PJM 7.5 Uitnodiging voor een feest

• NT2 Inburgering/alfabetisering volwasseneducatie
• Beroepsopleiding

Heb je geoefend

met de

woordenvideo?

Wat je aan het eind van de les weet…

             Ik kan iemand uitnodigen voor een feest.     

             Ik kan antwoord geven op een uitnodiging. 

Vragen vooraf..

Je bent jarig. Geef je een feest? 

Je kind is jarig. Geef je een feest? 

Wanneer geef je (nog meer) een feest?

Wanneer geef je (nog meer) een feest?

Er is een feest : hoe weet je dat?

Hoe nodig je iemand uit in jouw land? 

?

Wat is het woord?

1. Wil je iets drinken?
2. Wil je iets eten?

Wil je iets eten?

Wil je iets drinken?

1. Proost!
2. Gefeliciteerd!

Proost!

Gefeliciteerd!

1. de jarig
2. de verjaardag

1. de kaart
2. het cadeau

de kaart

het cadeau

Waar of niet waar?

Ik ben vandaag jarig.

waar

niet waar

Ik ben deze maand jarig.

waar

niet waar

Ik vind taart lekker.


waar

niet waar

Ik geef een feest (als ik jarig ben.)

waar

niet waar

Hoeveel woorden hoor je?

Zeg na

Maak de zin af..

Maak de zin af..

Ik ben .....

Maak de zin af..

Ik ben .....

Maak de zin af..

Ik geef .....

Maak de zin af..

Wil je iets ... ?

Maak de zin af..

Wil je iets ... ?

Maak de zin af..

Het is ...

Maak de zin af..

Het is ...

Maak de zin af..

Het is ...

Cursist B

Cursist A