Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Lesson 10 & 11 M1B Unit 8 020622 Grammar start up vocabulary
1 / 37
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
In deze les zitten
37 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
90 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Key Ex. 7
Slide 6 - Tekstslide
Vocabulary 8.1
Can you (uitleggen) what this word means?
Slide 7 - Open vraag
Vocabulary 8.1
The sting of a (kwal) is very painful.
Slide 8 - Open vraag
Vocabulary 8.1
You can walk for miles along the (kust).
Slide 9 - Open vraag
Vocabulary 8.1
The painting is (worth) millions of dollars.
Slide 10 - Open vraag
Vocabulary 8.1
Everyone has to wear a (lifejacket).
Slide 11 - Open vraag
Vocabulary 8.2
She will (aankomen) in New York at noon.
Slide 12 - Open vraag
Vocabulary 8.2
I got a cheap (vlucht) at the last minute.
Slide 13 - Open vraag
Vocabulary 8.2
It's just a game. If you (verliezen), big deal.
Slide 14 - Open vraag
Vocabulary 8.2
She packed a (suitcase) for the trip.
Slide 15 - Open vraag
Vocabulary 8.2
I put a few personal (belongings) in a bag.
Slide 16 - Open vraag
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Past Simple is:
A
Verleden tijd
B
Tegenwoordig tijd
C
Toekomst
Slide 23 - Quizvraag
What is the past simple of 'study'?
A
studyd
B
studyied
C
studyed
D
studied
Slide 24 - Quizvraag
Past simple
''be''
A
was
B
were
C
was/were
D
are
Slide 25 - Quizvraag
How do you make a question in the past simple?
A
You use 'have'
B
You use 'verb + -ing'
C
You use 'did'
Slide 26 - Quizvraag
Past Simple:
Make into a question: I walked home. (?)
Slide 27 - Open vraag
Past Simple:
Make negative: She bought a house. (-)
Slide 28 - Open vraag
Past Simple:
We ______ (talk) on the phone last night.
Slide 29 - Open vraag
Slide 30 - Tekstslide
The past simple form of 'to be' is
was
and
were
.
When do we use
was
and when do we use
were
?
I, He, She, It ______ wrong.
You, We, They ______ wrong.
Was
Were
Slide 31 - Sleepvraag
Slide 32 - Tekstslide
timer
5:00
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Tekstslide
timer
10:00
Slide 35 - Tekstslide
timer
10:00
Slide 36 - Tekstslide
Slide 37 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Lesson 10 & 11 M1A Unit 8 010622 Grammar and vocabulary
Mei 2022
- Les met
38 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Vocabulary Recap Unit 8 M1
Mei 2022
- Les met
22 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Lesson 9 Unit 8 M1A 310522 Presentations and vocabulary 8.3
Mei 2022
- Les met
21 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Vocabulary recap Unit 8 M2
Mei 2022
- Les met
23 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Week 5 O17 les 1 Present simple Impact F. Unit 2 p. 46-49
Januari 2023
- Les met
51 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Past Simple vs. Present Perfect
Juni 2022
- Les met
38 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Vocabulary extra practice
Mei 2022
- Les met
20 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Lesson 10 & 11 M2B Unit 8 010622 Past and future tenses and phrases
Mei 2022
- Les met
27 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2