par 2: De Russische Revolutie

Hoofstuk 3:

De Sovjet Unie









1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare school

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Hoofstuk 3:

De Sovjet Unie









Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je herkennen en uitleggen wat de oorzaken van de Russische Revolutie waren, hoe de communisten de macht veroverden en hoe de Sovjet-Unie bestuurd werd. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet jij eigenlijk
van Rusland?

Slide 4 - Woordweb


De Sovjet-Unie



De Sovjet-Unie is de naam voor Rusland (met een aantal andere landen) tussen 1922 en 1991, toen het land een communistische dictatuur was.

Een sovjet is een raad van boeren, arbeiders en soldaten.
Het bestuur van Sovjet-Unie zou in handen van deze sovjets moeten zijn...

Slide 5 - Tekstslide

economisch/politieke situatie in Rusland rond 1900
1. veelvolkerenstaat.
2. groot leger, slecht georganiseerd.
3. tsaar en adel oppermachtig; Doema (1905) weinig macht.
4. veel verpauperde boeren (80 % van de bevolking).
5. industrialisatie laat begonnen.
Economisch/ politieke situatie in Rusland rond 1900
1. Veel verschillende volken in een land

2. Groot leger, maar slecht georganiseerd

3. Tsaar en adel oppermachtig. Het parlement (de Doema) had weinig macht

4. Veel arme boeren (80% vd bevolking)

5. Industrialisatie laat begonnen

Slide 6 - Tekstslide

Rusland voor 1917
  • Keizerrijk (Russische keizer is een tsaar, die alle macht heeft)

  • Grote verschillen tussen arm en rijk.

  • Bondgenoot van Engeland en Frankrijk vóór en tijdens de Eerste Wereldoorlog (tot 1917).

  • Zeer slecht geïndustrialiseerd.

Slide 7 - Tekstslide

Tsaar Nicolaas II
Heerser van een veelvolkeren staat.
Tsaar en adel maken dienst uit in
Rusland waar
bureaucratie erg hoog is.
Kritiek uiten gevaarlijk -->
geheime dienst.
Rusland kende slechte economie,
volk was arm en kende geen eenheid.



Slide 8 - Tekstslide

Oorzaken Russische revolutie
  • Volk heeft het slecht: armoede, gebrek aan alles, ook aan inspraak

  • Verlies Russisch-Japanse oorlog (1904-1905)

  • Bloedig neerslaan van opstand (1905): Bloedige zondag

  • Grote verliezen in de Eerste Wereldoorlog

Slide 9 - Tekstslide

Bloedige Zondag 1905
De Russische bevolking wil tijdens een demonstratie
de tsaar duidelijk maken dat het niet zo goed gaat in het land 
én om hem te ondersteunen: de meeste demonstranten
zijn helemaal niet tegen de tsaar!
Gevolg Bloedige Zondag: invoering doema (parlement). Weinig invloed!

Slide 10 - Tekstslide

Grote verliezen in WO I
Het Russische leger is groot, 
maar zwak en slecht uitgerust.
Soms hebben soldaten niet eens een wapen

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Wat is communisme? (1)
  • Arbeiders aan de macht

  • Alle rijkdommen (ook de fabrieken en de machines) naar de arbeiders

  • Omdat 'rijken' en fabrikanten dit niet zomaar zullen laten gebeuren zal er een revolutie van arbeiders komen, mét geweld.

Slide 13 - Tekstslide

Wat is communisme? (2)
  • Einde aan de klassenmaatschappij (indeling van de maatschappij naar economische positie)

  • Mensen hebben evenveel bezit: economische gelijkheid

  • Tegen kapitalisme (ergens geld in stoppen met als doel meer geld te verdienen: winst maken). 


Slide 14 - Tekstslide

 Vijf fases
*concentratie/ cumulatie 
*verelendung
*revolutie
*dictatuur van het proletariaat
*Communistische/marxis- tische heilstaat

Slide 15 - Tekstslide

Communisme in Rusland
  • Russische communist Lenin paste de leer van Marx aan.
  • Rusland had namelijk geen fabrieksarbeiders.
  • Volgelingen van Lenin noem je Bolsjewieken.
  • Zij werden door de geheime politie van de tsaar flink bestreden. 
  • Geen spontane arbeidersrevolutie maar geleid door voorhoede. 

Slide 16 - Tekstslide

Februari 1917
  • Voedselrellen en stakingen
  • Demonstraties tegen de tsaar
  • Er komt een voorlopige (democratische) regering o.l.v. de mensjewieken (gematigde communisten)
  • Taken: verkiezingen voorbereiden, grondwet opstellen en een einde maken aan de oorlog (gebeurt niet!)

  • Tsaar Nicolaas II treedt af 

Slide 17 - Tekstslide

De Romanovs

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Oktober 1917
  • Onrust in Rusland blijft

  • Duitsland(!) helpt Lenin, Rusland binnen te smokkelen (april 1917)

  • Communisten o.l.v. Lenin grijpen de macht en de voorlopige regering wordt afgezet

Slide 21 - Tekstslide


Aprilstellingen van Lenin
april 1917











Alle grond aan de boeren
Alle macht aan de sovjets
Alle fabrieken aan de arbeiders
Vrede met Duitsland

Slide 22 - Tekstslide


Vrede van Brest-Litovsk
maart 1918





Het communistische Sovjet-Rusland (later: Sovjet-Unie) sluit vrede met Duitsland
en laat zijn oude bondgenoten, Engeland en Frankrijk, in de steek

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Burgeroorlog 1918-1922
Burgeroorlog:
- Witten
(Mensjewieken, tegenstanders Oktoberrevolutie, aanhangers tsaar) 
VECHTEN TEGEN
- Roden 
(Bolsjewieken, aanhangers Lenin)

Slide 25 - Tekstslide

Rusland/ SU na de burgeroorlog
  • 1922 overwinning Rode leger.
  • Rusland wordt Sovjet-Unie.
  • Eenpartijstaat: alleen de Communistische Partij was toegestaan
  • Lenin was de leider
  • Iedereen is gelijk
  • Mannen en vrouwen deden hetzelfde werk en verdienden hetzelfde loon. 
  • Steeds meer scholen, gratis onderwijs
  • Gratis gezondheidszorg

Slide 26 - Tekstslide

Verdiepingsstof:
Zelf te bekijken filmpje over het begin van de Russische Revolutie, met kijkvragen. 

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Vragen bij de video Van Tsaar tot Lenin: 
Youtube.com schooltv van Tsaar tot Lenin: https://m.youtube.com/watch?v=XBTpReM4Hn8
1. Wat kun je zeggen over de mate van industrialisatie in Rusland rond 1900?
2. Wat kun je zeggen over het leven van de boeren/  de arbeiders? 
4. Waarom investeerden de Fransen graag in Rusland?
5. Welk geloof was er in Rusland, en welke rol speelde de kerk in de politiek?
6. Wat voor soort vorst was tsaar Nicolaas II?
7. Welke laag ontbrak er in de Russische samenleving?
8. a. Aan welk land werd in 1904 de oorlog verklaard?
     b. Welke conclusie werd getrokken uit de oorlog/
     c. Waarom demonstreerde het volk?
     d. Hoe reageerde de tsaar op die demonstraties?
 

Slide 29 - Tekstslide

Belangrijke begrippen en personen
  • communisme
  • bolsjewieken
  • doema
  • Februarirevolutie
  • Oktoberrevolutie
  • Sovjet-Unie
  • eenpartijstaat
  • Tsaar Nicolaas II
  • Lenin 
  • Marx

Slide 30 - Tekstslide

Wat is een oorzaak voor de Februarirevolutie?
A
De slechte leefomstandigheden voor de bevolking
B
De standenmaatschappij
C
Het leven in de steden
D
Het leven op het platteland

Slide 31 - Quizvraag


Wat is fout?
A
De Februarirevolutie werd georganiseerd door Lenin
B
De Februarirevolutie startte in Sint-Petersburg
C
Soldaten kozen de kant van de demonstranten in de Februarirevolutie
D
De tsaar trad af als gevolg van de Februarirevolutie.

Slide 32 - Quizvraag

Wat is een gevolg van de Februarirevolutie?
A
Er ontstond een economische crisis
B
De Bolsjewieken kregen alle macht in handen
C
De tsaar moest afstand doen van de troon
D
De Sovjet Unie werd een eenpartijstaat

Slide 33 - Quizvraag


Waar of niet waar?
Duitsland speelde een belangrijke rol in de aanloop naar de Oktoberrevolutie. 
A
Waar
B
Niet waar

Slide 34 - Quizvraag


Welke omschrijving past het best bij de oktoberrevolutie?
A
Het was een spontane volksopstand, waarna de communisten de macht grepen.
B
Het was een georganiseerde staatsgreep van de communisten.
C
Het was een spontane volksopstand, waarna de Voorlopige Regering de macht greep.
D
Het was een georganiseerde staatsgreep van de Voorlopige Regering.

Slide 35 - Quizvraag

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je herkennen en uitleggen wat de oorzaken van de Russische Revolutie waren, hoe de communisten de macht veroverden en hoe de Sovjet-Unie bestuurd werd. 

Slide 36 - Tekstslide