DVR_Les 3

• Muziek
• Beroepsopleiding

¡Hola!

1. Werkwoorden: Tegenwoordige tijd: Hablar/Comer/Vivir
   
2.  Ontkenning 
3. Herhaling: Ser/Estar/Gustar

Plan para hoy

¡Hablemos!

¿Cómo te llamas? Me llamo ...

¿De dónde eres? Soy ...

¿Qué lenguas hablas? Hablo ...(holandés, 

berber, árabe, turco, francés, papiamento...)

¿Dónde vives? Vivo en ...

¿Quién es tu mejor amiga/o? Ella/El es (ze/hij is)...

¿Qué asignatura te gusta? Me gusta ...

¿Cómo? Hoe?

¿Dónde? Waar?

¿Qué? Wat?

¿Quién? Wie

Weet je nog? Terugblik naar werkwoorden in het TT

Maak een zin met HABLAR
(persoonsvorm: Nosotros)

Maak een zin met COMER
(persoonsvorm: Vosotros)

Maak een zin met VIVIR
(persoonsvorm: Ellos)

Maak een ontkennende zin:
Ellas visitan Rotterdam

SER

 bij een eigenschap

 oorsprong

 eigendom

 tijd en datum

 beroep

ESTAR  

gevoelens

gezondheid

toestand

ligging van plaatsen

eemalige situaties

ZIJN

Beschrijf een vriend/vriendin in 3 zinnen. [El es/Ella es]
Gebruik:
En primer lugar/Primero, (ten eerste) ... zeg iets positief
También, (ook) ... zeg iets positief
Pero, (maar) ... zeg iets negatief

Ejercicio 32A (p.30) - Pasatiempos (hobby's)

¡Adiós!