TV2G leçon 19: wederkerende werkwoorden 2

Bonjour
Bonjour TV2H
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Bonjour
Bonjour TV2H

Slide 1 - Tekstslide

Programme 
pour la leçon 19
        Aujourd'hui (=vandaag) :
- Huiswerk overhoren 2-3 N-F
- Wederkerende werkwoorden: partie 2
- Travailler le dialogue 1 page 35
- Écouter sur D'Accord












mardi 11 avril

Slide 2 - Tekstslide

huiswerk overhoren 2-3 N-F

Slide 3 - Tekstslide

Kies de juiste vorm van de présent:
Je __ lave à huit heures du matin (se laver).
A
te lave
B
me lave
C
lave me
D
lave te

Slide 4 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van de présent:
Nous ___
A
couchez nous
B
nous couchez
C
couchons nous
D
nous couchons

Slide 5 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van de présent:
Elle __ deux fois par jour.
A
se brosse les dents
B
elle brosses les dents
C
se brosses les dents
D
brosse se les dents

Slide 6 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van de présent:
Tu __ à 6:30.
A
tu réveille
B
te réveille
C
te réveilles
D
tu réveilles

Slide 7 - Quizvraag

Traduisez:
Ik sta om half acht op.

Slide 8 - Open vraag

Traduisez:
Jij kleedt je aan om kwart over acht.

Slide 9 - Open vraag

Deel 2
De wederkerende werkwoorden in de présent + ontkenning

Slide 10 - Tekstslide

Welke woorden gebruik je voor ontkenning in het Frans?

Slide 11 - Tekstslide

2. ontkenning

Je ne me réveille pas à sept heures et demie.

Ik word niet wakker om half acht.

Slide 12 - Tekstslide

De ontkenning in de présent
persoonlijke voornaamwoord + ne + wederk. vnw. + persoonsvorm + pas: 

Je ne me couche pas
Tu ne te couches pas
Il/Elle/On ne se couche pas
Nous ne nous couchons pas
Vous ne vous couchez pas
Ils/Elles ne se couchent pas

Slide 13 - Tekstslide

Supplément page 30
Faire l'exercice D

Slide 14 - Tekstslide

Exercice D
  1. Patrick ne se réveille pas à …
  2. Aziz et Michel ne se rasent pas.
  3. Pourquoi tu ne te brosses pas les dents ?
  4. Nous ne nous lavons pas dans la cuisine.
  5. Vous ne vous habillez pas avant … ?
  6. Je ne me couche pas à 8 heures du soir.

Slide 15 - Tekstslide

Pratiquez le dialogue 1 page 35

Slide 16 - Tekstslide

RAPPEL: les nombres 

Slide 17 - Tekstslide

Tientallen

  • 10 = dix
  • 20 = vingt
  • 30 = trente
  • 40 = quarante
  • 50 = cinquante
  • 60 = soixante
vanaf 70...... 



  • 70 = soixante-dix => 60+10
  • 80 = quatre-vingt => 4x20
  • 90 = quatre-vingt-dix => 4x20+10

Slide 18 - Tekstslide

Wat moet je weten.... 
  • 1 t/m 20
  • tientallen
  • -1 --> ET (71 = soixante-et-onze), behalve bij 81/91
  • -2t/m- 9 --> - (72 = soixante-douze)
  • 100 = cent -->  deux cents
  • 1000 = mille 

Slide 19 - Tekstslide

D'accord : écouter
Chapitre 2 > 2.2 > exercices 2 + 3 + 4 + 5

Slide 20 - Tekstslide

DEVOIRS
Fairesupplement, page 30, exercice E. 
  • Maak het huiswerk zonder Google Translate om wederkerende werkwoorden te oefenen.
  • Plaats je opdracht in Classroom > Classwork > Devoirs. 
  • Als ik zie dat jouw opdracht niet persoonlijk is of als jij ze niet maakt, verlies je een punt van jouw huiswerkcijfer.

Apprendre: quizlet/wrts voca 2-6 N-F

Slide 21 - Tekstslide