Biologie toetsweek: mindmap maken

1 / 18
volgende
Slide 1: Video
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Wat is een mindmap?
Overzicht van belangrijkste informatie uit een tekst 

informatie in een schema 
met kleurtjes en tekeningen

 de informatie beter onthouden.
 onze hersenen snappen plaatjes met informatie. 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Hoe maak je een mindmap?
  1. Zet het onderwerp van de tekst in het midden
  2. Elk deelonderwerp is een eigen 'tak' met een eigen kleur.
  3. Alle begrippen, voorbeelden, tegenstellingen, opsommingen en volgordes die te maken hebben met dat deelonderwerp noteer je in kleinere takjes eronder. Kijk maar terug naar de vorige pagina.

Onderwerp = Aarde
Deelonderwerp = Ontstaan (van de aarde) - tak
Vertakkingen = volgorde van hoe de aarde ontstond: Gaswolk, Gesmolten, Vaste korst en Leven

Slide 11 - Tekstslide

Hoe ziet een mindmap eruit?

Slide 12 - Tekstslide

Tips: Een schema - mindmap  maken
1. Lees de hele tekst, zorg ervoor dat je begrijpt waar de tekst over gaat.
2. Werk zoveel mogelijk per alinea of kleine onderwerpen. Vaak zit er in de tekst al samenhang.
3. Noteer in een hele korte zinnen waar de tekst over gaat.
4. Noteer in korte zinnen waar een alinea over gaat. Arceer de belangrijkste woorden.
5. Schrijf de kernwoorden (signaalwoorden) op per alinea. 
    a) De inhoud van de alinea's zal met elkaar te maken hebben.
    b) Je kunt de kernwoorden later met elkaar verbinden.

Zet jouw inhoud van de woorden om in een schema.

- Gebruik letters of getallen om de inhoud te ordenen (net als hierboven).
- Gebruik symbolen bijvoorbeeld:  }     -->      <-->     =     etc.
- Maak een 'paraplu'  (zie afbeelding)
- Gebruik afbeeldingen / tekeningen in je schema

Hier had de maker kunnen noteren:
1. munten
2. bankbiljetten

of

a) pinpas
b) creditcard
c) chipknip

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeelden 
Reptielen zijn koudbloedig. Ze ademen met hun longen. Ze leven op het land of in het water en leggen eieren met een leerachtige schaal. Hun huid is bedekt met droge schubben.

Voorbeelden van een schema:

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

0

Slide 16 - Video

Slide 17 - Tekstslide

De opdracht: toets proefwerkweek

2. Bedenk wat het hoofdonderwerp is en schrijf die in het midden.

3. Bedenk welke (minimaal 5) deelonderwerpen er zijn en schrijf die eromheen.

4. Teken/schrijf per deelonderwerp op wat er in de tekst over wordt verteld (het belangrijkste!).





Slide 18 - Tekstslide