H5.3 - Van infrarood tot ultraviolet (werkles)

Dag R3A! Ga op de juiste plek zitten, zorg dat je bent ingelogd op de lessonup!
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Dag R3A! Ga op de juiste plek zitten, zorg dat je bent ingelogd op de lessonup!

Slide 1 - Tekstslide

Dag R3B! Ga op de juiste plek zitten, zorg dat je bent ingelogd op de lessonup!

Slide 2 - Tekstslide

5.2 Van infrarood tot ultraviolet

Slide 3 - Tekstslide

Bij een regenboog zie je uit welke kleuren het zonlicht bestaat. Hoe wordt zo’n kleurenband ook wel genoemd?
A
Spectrum
B
kleurenboog
C
infrarood
D
kleurscharkering

Slide 4 - Quizvraag

Naast de zichtbare kleuren van het zonlicht komen ook nog twee andere soorten licht voor.
Dit zijn:
A
infrarood en zwart
B
infrarood en ultraviolet
C
ultraviolet en backlight
D
infrarood en backlight

Slide 5 - Quizvraag

Stan zijn trui is geel. Er schijnt blauw licht op. Welke kleur zie je de trui dan?
A
Zwart
B
Geel
C
Groen
D
Blauw

Slide 6 - Quizvraag

Noteer twee apparaten die gebruikmaken van uv-straling.

Slide 7 - Open vraag

Noteer twee apparaten die gebruikmaken van infraroodstraling.

Slide 8 - Open vraag

Wat neemt meer licht op: een zwarte jas of een witte jas?
A
Zwart
B
Wit

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

SPECTRUM

Slide 11 - Tekstslide

  • infra letterlijk  = voor het rood
  • infrarood (IR) wordt ook warmtestraling genoemd
  • IR lamp zendt een beetje  rood licht uit

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

  • ultra letterlijk: voorbij violet
  • ultra violet (UV) lamp zendt een beetje violet licht uit
  • blacklight

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Ultraviolet
  • Voorbij het violet
  • Straling van de zon
-> fluoresceren = stoffen laten oplichten door UV!


  • Te veel UV-straling is slecht voor je -> (zwak) ioniserende straling
  • -> Zonnebrand

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Ga nu zelf aan de slag
Wat? Maak opdracht: H5.2 - 1 t/m 10 + test jezelf
Hoe? De eerste 10 minuten is individueel in stilte werken. Na deze tijd mag je fluisterend met je buurman of buurvrouw overleggen.
Hoe lang? Tot het einde van de les
Klaar? Lees vast H5.3 en maak de opdrachten

Slide 18 - Tekstslide