een zelfstandig naamwoord? Je mag ook voorbeelden noemen.

Slide 2 - Open vraag

Hoe maak je meervoud van zelfstandig naamwoorden? Noem meerdere manieren.

Slide 3 - Open vraag

Hoe zet je een afkorting, bijvoorbeeld tv of mbo, in het meervoud?
A
door -en erachter te zetten
B
door -s erachter te zetten
C
door 's erachter te zetten
D
door -ën erachter te zetten

Slide 4 - Quizvraag

Ligt de klemtoon op -ie, dan schrijf je -ën erachter. Geef een voorbeeld.

Slide 5 - Open vraag

Je schrijft 's (apostrof + s) als anders een verkeerde uitspraak ontstaat. Geen een voorbeeld.

Slide 6 - Open vraag

Soms heeft een woord twee uitgangsvormen. Noem twee voorbeelden.

Slide 7 - Open vraag

Wat is het meervoud van 'jeugd'
A
jeugds
B
jeugden
C
jeugdjes
D
geen

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Wat is de juiste meervoudsvorm van: baby

Slide 14 - Open vraag

Wat is de juiste meervoudsvorm van: politicus (iemand die in de politiek werkzaam is)

Slide 15 - Open vraag

Aan de slag
Maak opdracht 1 + 2 van Taalverzorging 3.3 Meervoud

Let op, ik bekijk alle opdrachten ;)

Klaar? Werk van eerdere lessen afmaken of vooruit werken via Canvas.

Slide 16 - Tekstslide