Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
08. H7 Oefentoetsvragen (14-5)
H7 De arbeidsmarkt
Ik heb klaar liggen:
rekenmachine,
pen,
papier.
1 / 54
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
In deze les zitten
54 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
H7 De arbeidsmarkt
Ik heb klaar liggen:
rekenmachine,
pen,
papier.
Slide 1 - Tekstslide
Vanmiddag
Eerst KWT
E&O starten rond 14.35 uur
Slide 2 - Tekstslide
Vandaag
Oefentoetsvragen
Slide 3 - Tekstslide
Doel:
Je weet wat je moet weten voor de toets.
Je weet aan welk onderdeel je nog aandacht moet besteden voor de toets.
Al je vragen zijn beantwoord.
Slide 4 - Tekstslide
Per paragraaf
Eerst doel, dan oefenvragen theorie.
Oefenvragen rekenen
Slide 5 - Tekstslide
Doel 7.1:
B: Ik kan uitleggen wat de vraag naar arbeid is.
B: Ik kan uitleggen wat het aanbod van arbeid is.
KT: Ik weet hoe de vraag naar en het aanbod van arbeid ontstaan.
Slide 6 - Tekstslide
Jan is 33 jaar en is werkloos. Hoort hij bij de beroepsbevolking?
A
Ja
B
Nee
Slide 7 - Quizvraag
Jelle is 14 jaar en bezorgt kranten.
Hoort hij bij de beroepsbevolking?
A
Ja
B
Nee
Slide 8 - Quizvraag
Werkgelegenheid is hetzelfde als
A
de totale vraag naar arbeid
B
het totale aanbod van arbeid
C
arbeidsplaatsen
D
vacatures
Slide 9 - Quizvraag
De beroepsbevolking is hetzelfde als
A
de totale vraag naar arbeid
B
het totale aanbod van arbeid
C
arbeidsplaatsen
D
vacatures
Slide 10 - Quizvraag
Wanneer een bedrijf opzoek is naar nieuwe medewerkers plaatsen zij een ........
A
Oproep
B
Krantenartikel
C
Vacature
D
Telefoontje
Slide 11 - Quizvraag
Waar komt het aanbod van arbeid vandaan?
A
arbeiders
B
arbeidsverdeling
C
beroepsbevolking
D
arbeidsmarkt
Slide 12 - Quizvraag
Uit hoeveel personen bestaat de beroepsbevolking?
A
9,4 miljoen
B
9,764 miljoen
C
12,8 miljoen
D
13,164 miljoen
Slide 13 - Quizvraag
Bereken de stijging of daling van het aanbod van arbeid:
Intreders: 183.000 Uittreders: 159.000
Slide 14 - Open vraag
Doel 7.2: De arbeidsmarkt
B: Ik kan uitleggen wat de arbeidsmarkt is.
BKT: Ik kan uitleggen hoe je hulp kunt krijgen bij het zoeken naar een baan.
KT: Ik kan aangeven wat bedrijven en instellingen doen om geschikt personeel te vinden.
Slide 15 - Tekstslide
Het UWV helpt bij het zoeken naar een baan en bij het aanvragen van een uitkering.
A
juist
B
onjuist
Slide 16 - Quizvraag
De arbeidsmarkt is het geheel van de vraag naar arbeid
en het aanbod van arbeid.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quizvraag
In welke provincie is de werkloosheid het laagst?
A
Utrecht
B
Zuid-Holland
C
Noord-Brabant
D
Groningen
Slide 18 - Quizvraag
Op welke manier verandert de vraag naar arbeid?
Er worden meer zonnepanelen verkocht dan verwacht
Er ontstaat een vacature omdat een docent een andere baan heeft.
Supermarkten stappen steeds meer over op zelfscankassa's
Stijgt
Daalt
Blijft gelijk
Slide 19 - Sleepvraag
Doel 7.3: De kans op werk
Ik kan uitleggen wat kans op werk voor werkzoekenden is.
Ik kan toelichten hoe je je kans op werk als werkzoekende kunt vergroten.
Slide 20 - Tekstslide
Wie heeft een leidinggevende functie?
A
Jesse die vakkenvult in Jumbo
B
Jennifer die manager is bij de AH.
Slide 21 - Quizvraag
Wie heeft een uitvoerende functie?
A
Dennis die teamleider is van de vakkenvullers
B
Filiz die achter de kassa werkt
C
Gerard die manager is bij de AH
Slide 22 - Quizvraag
Wie heeft er een uitvoerende functie?
A
Docent
B
Onderwijsmanager
C
Directeur
D
Voorzitter van de Raad van Bestuur
Slide 23 - Quizvraag
Leidinggevend werk
Uitvoerend werk
Quincy is teamleider bij de Albert Heijn.
Luca is een vrachtwagen-chauffeur.
Esmee werkt in de bediening bij de MacDonalds.
Jayden is de baas van zijn eigen onderneming. Hij stuurt zijn werknemers aan.
Slide 24 - Sleepvraag
Doel 7.4: Werkloos(heid)
BKT: Ik kan soorten werkloosheid noemen.
B: Ik kan verschillende redenen noemen waardoor werkloosheid kan ontstaan.
KT: Ik kan uitleggen hoe verschillende soorten werkloosheid ontstaan.
Slide 25 - Tekstslide
Welke vorm van werkloosheid krijg je wanneer bedrijven zich naar het buitenland verplaatsen?
A
regionale werkloosheid
B
conjuncturele werkloosheid
C
seizoenswerkloosheid
D
structurele werkloosheid
Slide 26 - Quizvraag
Jay is werkloos en staat geregistreerd bij het UWV. Hij is..............
A
verborgen werkloos
B
geregistreerd werkloos
Slide 27 - Quizvraag
De werkloosheid ontstaat als er meer arbeidskrachten zijn dan arbeidsplaatsen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 28 - Quizvraag
Er zijn verschillende soorten werkloosheid. Kies de juiste omschrijving bij de juiste soort werkloosheid
Structurele werkloosheid
Conjuncturele werkloosheid
Regionale werkloosheid
Frictie werkloosheid
Seizoenswerkloosheid
Werkloosheid die ontstaat door blijvende veranderingen.
Werkloosheid als gevolg van dalende bestedingen
Werkloosheid die in een bepaald gebied hoger is
Werkloosheid vanwege de tijd die het kost om te solliciteren
Werkloosheid omdat er maar een deel van het jaar werk is
Slide 29 - Sleepvraag
Conjuncturele werkloosheid
Fricitiewerkloosheid
Structurele werkloosheid
Regionale werkloosheid
Seizoenswerkloosheid
Slide 30 - Sleepvraag
Doel B 7.5: Werkgelegenheid
Ik kan uitleggen waardoor de werkgelegenheid kan stijgen of dalen.
Ik weet hoe je de arbeidsproductiviteit per uur kunt uitrekenen.
Slide 31 - Tekstslide
Wat is de arbeidsproductiviteit?
A
Productie per werknemer
B
De productie per werknemer in een bepaalde tijd
C
Het aantal uur dat een werknemer werkt per dag
D
Het aantal uur dat een werknemer werkt per week
Slide 32 - Quizvraag
Fred werkt 4 uur op een dag.
hij zet 28 tafels in elkaar per dag
Wat is zijn arbeidsproductiviteit per uur?
A
4 uur / 28 tafels = 0,14 tafels per uur
B
28 tafels x 4 uur = 112 tafels per uur
C
28 tafels per uur
D
28 tafels / 4 uur = 7 tafels per uur
Slide 33 - Quizvraag
Lisa bakt 32 taarten op een dag.
Ze doet dit in 8 uur tijd.
Wat is haar arbeidsproductiviteit per uur?
A
32 taarten / 8 uur = 4 taarten per uur
B
8 uur / 32 taarten = 0,25 taarten per uur
C
32 taarten / 2 = 16 taarten per uur
D
8 taarten per uur
Slide 34 - Quizvraag
Doel KT 7.5: Na het MBO
Ik kan manieren noemen om de werkloosheid te laten dalen.
Slide 35 - Tekstslide
Wat is bijscholing?
A
Het volgen van een opleiding om beter te worden in het soort werk dat je al doet.
B
Bijles na school
C
School in het weekend
D
Kinderopvang
Slide 36 - Quizvraag
Wat is omscholing?
A
Naar een andere school gaan
B
Bijles volgen
C
Het volgen van een opleiding om een ander soort werk te kunnen doen.
Slide 37 - Quizvraag
Doel KT 7.6: Een baan
Ik kan de rechten en plichten van werkgevers en werknemers noemen.
Slide 38 - Tekstslide
Een proeftijd is
A
een periode waarin je baas of jij de baan kunnen opzeggen.
B
tijd om te proeven!
C
de tijd die je aan dierproeven moet besteden.
D
een gesprek over hoe je het doet.
Slide 39 - Quizvraag
Wat is een vakbond?
A
Een organisatie die opkomt voor de belangen van werkgevers.
B
Een organisatie die opkomt voor de belangen van rijken.
C
Een organisatie die opkomt voor de belangen van armen.
D
Een organisatie die opkomt voor de belangen van werknemers.
Slide 40 - Quizvraag
Wat is een werkgeversorganisatie?
A
Werkgeversorganisatie maken van werkgevers werknemers
B
Werkgeversorganisaties is een organisatie die de belangen van een werkgever behartigd
C
Werkgeversorganisaties zijn er voor werknemers
D
werkgeverorganisatie is een organisatie dat werkgevers opleid
Slide 41 - Quizvraag
Wat is een arbeidsovereenkomst?
A
Een groep bedrijven die hetzelfde doen
B
Werk bij een uitzendbureau
C
Een afspraak tussen werkgever en werknemer.
D
Een afspraak tussen klant en verkoper
Slide 42 - Quizvraag
Wat is het verschil tussen een CAO (collectieve arbeidsovereenkomst) en een arbeidsovereenkomst (contract)
A
CAO is wettelijk verplicht, contract niet
B
CAO geldt voor alle werknemers en een contract is individueel
C
Werkgevers hoeven zich niet aan een CAO te houden
D
In een contract staan alleen primaire arbeidsvoorwaarden
Slide 43 - Quizvraag
CAO
Arbeidsovereenkomst
Loon
Werktijden
vakantiedagen
Startdatum
einddatum
bepaalde of onbepaalde tijd
Handtekening werknemer
Slide 44 - Sleepvraag
Zoek de zinsdelen bij elkaar (sleep van links naar rechts)
waarin werkgever en werknemer zonder reden de arbeidsovereenkomst kunnen beëindigen.
lager zijn dan het minimumloon of het minimumjeugdloon.
staan de rechten en plichten van jou en je baas.
de afspraken die gelden als je ergens werkt.
die geldt voor alle werknemers binnen dezelfde bedrijfstak.
op je rekening gestort krijgt.
Arbeisdvoorwaarden zijn
In je individuele arbeidsovereenkomst
Nettoloon is het geld dat je
Je loon mag niet
De proeftijd is de tijd
Een CAO is een arbeidsovereenkomst
Slide 45 - Sleepvraag
Rekenvaardigheden
Ik let er op dat ik:
Een berekening geef
De eenheid erbij zet: €
Een komma zet ipv een punt
2 cijfers achter de komma zet bij €
Rekentrainer
Slide 46 - Tekstslide
Doel:
Je weet wat je moet weten voor de toets.
Je weet aan welk onderdeel je nog aandacht moet besteden voor de toets.
Al je vragen zijn beantwoord.
Slide 47 - Tekstslide
Aan de slag
(Afronden paragrafen)
Mindmap maken
Flitskaarten
Test jezelf
Diagnostische toets
Versterk jezelf*
Slide 48 - Tekstslide
Versterk jezelf
Slide 49 - Tekstslide
Slide 50 - Tekstslide
Vooruitblik
Volgende les is de toets van hoofdstuk 7.
Je weet dat je goed bent voorbereid
voor de toets.
Slide 51 - Tekstslide
En verder tot einde les:
Reflecteren:
1) Bekijk de vraag
2) Snap ik het?
3) Reset
4) Opnieuw maken
3) Uitleg vragen
4) Opnieuw maken
Ja
Nee
Slide 52 - Tekstslide
B
Leren en maken:
Hoofdstuk 7 af
KGT
Leren en maken:
Hoofdstuk 7 af
Huiswerk
27 mei:
Toets hoofdstuk 7
Slide 53 - Tekstslide
Nabespreking
Hoe is het gegaan?
Wat ging goed?
Wat vond je moeilijk?
Welke vragen heb je nog?
Slide 54 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
leerjaar 3 hst 4 les 3
Januari 2020
- Les met
20 slides
Economie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Arbeid en Productie 4KB
April 2024
- Les met
20 slides
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
4Havo Marktvormen en marktfalen lesweek 8 1 maart 2021
Februari 2021
- Les met
27 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H2.1 Werk over en te kort
Oktober 2022
- Les met
21 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 3,4
Les 3 Werk
November 2021
- Les met
26 slides
Burgerschap
MBO
Studiejaar 1
WEEK 22 3H ECO 6.4 ARBEIDSMARKT
Mei 2020
- Les met
14 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Werkloosheid
Januari 2019
- Les met
39 slides
door
economie voor vmbo
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3,4
economie voor vmbo
Les 3 Werk
Maart 2024
- Les met
25 slides
Burgerschap
MBO
Studiejaar 1