Spreken (Inhoud)

SPREKEN
Voorbereiding op het examen SPREKEN
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

SPREKEN
Voorbereiding op het examen SPREKEN

Slide 1 - Tekstslide

Ik vind presenteren spannend
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 2 - Quizvraag

Wat zijn valkuilen bij presenteren?

Slide 3 - Open vraag

Opbouw van een presentatie
  • Inleiding
  • Middenstuk
  • Slot 

Slide 4 - Tekstslide

Inleiding
  • Verras met een leuke opening (bijvoorbeeld een weetje of een leuke anekdote (SLIDE 1)
  • Vertel waar de presentatie over gaat (SLIDE 2)

Slide 5 - Tekstslide

Kun je een creatieve opening bedenken
bij het onderwerp STAGE?

Slide 6 - Woordweb

Middenstuk
  • Zorg voor minimaal drie deelonderwerpen
  • Per deelonderwerp maak je één of twee slides

Slide 7 - Tekstslide

Kun je een deelonderwerp bedenken
bij het onderwerp STAGE?

Slide 8 - Woordweb

Slot
  • Geef aan het einde van je presentatie een conclusie of korte samenvatting (slide)
  • Maak duidelijk dat de presentatie afgelopen is (slide)

Slide 9 - Tekstslide

Welke tekst kun je op de laatste slide zetten?

Slide 10 - Open vraag

            Werk met een plan!
  •  Maak aan de hand van het onderwerp DEELONDERWERPEN
  • Bedenk een goede opening
  • Bedenk een goed slot (samenvatting of conclusie)

NB Deze volgorde is belangrijk!
  • Werk deze uit in Powerpoint!!!

Slide 11 - Tekstslide

Een aantal vraagjes...

Slide 12 - Tekstslide

INHOUD: in de presentatie staat alleen belangrijke informatie.
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quizvraag

INHOUD: op de eerste slide staat duidelijk wat het onderwerp is.
A
ja
B
nee

Slide 14 - Quizvraag

INHOUD: op de tweede slide staat de opbouw van de presentatie.
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quizvraag

INHOUD: per deelonderwerp is er één (maximaal 2) slide(s) gemaakt.
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quizvraag

INHOUD: De laatste dia maakt duidelijk dat de presentatie is afgelopen.
A
ja
B
nee

Slide 17 - Quizvraag

VORM: de tekst bestaat uit steekwoorden en korte zinnen.
A
ja
B
nee

Slide 18 - Quizvraag

VORM: de presentatie bevat enkele afbeeldingen en/of filmpjes die goed passen bij het (deel)onderwerp.
A
ja
B
nee

Slide 19 - Quizvraag

VORM: alle dia’s hebben dezelfde stijl en niet te veel verschillende kleuren, lettertypen of lettergroottes.
A
ja
B
nee

Slide 20 - Quizvraag

TAALVERZORGING: de tekst is foutloos geschreven.
A
ja
B
nee

Slide 21 - Quizvraag

TAALVERZORGING: punt, vraagteken en uitroepteken zijn op de juiste manier gebruikt.
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quizvraag

TAALVERZORGING: elke zin begint met een hoofdletter.
A
ja
B
nee

Slide 23 - Quizvraag

En nu aan de slag!
Opdracht:

Maak een presentatie in Powerpoint over jouw favoriete vakantiebestemming. Zorg voor drie deelonderwerpen. 

Slide 24 - Tekstslide