De zakelijke brief

De zakelijke brief

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

De zakelijke brief

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een zakelijke brief?

Dat betekent dat je formele taal gebruikt en dat de brief volgens een bepaalde 'lay-out' geschreven wordt.

Een zakelijke brief noemen we ook wel een formele brief. Dit is een brief die je niet aan vrienden en bekenden stuurt, maar aan vreemden en instanties.

Dat leer je in deze lessen.

Als afsluiting zul je in de les een formele brief moeten schrijven waar je een cijfer voor krijgt.

Slide 2 - Tekstslide

Wanneer schrijf je een zakelijke brief?
  • Sollicitatie
  • Klacht
  • Verzoek
  • Vraag
  • Bedankbrief
  • Factuur of herinnering
  • Gelegenheid


Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Stap 1: Het begin
  • Lees de begeleidende tekst goed en probeer je in de situatie te verplaatsen. Probeer goed te begrijpen wat er staat. Vrijwel alle informatie die je nodig hebt voor je artikel staat hier. Bepaal dan wie je publiek is en de toon die je moet gebruiken.

Tip!
Je MAG waarschijnlijk gebruik maken van een ander artikel in het examen. Dit MOET dus niet. Als je bang bent dat je in tijdsnood komt, gebruik het andere artikel dan niet.

Slide 5 - Tekstslide

Stap 2a: De opdracht goed lezen
  • Maak een boodschappenlijstje.
- Maak van alle onderdelen die je in je brief/mail moet noemen vragen.
- Nummer je vragen.*
- De volgorde in de opdracht is de volgorde die je zelf ook aan moet houden.


*
Soms horen bepaalde zaken bij elkaar. Nummer ze dan als 1a, 1b en 1c bijvoorbeeld.

Slide 6 - Tekstslide

Stap 2b: De opdracht goed lezen
Vaak voorkomende termen!
  • Aanleiding
  • Standpunt / mening
  • Argument
  • Reden
  • Gevolg
  • Oproep

Slide 7 - Tekstslide

Stap 3: Precies lezen en ordenen
  • Lees de tekst nu heel precies.
- Kleur of onderstreep de antwoorden op de vragen.
- Nummer de antwoorden.
  • Deel de vragen in naar de inleiding, het middenstuk en het slot. Houd de volgorde van de opdracht aan!

Slide 8 - Tekstslide

4a: De opbouw

De brief bestaat uit 3, 4 maximaal 5 alinea's.

Alinea 1: De introductie van het onderwerp

Alinea 2 (3, 4): Motivatie van het onderwerp

Alinea 3 (en 4, 5): Uiting van hetgeen je van de lezer verwacht en evt een korte samenvatting

Afronding: De brief eindigt met een slotzin, de afsluiting en de vermelding van evt bijlagen.

Slide 9 - Tekstslide

4b: 7 belangrijke punten bij de zakelijke brief
  1. Bovenaan komen de naam en het adres aan wie je de brief schrijft. Dat is de geadresseerde.
  2. Je noteert daaronder waar en wanneer je de brief schrijft (plaats en datum)
  3. Gebruik de juiste aanhef
  4. Gebruik afsluitende zinnen
  5. Eindig met een vriendelijke groet
  6. Onderaan komen jouw naam en adres. Jij bent de afzender.
Tip!
Maak gebruik van signaalwoorden om het tekstverband aan te geven.

Slide 10 - Tekstslide

4c: Verzorging van de brief

Stijl en originaliteit

Zorg voor een originele, foutvrije, leesbare en vlotte brief.


Vormgeving

De brief moet er netjes, verzogd en overzichtelijk uit zien.


Slide 11 - Tekstslide

zinnen
  • Vermijd zinsconstructie met veel wekwoorden, zoals: ik zou hebben gedaan. Een zin heeft in principe 1 werkwoord, de PV.
  •  Zinnen zijn hooguit 2 regels lang en hebben hooguit 1 bijzin. wissel zoveel mogelijk lange en korte zinnen af.
  • Laat voegwoorden als: nog, dus, ook, eens, toch, nu, al, zelfs, natuurlijk, namelijk, weer etc achterwege. Net als bijvoeglijk naamwoorden maken ze een tekst wollig. Wees dus helder en concreet.

Slide 12 - Tekstslide

Stap 5: Begin met schrijven
  • Bepaal je publiek. Pas hier je schrijfstijl op aan.
  • Houd rekening met conventies (Aanhef, slotformule, alinea-indeling, witregels, titel,...)
  • Begin met schrijven:
  1. Maak van de vragen en de antwoorden goede zinnen en schrijf ze op.
  2. Begin elke alinea met de kernzin.
  3. Gebruik verwijswoorden. 
  4. Begin niet met 'ik' of 'en'.
  • Controleer nog een keer en vink alles af.
  • De corrector let op:
- Inhoud, Spelling/formuleren en conventies.
Tip!
Schrijf je brief in de ik-vorm en spreek de lezer met 'u' aan.
Tip!
Stijl- en spellingsfouten worden streng beoordeeld. Lees daarom na het schrijven je tekst goed door en verbeter als het nodig is.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Schrijven
Je gaat nu de schrijfopdracht maken uit het examen van 2015 2e tijdvak. Dit is een zakelijke brief. Je mag hier 30 minuten aan werken (of tot de tijd voorbij is). De docent helpt. 
timer
30:00

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video