Email versturen

E-mails sturen
formeel/informeel
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

E-mails sturen
formeel/informeel

Slide 1 - Tekstslide

Doel van het thema
Aan het einde van dit thema kun jij een formele email sturen.

Je leert:
- hoe je tot het onderwerp van de mail komt
- de vaste onderdelen van een email
- het verschil is tussen een formele mail/ informele mail
- hoe je de aanhef in een formele mail schrijft- 



Slide 2 - Tekstslide

Formele / informele mail

Slide 3 - Tekstslide

Lesplanning
  1. Doelen van de les
  2. Samenwerk opdracht - zoek de verschillen
  3. Instructie formele/ informele mail
  4. Instructie onderwerp
  5. Zelfstandig werken > opdracht ; netflix account opzeggen
  6. Doelen van de les nabespreken 

Slide 4 - Tekstslide

Doelen van de les
  1. Aan het einde van de les kun je in eigen woorden uitleggen wat het verschil is tussen een formele e-mail en informele e-mail

  2. Aan het einde van de les kun je drie voorbeelden noemen waaraan je kunt zien of een e-mail formeel of informeel is.

  3. Aan het einde van de les weet je waar je het onderwerp van de e-mail moet schrijven.

  4. Aan het einde van de les heb je een formele e-mail geschreven

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 1
Werk ik tweetallen
Lees de twee e-mails 
Zoek de verschillen
Schrijf zoveel mogelijk verschillen op

Bespreek de antwoorden in de klas

Slide 6 - Tekstslide

formele e-mail
Formele mail is een zakelijke mail
Je taal gebruik is beleefd 
Je kent de ontvanger niet of er is een zakelijke afstand.

 je gebruikt 'U' in plaats van 'Je'

Je gebruikt het woord 'Geachte' en gebruikt de voor en achternaam van de ontvanger 
Je sluit af met 'Vriendelijke groet' met je voor en achternaam

Geachte Mevr. van Dalen,
Geachte Meneer Yilmaz,
Geachte A. al Moebarat,



Vriendelijke groet, 
M. Janssen
Vriendelijke groet,
Mo el Fassi  





Slide 7 - Tekstslide

Informele e-mail

Informele e-mail spreektaal 
Je taal gebruik zoals je ook zou praten. 
Je kent de ontvanger persoonlijk 


Je gebruikt het woord 'Beste' en gebruikt de voornaam van de ontvanger 
Je sluit af met 'Groetjes' met je voornaam

Beste Khalil, 
Hallo oma, 
Liefste Yasmina,
Groetjes Lenny

Tot snel, 
Achmed  





Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Onderwerp van de mail
Het onderwerp van de mail is een samenvatting van een of een paar woorden waarin je de kern van je mail duidelijk maakt 

De ontvanger weet meteen waar de mail over gaat. 

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 
Schrijf een formele e-mail naar Netflix:
- Schrijf de juiste aanhef
- Geef aan dat jij je abonnement niet meer gebruikt en het te duur vindt
- Geeft aan dat jij per 1 nov 2025 je abonnement wil opzeggen
- Sluit op de juiste manier af
- Gebruik het juiste taalgebruik 
- Gebruik hoofdletters 

   Mail naar je docent


Slide 11 - Tekstslide

Doelen nabespreken
  1. Noem drie verschillen tussen een formele en informele e-mail.


  2. Wat is het onderwerp van een e-mail en waar schrijf je dit?


  3. Is het gelukt om een e-mail te sturen. Wat was er nog moeilijk? 


Slide 12 - Tekstslide

Hulpvraag stellen via de mail
Les 3

Slide 13 - Tekstslide

Terugblik vorige les
Wat weet je nog? 

Wat is het verschil tussen een formele en informele mail. 
Hoe begin je een formele mail? 
Hoe eindig je een formele mail? 
Naar wie stuur je een formele mail? 
Wat kun je vertellen over het taalgebruik van een formele mail? 

Slide 14 - Tekstslide

Lesplanning
  1. Doelen van de les
  2. Oefening > formele mail naar stagecoach
  3. Instructie opbouw van de mail > situatie > hulpvraag > afspraak
  4. Zelfstandig werken > opdracht 3; mail met hulpvraag 
  5. Doelen van de les nabespreken 

Slide 15 - Tekstslide

Doelen van de les
  1. Aan het einde van de les kun je in eigen woorden uitleggen hoe je een formele mail stuurt naar een persoon van stage/werk

  2. Aan het einde van de les kun jij een e-mail schrijven met een passende inleiding, kern en afsluiting

  3. Aan het einde heb jij een formele mail gestuurd waarin je een hulpvraag stelt over stage en aangeeft dat jij een gesprek wilt aanvragen

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht 
Werk zelfstandig
Lees het werkblad
Omcirkel de juiste antwoorden
Bespreek de antwoorden in de klas



Je wilt een mail schrijven naar je stagecoach op school of je leidinggevende van stage. Je weet dat je een formele mail moet sturen. 
Welke keuzes maak jij tijdens het schrijven van de mail. 

Slide 17 - Tekstslide

Antwoorden

Slide 18 - Tekstslide

Het schrijven van een e-mail
Als je een tekst van een e-mail schrijft is het fijn voor de lezer als deze een goede opbouw heeft. De ontvanger van de e-mail begrijpt dan beter wat jouw vraag is. 

Een e-mail heeft een:
  • inleiding
  • kern
  • slot 


Een beschrijving van de situatie. Bijvoorbeeld: 
Er zijn een aantal dagen dat je niet naar stage kunt komen.
Wat voor hulp je zou willen
Bijvoorbeeld 
Een afspraak met je leidinggevende waarin je de planning gaat bespreken 
Een hulpvraag.
Bijvoorbeeld:
Je hebt hulp nodig bij het aanvragen van een vrije dag

Slide 19 - Tekstslide

Opdracht 


  • Gebruik het werkblad als kladversie
  • Schrijf een formele e-mail naar je stage coach
  • Stuur deze mail naar je docent

Slide 20 - Tekstslide