6T_Literatuur

Literatuur
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 30 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Literatuur

Slide 1 - Tekstslide

Literaire bouwstenen

Slide 2 - Tekstslide

Intertekstualiteit

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Literatuur - intertekstualiteit
Het begrip literatuur is meer dan enkel boeken, het omvat even goed gesproken tekst, dialogen, films…
Deze onderdelen staat niet zomaar los van elkaar. Een individuele tekst is altijd opgebouwd uit elementen van andere teksten. Wanneer je een referentie vindt naar een ander boek, film, theaterstuk of muziek, spreek je van intertekstualiteit.

Slide 8 - Tekstslide

Intertekstualiteit kan voorkomen als
  1. Een motto: een expliciete verwijzing naar een andere bron. Meestal in het begin van een boek.
  2. Een citaat: deze kunnen zowel expliciet als impliciet voorkomen.
  3. Een verwijzing: deze zijn altijd impliciet.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

“Ik zei den Tourist en gij
Ik heb de Kowlier hier en heel m'n equippe bij
Ge kent ons misschien
Wij zijn de ploeg van 't stad
Hij keek op, glimlach
Voelde de gelijkenis
Hoe 't leven ambitieus druk bezet lijk den deze is
Onuitgesproken begrip zit er een lied in
En zo vonden we mekander terug in woord en melodie”

Slide 11 - Tekstslide

“Hij was duidelijk aan het liegen. Je kon zijn neus bijna zien groeien."

Slide 12 - Tekstslide

Lila en Menno speelden samen aan de gracht. Menno sprong naar de overkant en riep: "Veni, vidi, vici". Hij wist niet eens wat het betekende. Beide kinderen lachten het uit.

Slide 13 - Tekstslide

'De woorden die Gij wakker leest… vrees niet de gedachte dat U door deze woorden werd gekust.' (Leo Vroman)

Slide 14 - Tekstslide

Charlie heeft een tekening van de Mona Lisa in zijn cel hangen, Spiros herinnert zich dat hij hem ook bij de pleegouders van Tibbolt had zien hangen. Charlie vindt dat de Mona Lisa een alwetende glimlach heeft; volgens hem moet men niet bang zijn voor de dood, maar voor het niet-zijn van voor de geboorte, dit vindt hij het geheim van het leven en hij denkt dat DaVinci dit al had doorgrond.

Slide 15 - Tekstslide

Lees het fragment van Daan en Hajar.
a) Bespreek op welke manier er intertekstualiteit voorkomt in dit fragment.
b) Er wordt ook verwezen naar Multatuli. Zoek meer informatie op om ook deze manier van intertekstualiteit te kunnen uitleggen.
c) Bespreek de chronologie van dit fragment.
d) Welk vertelperspectief wordt er gebruikt? Hoe weet je dat?


Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Couleur locale

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Lees de tekst en beantwoord de vragen.

Slide 24 - Tekstslide

Toon aan de hand van drie voorbeelden uit het fragment dat er veel criminaliteit heerst in Zuid-Afrika.

Slide 25 - Tekstslide

Welke twee problemen van Zuid-Afrika kaart van Dis terloops nog aan?

Slide 26 - Tekstslide

Van Dis is een Nederlander. Vind je dat hij een goed beeld geeft van Zuid-Afrika?

Slide 27 - Tekstslide

Op welke manier zorgt van Dis voor een specifiek beeld van Zuid-Afrika?

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Couleur locale
Min of meer precieze weergave van karakteristieke bijzonderheden van de setting in een literair werk. De couleur locale wordt opgeroepen door beschrijvingen van typische landschappen, klederdrachten, zeden, enz., soms door het gebruik van de streektaal. Mogelijke functies zijn sfeerschepping en het creëren van een realistisch effect. 

Slide 30 - Tekstslide