afronden 4.6 + 4.7 (roulatiepracticum) + UL 4.8 (2VWO)
1 = boek 2B dicht op tafel
2= formulier wat huiswerk was op tafel
!chromebook deze les niet nodig (dus blijft in je tas)
timer
5:00
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2
In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 70 min
Onderdelen in deze les
1 = boek 2B dicht op tafel
2= formulier wat huiswerk was op tafel
!chromebook deze les niet nodig (dus blijft in je tas)
timer
5:00
Slide 1 - Tekstslide
planning:
1 = afrondopdracht maken 4.6 + 4.7
2 = leerdoelen + uitleg 4.8
3 = huiswerk opgeven voor volgende les + PW
4 = maken van opdrachten 4.8
Slide 2 - Tekstslide
leerdoel 4.8 - geboorte
Ik kan beschrijven hoe een bevalling verloopt.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
3 fasen
De geboorte bestaat uit 3 fasen:
- De ontsluiting
- De uitdrijving
- De nageboorte
Slide 5 - Tekstslide
De ontsluiting
De bevalling begint meestal met weeën; (Weeën zijn samentrekkingen van de baarmoederwand.)
Door de weeën wordt de baarmoederhals en - mond wijder; Dat heet ontsluiting.
Tijdens de ontsluiting breken meestal de vruchtvliezen, waardoor het vruchtwater wegvloeit via de vagina.
Door de ontsluiting wordt de baarmoedermoed groot genoeg om het hoofdje erdoor te laten.
Ontsluiting kan wel 20 uur duren.
Slide 6 - Tekstslide
De uitdrijving
De weeën worden steeds krachtiger en de spieren in de buikwand gaan zich nu ook samentrekken: dit zijn de persweeën.
Door de persweeën wordt het kindje naar buiten geperst; Dit heet de uitdrijving.
De uitdrijving kan een paar seconden tot wel 2 uur duren.
Slide 7 - Tekstslide
Ligging in de buik van de moeder
Bij een normale ligging komt eerst het hoofdje naar buiten.
Bij een stuitligging komt eerst het kontje of een voetje naar buiten.
Bij een dwarsligging kan het kind niet via de vagina geboren worden:
Door een operatie via de buikwand (keizersnede) komt het kind dan ter wereld. Ook bij een stuitligging wordt het kind vaak geboren via een keizersnede.
Slide 8 - Tekstslide
De nageboorte
Na de uitdrijving is het kindje wel geboren, maar de bevalling is nog niet helemaal klaar.
De placenta, de vruchtvliezen en de resten van de navelstreng zijn achtergebleven in de baarmoeder.
Deze worden door samentrekkingen van de baarmoederwand losgewoeld.
Deze komt ongeveer een kwartier na de geboorte van het kindje;
Dit noemen we de nageboorte.
Slide 9 - Tekstslide
Na de geboorte..... ->
Slide 10 - Tekstslide
Bij de baby
Eerst worden restjes slijm uit de mond van de baby gehaald.
Dan wordt de navelstreng afgeklemd en doorgeknipt.
De baby begint meestal meteen te huilen. Dat is een goed teken! Dan is de ademhaling op gang gekomen.
Het deel van de navelstreng dat aan de baby vastzit, droogt in een week uit en valt dan af. Hierdoor ontstaat een litteken; de navel.
Slide 11 - Tekstslide
https://www.youtube.com/watch?v=WU8Aw50xVeI
Slide 12 - Tekstslide
Huiswerk voor volgende les =
maak IN JE WERKBOEK van basisstof 4.8 - opdracht 1 t/m 5
Maak een begrippenlijst van de woorden uit de begrippenlijst van thema 4 die je nodig moeilijk vindt!