In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Herhalingstoets H7
Slide 1 - Tekstslide
B = 3,5k + 5 Wat zijn de variabelen in deze formule?
Slide 2 - Open vraag
Thom heeft een zwembad laten bouwen afgelopen zomer. Deze winter heeft hij deze laten leeglopen. Dat gaat met 80L per minuut. De formule is: inhoud in liters = 20 000 - 80t t: tijd in minuten Na hoeveel uur is de vijver leeg?
Slide 3 - Open vraag
Onze romanticus Thomas wil het graag gezellig maken en steekt 2 kaarsen aan. Kaars 1 heeft de volgende formule: l = 48 - 12t Kaars 2: l = 36 - 6t l = lengte in cm t = tijd in uren Teken de grafieken bij de formule. Zet ze beiden in 1 assenstelsel.
Slide 4 - Open vraag
Na hoeveel uur branden zijn de kaarsen even lang?
Slide 5 - Open vraag
Slide 6 - Tekstslide
Is er in de tabel (vorige slide) een regelmatige afname?
Slide 7 - Open vraag
Slide 8 - Tekstslide
Vorm de formule bij de voorgaande tabel.
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Stel de formule op van de vorige grafiek.
Slide 11 - Open vraag
Slide 12 - Tekstslide
Geef de formule van de rode grafiek.
Slide 13 - Open vraag
Geef de formule van de blauwe grafiek.
Slide 14 - Open vraag
Geef de formule van de groene grafiek.
Slide 15 - Open vraag
Juut en Sara gaan met de vriendinnen op vakantie naar Mallorca. Ze kunnen 2 soorten huisjes huren. Type A: Huurprijs (€) = 25 + 30a Type B: Huurprijs (€) = 20 + 35a met a het aantal nachten Ze huren beide huisjes voor 7 nachten. Hoeveel moeten ze samen betalen?
Slide 16 - Open vraag
Geef de verschilformule B-A van de vorige vraag.
Slide 17 - Open vraag
Tot haar 18de is de lengte van Sonia te berekenen met de volgende formule:
l: lengte in cm t: jaren vanaf geboorte Maak een tabel (minstens 6 punten) en vul in.
l=45+20√2t
Slide 18 - Open vraag
Het aantal zeeschildpadden op een van de Kaapverdische eilanden neemt toe volgens een bioloog. Hij berekent het aantal met de formule:
t: tijd in jaren vanaf 1 januari 2010 Maak een tabel (minstens 6 punten)
aantal=1200X1,05t
Slide 19 - Open vraag
Teken de grafiek van de vorige opgave.
Slide 20 - Open vraag
ING geeft 1,4% rente op een jongerenrekening. Emma zet €600 op zo een rekening. Schrijf de formule die hier bij hoort.
Slide 21 - Open vraag
Ze laat het bedrag 10 jaar staan. Hoeveel euro heeft ze dan op haar rekening?