Taaltrap les 18 Verkeer

Welkom bij Nederlands

  • Telefoon in de telefoontas
  • Tas op de grond
  • Kauwgum in de prullenbak
  • Jas in je kluisje
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Nederlands

  • Telefoon in de telefoontas
  • Tas op de grond
  • Kauwgum in de prullenbak
  • Jas in je kluisje

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Andrada 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Taaltrap les 18
Het verkeer

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Luister naar de woorden
Zeg de woorden na.
blz. 86

Schrijf de woorden in je schrift. 

Leer ze uit je hoofd +
het lidwoord!

Luisteren 18.1
timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Klik op de koptelefoon om het geluidsbestand te openen. Als je het scherm deelt met de leerlingen, kunnen ze dat ook zelfstandig doen.
Wat moet je doen?
* Kijk naar het plaatje.
* Welk vervoer is dit?
* Zeg niks, maar schrijf het antwoord op je wisbordje.
* Aan het einde kijken we de antwoorden na.
* Vergeet het lidwoord niet!

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dit?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dit?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dit?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dit?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dit?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dit?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dit?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dit?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dit?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dit?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We gaan het nakijken.
de fiets                 de kinderwagen       de auto
het vliegtuig       de trein                        de vrachtwagen
de tram                 de bus                          de boot                  
                                                                          de veerboot

Wat zie je bij het lidwoord??

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

18.2 Luisteren en lezen



en 18.3

blz. 87 en 88
18.2 Klik en luister!

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

18.4  Vul in!
Schrijf de hele rij op:
klein - kleiner - het kleinst
groot - ...........- het .......
dun - ...........- het .............
dik -............ - het ..............
schoon - ................. - het ..............
vuil - ................. - het .....................
vroeg - .................- het  ................
laat -  ................ - het  ..............


blz. 88

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefen verder

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zet op volgorde: de trappen van vergelijking van 
het woord  'dik'.
1
2
3
dikker
dik
(het) dikst

Slide 22 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet op volgorde: de trappen van vergelijking van 
het woord  'goed'.
1
2
3
(het)
best
beter
goed

Slide 23 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet op volgorde: de trappen van vergelijking van 
het woord  'lekker'.
1
2
3
lekker
lekkerder
(het) lekkerst

Slide 24 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet op volgorde: de trappen van vergelijking van 
het woord  'donker'.
1
2
3
donker
(het) donkerst
donkerder

Slide 25 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Combineer het vervoersmiddel met de juiste naam.
de kinderwagen
de fiets
de tram
de bus
het vliegtuig

Slide 26 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

het ongeluk
het station
de file
de trein
het verkeer

Slide 27 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tekst
Tekst
Tekst
1
2
3
4
5
met de bus
Mijn tante
wil
naar Spanje.
volgende week

Slide 28 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tekst
Tekst
Tekst
zonder inversie
1
2
3
4
5
naar de winkel.
Mijn moeder
gaat
op de fiets
vandaag

Slide 29 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoorden (bij verkeer)
varen
rijden
vliegen
lopen
......
Luister naar het lied.
Welke werkwoorden hoor je?

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Lees de tekst (mee)
Zoek alle werkwoorden op. 
Ze kunnen in een andere vorm staan (ik - jij - hij ....)
Kleur alle werkwoorden rood.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lees de tekst nog een keer.
Zoek alle zelfstandige naamwoorden op. Maak ze groen.
Dat zijn:
- mensen
- dieren
- dingen

Je kunt ze in het meervoud zetten.
Je kunt er de/het/een voor zetten.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht bespreken
Heb je meer dan 10 verschillende 
werkwoorden
zelfstandige naamwoorden
gevonden?

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Video

Deze slide heeft geen instructies

18.6 en 18.8
18.6 Klik en luister
18.8 Luister en lees

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag
- Je werkt in een tweetal.
- Zoek op internet hoe de onderdelen heten.
- Schrijf het erbij.
- Doe dit met kleur + heel netjes!

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik luister muziek op de fiets.
Ja
Nee

Slide 40 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Heeft jouw fiets verlichting?
Ja
Nee
Weet ik niet

Slide 41 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wie belt er wel eens op de fiets?
Ja, altijd
Ja, soms.
Nee, nooit!

Slide 42 - Poll

Vraag door. 

Waarom? 
Heeft jouw fiets goede remmen?
Ja
Nee

Slide 43 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Fiets je met een klasgenoot naar
school?
Ja
Nee
Soms

Slide 44 - Poll

Deze slide heeft geen instructies