9. Comprensión lectora (1p) 30th May

¿Que día es hoy?

Escribe la fecha en tu cuaderno

Hoy es .......
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

¿Que día es hoy?

Escribe la fecha en tu cuaderno

Hoy es .......

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plan para hoy
  1. Repasamos el vocabulario.  
  2. Aprendemos a leer y entender un texto complicado.


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

¿Una historia de... amor?

Escucha y lee el diálogo.
¿Qué significa...
- una marca?
- un diseñador?
- un guardarropa?
- mirar escaparates?

Slide 5 - Tekstslide

Mira 1, Página 90
¿Qué significa una marca?
A
a mark
B
a spot
C
a brand
D
a point

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

¿Qué significa un diseñador?
A
a model
B
fashionable
C
a brand
D
a designer

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

¿Qué significa un guardarropa?
A
a wardrobe
B
fashionable
C
a model
D
a style

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

¿Qué significa mirar escaparates?
A
to escape
B
to try on clothes
C
to watch a fashion show
D
to window shop

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Let's put your reading skills into practice!
Write your sentence in the next slide.

Slide 10 - Tekstslide

Página 91, Ejercicio 3
In one short English sentence, what is the text about?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Pon estas frases en el orden del texto.
A
6, 7, 2, 3, 8, 1, 4, 5
B
6, 8, 7, 3, 2, 1, 4, 5
C
6, 2, 7, 4, 5, 8, 1, 3
D
6, 1, 7, 3, 5, 2, 8, 4

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Contesta a las preguntas en español, utilizando las frases completas.
2) ¿Qué le gusta a Juana de su trabajo?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Contesta a las preguntas en español, utilizando las frases completas.
1) ¿Cuántos Goyas ha recibido Juana?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Contesta a las preguntas en español, utilizando las frases completas.
3) ¿Por qué Juana no trabajó mucho en Amor, Amor?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Contesta a las preguntas en español, utilizando las frases completas.
4) ¿Qué tipo de película es "Nunca en Madrid"?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Contesta a las preguntas en español, utilizando las frases completas.
5) ¿Cuántos conjuntos va a tener María en "Nunca en Madrid"?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Contesta a las preguntas en español, utilizando las frases completas.
6) ¿Qué va a llevar?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Escuchar para captar lo esencial
Mira el video en la diapositiva siguiente...

¿Cuál sería un título apropiado?

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

¿Cuál sería un título apropiado?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Escuchar para identificar detalles
Mira otra vez el video y contesta a las preguntas en la diapositiva siguiente...
  1. ¿Cuál es el color preferido del señor?
  2. ¿De qué color es el vestido que compra la niña?
  3. ¿Qué significa la frase «te queda bien»
  4. En tu opinión, ¿el vestido de novia que compra la chica le queda bien o no? ¿Por qué?
Predict what vocabulary might you hear...

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

¿Cuál es el color preferido del señor?
A
azul
B
rojo
C
blanco
D
negro

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

¿De qué color es el vestido que compra la niña?
A
amarillo
B
rojo
C
blanco
D
negro

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

¿Qué significa la frase
«te queda bien»?
A
it matches
B
it's in your price range
C
it suits you
D
it stays well

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

En tu opinión, ¿el vestido de novia que compra la chica le queda bien o no? ¿Por qué?
(answer in Spanish)

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Las frases claves
¿Cómo se dice estas frases en inglés según el video?
Habla con un compañero/una compañera y contesta en las diapositivos siguientes.
¿Qué tal?          Es más chulo.           ¡Qué mono!           probar
¿Cómo te queda?        Yo lo veo cortito          Te lo puedes poner
Nos llevamos...        Se ve muy mono
Aquí tienes.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Es más chulo.
A
It's wider.
B
It's cuter.
C
It's cooler.
D
It's the coolest.

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

¡Qué mono!
A
How expensive!
B
How cute!
C
How ridiculous!
D
How pretty!

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

probar
A
to buy
B
to repair
C
to try
D
to return

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

¿Cómo te queda?
A
How does it fit?
B
How do you feel?
C
What do you think?
D
How does it look?

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Yo lo veo cortito.
A
I think it's pretty.
B
I think it's long.
C
I think it's ugly.
D
I think it's short.

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Te lo puedes poner.
A
You can take it off.
B
You can put it on.
C
You can return it.
D
You can buy it.

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nos llevamos...
A
We'll return...
B
We'll try on...
C
We'll take...
D
We'll sell...

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Se ve muy mono.
A
It looks very cute.
B
It looks very ugly.
C
It looks amazing.
D
It looks too big.

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aquí tienes
A
It's over there.
B
It's over here.
C
Take it.
D
Here you go!

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies