SO H4: Natuurrampen Japan

SO H4: Natuurrampen in Japan
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

SO H4: Natuurrampen in Japan

Slide 1 - Tekstslide

SO H4 Natuurrampen in Japan
  • Dit is een openboek SO. Je mag je leerboek gebruiken, maar probeer zoveel vragen zelf te beantwoorden.
  • Het SO bestaat uit 22 vragen en je hebt 45 minuten voor de SO.
  • Lees de vragen goed en check voordat je de toets inlevert of je alle vragen gemaakt hebt. 
  •  Sluit de toets af door op het kruisje en daarna op afsluiten te klikken.

  •  Succes!

Slide 2 - Tekstslide

Wat zie je niet op de afbeelding?
A
Schollen
B
Vulkanen
C
Ring of fire
D
Breuklijnen

Slide 3 - Quizvraag

Gesmolten gesteente onder de aardkorst noem je:
A
Lava
B
Magma

Slide 4 - Quizvraag

Waardoor kunnen de aardplaten bewegen?
A
Ze drijven op de buitenkern
B
Door de convectiestromen in de mantel
C
Door de botsende platen en diens gevolgen
D
Door subductie

Slide 5 - Quizvraag

Welke van deze twee soorten aardplaten is het zwaarst?
A
Oceanische plaat
B
Continentale plaat

Slide 6 - Quizvraag

Hoe noem je de plaatbeweging die hiernaast te zien is?
A
Convergent
B
Divergent
C
Transform

Slide 7 - Quizvraag

Hoe noem je de plaatbeweging die hiernaast te zien is?
A
Convergent
B
Divergent
C
Transform

Slide 8 - Quizvraag

Hoe noem je de plaatbeweging die hiernaast te zien is?
A
Convergent
B
Divergent
C
Transform

Slide 9 - Quizvraag

Schuif de plaatbewegingen naar de juiste plaats.
Convergent
Divergent
Transform

Slide 10 - Sleepvraag

Welke beweging van aardplaten vinden we op plekken waar subductie is?
A
Transforme beweging
B
Divergente beweging
C
Convergente beweging

Slide 11 - Quizvraag

Een diepe kloof onder in de zee, noemen we:
A
subductie
B
engogene krachten
C
een trog
D
een zeebeving

Slide 12 - Quizvraag

Welke twee soorten platen botsen er in Japan?
A
Twee aardplaten
B
Een aardplaat en een continentale plaat
C
Twee continentale platen
D
Een oceanische tegen een continentale plaat

Slide 13 - Quizvraag

Eigenlijk gebeurden er in 2011 drie rampen achter elkaar in Japan. Wat is de juiste volgorde?

A
1 tsunami, 2 aardbeving, 3 ontploffing kerncentrale
B
1 ontploffing kerncentrale, 2 tsunami, 3 aardbeving
C
1 aardbeving, 2 ontploffing kerncentrale, 3 tsunami
D
1 aardbeving, 2 tsunami, 3 ontploffing kerncentrale

Slide 14 - Quizvraag

Waar komen meestal zware aardbevingen voor? Kies de juiste antwoord
A: Bij breuken waar platen uit elkaar schuiven.
B: Bij breuken waar platen langs elkaar schuiven.
C: Bij breuken waar platen botsen.


A
Bij A en C
B
Bij B en C
C
Bij A en B
D
Bij A, B en C

Slide 15 - Quizvraag

Waar ligt het hypocentrum in de figuur?
A
Bij A
B
Bij B
C
Bij de linkerpijl
D
Bij de rechterpijl

Slide 16 - Quizvraag

Een aardbeving onder zee noemen we een:

Slide 17 - Open vraag

Sleep de omschrijvingen naar de juiste plek  in de afbeelding

afnemende snelheid, hogere golf

onderzeese aardbeving (zeebeving)

golven, zeer hoge snelheid. Tot 800 km/uur

Slide 18 - Sleepvraag

zware aardbevingen
mid-oceanische rug
divergent
convergent
transform
Vulkaan

Slide 19 - Sleepvraag

Magma
Kraterpijp
Lava
Aswolk
Krater

Slide 20 - Sleepvraag

Zet de begrippen op de juiste plek.
Caldeira
Schildvulkaan
Stratovulkaan

Slide 21 - Sleepvraag

Sleep het getal steeds naar juist als de stelling klopt en onjuist als de stelling niet klopt.
1.  In Japan komen 4 soorten natuurrampen voor.
2. Hoe dieper je in de aarde komt, hoe koeler het word.
3. Een ander woord voor een aardplaat is een schol.
4. Een oceanische plaat is altijd zwaarder dan een continetale plaat.
Beoordeel de stellingen. 
Juist

Onjuist
Juist

Onjuist
Juist

Onjuist
Juist

Onjuist

1
2
3
4

Slide 22 - Sleepvraag

Sleep het getal steeds naar juist als de stelling klopt en onjuist als de stelling niet klopt.
1.  Platen bewegen vrij langzaam ten opzichte van elkaar.
2. Platentektoniek is de naam voor het bewegen van alle platen.
3. Bij een transforme beweging gaan de platen langs elkaar.
4. Een tsunami kan hoogtes bereiken van 10 tot 20 meter hoog.
Beoordeel de stellingen. 
Juist

Onjuist
Juist

Onjuist
Juist

Onjuist
Juist

Onjuist

1
2
3
4

Slide 23 - Sleepvraag

Bouwtechnische maatregelen zijn van belang bij het voorkomen van ....

A
slachtoffers
B
aardbevingen

Slide 24 - Quizvraag

Klaar!
Hoe goed heb je de SO gemaakt?
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll

Wat vond je van de toets?

Slide 26 - Open vraag

Welk cijfer denk je dat je gehaald hebt?
A
Lager dan een 4
B
Tussen 4 en 6
C
Tussen 6 en 8
D
Tussen 8 en 10

Slide 27 - Quizvraag

Einde van de SO 

Slide 28 - Tekstslide