Stamboom maken

Geschiedenis
Ik en mijn familie
Maak je eigen stamboom
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Geschiedenis
Ik en mijn familie
Maak je eigen stamboom

Slide 1 - Tekstslide

Doel van vandaag
Je kent de geschiedenis van de eigen familie 
en/of de eigen omgeving

Slide 2 - Tekstslide

In dit thema leer je:
- Kijk je naar jezelf en andere kinderen.
- Kijk je hoe je ouders en opa en oma
klein waren.
- Maak je een stamboom van jouw
familie.

Slide 3 - Tekstslide

Waar denk jij aan bij het woord
stamboom?

Wat weet je al?

Slide 4 - Woordweb

Wat is een stamboom?
Een stamboom is iets anders dan een boomstam. 

Op een stamboom kan je zien hoe jouw familie is gegroeid, in de afgelopen jaren. 

Slide 5 - Tekstslide

Jouw familie
Jij hebt ouders. 
Dit kunnen een vader en moeder zijn, of twee vaders of moeders.

Maar, jouw ouders hadden ook eigen ouders:
jouw opa en oma. 

En ook jouw opa en oma hadden ouders.
Zo kunnen we een hele stap terug in de tijd.


Slide 6 - Tekstslide

Kijk goed
Dit is een voorbeeld van een stamboom. 

Wie zijn de twee oude mensen bovenaan?

Het goede antwoord vind je onder het vinkje.
Opa en Oma

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Maar.. ik snap het niet meer hoor! 
Het is logisch als je niet helemaal snapt hoe jouw familie in elkaar zit. Er zijn misschien wel heel veel mensen!

Om dat overzichtelijker te maken, kan je een stamboom maken.

Een stamboom kan je helpen om je eigen familiegeschiedenis beter te begrijpen. 

Slide 9 - Tekstslide

Ah.. zo! 
Als je stamboom af is, zie je direct wie jouw ouders zijn, wie je opa en oma zijn of misschien wel je tante of oom. 

Iedereen die in jouw familie hoort, staat op je stamboom. 
Dit kunnen ook familieleden zijn die overleden zijn. 


Slide 10 - Tekstslide

Opa en Oma
Bovenaan de stamboom komen jouw opa en oma. 

Heb je twee opa's en oma's? Kies dan 1 paar uit.


Slide 11 - Tekstslide

Kijk goed
Wie staat er onder de pijl?
Wat is dit van jouw opa en oma?

Het goede antwoord vind je onder het vinkje.

En waarom staat er een hartje tussen beide paren in?

Kinderen

Slide 12 - Tekstslide

Jouw ouders
Je opa en oma kregen jouw vader of moeder. 

Onder je opa en oma komen dus jouw ouders. 

Dit kunnen een vader en moeder zijn, 
of twee moeders of twee vaders. 




Slide 13 - Tekstslide

Kijk goed
Wie zou dit kunnen zijn?

Het antwoord vind je onder het vinkje.
De kinderen van jouw ouders. Jij dus!

Slide 14 - Tekstslide

Jij en je broers en zussen
Onder jouw ouders sta jij, samen met je broers en zussen. 

Jullie staan helemaal onderaan de stamboom. 

Er staan nog geen vakjes onder, 
omdat jij nog geen eigen kinderen hebt. 

Wanneer dit later wel zo is, kan je de stamboom aanvullen. 

Slide 15 - Tekstslide

Let's go!
Laten we aan de slag gaan. 

Wat heb je nodig?

2 werkbladen
Gekleurde potloden
Grijs potlood

Slide 16 - Tekstslide

Stap 1: tekenen
Maak dit blad na en teken in ieder fotolijstje een tekening van jouw familielid. 

Familieleden die overleden zijn, horen ook in jouw stamboom. 


Slide 17 - Tekstslide

Stap 2: knippen
Zijn je familieleden af?

Knip de fotolijstjes dan uit.

Leg ze daarna netjes op tafel.

Slide 18 - Tekstslide

Stap 3: kleuren
Kleur de boom.


Slide 19 - Tekstslide

Stap 4: plakken
Plak de fotolijstjes in de boom, net als bij een echte stamboom. 

Begin met opa en oma, daarna je ouders en daarna hun kinderen.

Slide 20 - Tekstslide

Stap 5: lijnen trekken
Trek lijnen in jouw stamboom, zodat duidelijk wordt hoe de stamboom in elkaar zit. 


Slide 21 - Tekstslide

Evalueren
Wat is het verschil tussen een boomstam en een stamboom?

Wat kan je zien op een stamboom?

Wie staan er helemaal onderaan, bij een stamboom?

Kun je van stambomen maken je beroep maken?

Slide 22 - Tekstslide