Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
E4H les Duits donderdag 2 juni
Lesinhoud
Saida: inhalen Röder
1 voorzetsels 3e en 4e naamval
2 der-Gruppe
3 Britt, Daan Kleine (TW2),
Britt, Daan Kleine, Sanne Kramer (TW 3)
1 / 26
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
In deze les zitten
26 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Lesinhoud
Saida: inhalen Röder
1 voorzetsels 3e en 4e naamval
2 der-Gruppe
3 Britt, Daan Kleine (TW2),
Britt, Daan Kleine, Sanne Kramer (TW 3)
Slide 1 - Tekstslide
Voorzetsels
durch, für, gegen, ohne, um
Welke naamval komt er na deze voorzetsels?
Schrijf de persoonlijke voornaamwoorden (ich, etc.) op je blaadje in deze naamval.
Slide 2 - Tekstslide
Voorzetsels
om mij 1 Mach dir keine Sorgen __________ .
zonder u 2 Wir fangen nicht __________ an.
door jou 3 ______________ laüft alles schief!
tegen jullie 4 Ich spiele nicht mehr __________
voor hem 5 Ich habe das ____________ gemacht.
Slide 3 - Tekstslide
Voorzetsels
aus, bei, mit, nach, seit, von, zu
Welke naamval komt er na deze voorzetsels?
Schrijf de persoonlijke voornaamwoorden (ich, etc.) op je blaadje in deze naamval.
Slide 4 - Tekstslide
Voorzetsels
bij ons 1 Es ist jeweils gemütlich __________ .
uit mij 2 Es kommen keine Worte mehr __________ heraus.
met hen 3 ______________ laüft alles schief!
na jullie 4 Es gibt keine besseren Spieler mehr __________
van hem 5 Ich habe das Geschenk ____________ bekommen.
naar u 6 Ich werde gleich __________ kommen.
Slide 5 - Tekstslide
Samenvattend
Een aantal voorzetsels gaan samen met een vaste naamval.
Dit betekent dat na dit voorzetsel, het persoonlijk voornaamwoord in de naamval geschreven moet worden die bij dit voorzetsel hoort.
Slide 6 - Tekstslide
der/die/das en naamvallen
Weet je het nog?
der Mann die Frau das Kind die Kinder
Dit is de eerste naamval (Nominativ).
Schrijf het over op je blaadje en schrijf hieronder de bovenstaande znw in de
derde
naamval.
Slide 7 - Tekstslide
der/die/das en naamvallen
(1) der Mann die Frau das Kind die Kinder
(3) dem Mann der Frau dem Kind den Kinder
n
Staat er een voorzetsel met 3e naamval (abmnsvz)
of
blijkt uit de zin dat het znw in de 3e naamval moet...
dan gebruik je de rij zoals die bij (3) staat
Slide 8 - Tekstslide
Voorbeeld
1 Ich war den ganzen Abend bei _________ Kind.
2 Ich gebe ____________ Frau ein Geschenk.
3 Ich schenke ____________ Kinder_ ein Auto aus Holz.
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Open vraag
Samenvattend
Na aus, bei, mit, nach, seit, von, zu komt het
zelfstandig naamwoord (bv. der Mann)
in de 3e naamval te staan.
Geen voorzetsel in de zin? Dan ontleden:
aan/voor wie/wat + gezegde + onderwerp?
Slide 11 - Tekstslide
Tot slot
der-Gruppe:
der/die/das/die (mv)
dies-, solch-, jen-, manch-, jed-, all-, welch-, beid-
Waarom is dit allemaal tezamen de der-Gruppe?
Slide 12 - Tekstslide
der-Gruppe: dies-
(1) dies
er
Mann dies
e
Frau diese
s
Kind dies
e
Kinder
De uitgangen van dies- zijn hetzelfde als bij der, die, etc.
Het hoort dus bij dezelfde groep.
Slide 13 - Tekstslide
der-Gruppe: dies-
m v o mv
(1) dies
er
Mann dies
e
Frau diese
s
Kind dies
e
Kinder
De uitgangen van dies- zijn hetzelfde als bij der, die, etc.
Schrijf nu op je blaadje:
dies-
in de 3 naamval.
Slide 14 - Tekstslide
der-Gruppe: dies-
m v o mv
(1) dies
er
Mann dies
e
Frau diese
s
Kind dies
e
Kinder
(3) diesem Mann dieser Frau diesem Kind diesen Kindern
Slide 15 - Tekstslide
Inloggen
Log nu in bij deze les.
Er komen vragen over de der-Gruppe in de 1e en 3e naamval.
Succes!
Slide 16 - Tekstslide
Der-Gruppe
Slide 17 - Tekstslide
Wat is de der-Gruppe?
De der-Gruppe zijn de woorden die op de zelfde manier vervoegd worden als der/die/das.
Slide 18 - Tekstslide
Hast du bei ....... (deze) Mannschaft (v) trainiert?
A
dieser
B
diesen
C
diese
D
dies
Slide 19 - Quizvraag
Ich mache jeden Tag mit .... (de) iPad (o) die Hausaufgaben
A
dem
B
den
C
der
Slide 20 - Quizvraag
Mit ..... (deze mannen) kann unsere Mannschaft nicht verlieren.
A
diese Männer
B
diesen Männern
C
dieser Männer
D
diesem Männern
Slide 21 - Quizvraag
Nu zonder voorzetsels
Ontleed dus de zin
Slide 22 - Tekstslide
......(deze) Musik (v) finde ich toll
A
dieser
B
diese
Slide 23 - Quizvraag
Ich gebe .... (deze) alten Frau (v) ein Geschenk.
A
dieser
B
diese
C
diesem
D
diesen
Slide 24 - Quizvraag
.... (deze) Hausaufgaben (mv) sind nicht korrekt.
A
diesen
B
dieser
C
diese
Slide 25 - Quizvraag
Ich schenke ... (dit) Kind gar nichts.
A
dieser
B
diesen
C
dieses
D
diesem
Slide 26 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
V2 K3 Heute
Januari 2021
- Les met
14 slides
Deutsch
Secondary Education
KWT 3 vwo (6.12.23)
Mei 2024
- Les met
20 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
4T K2 voorzetsels en voornaamwoorden
December 2018
- Les met
19 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Die Fälle Klasse 3 Seite 65/66 TB
Mei 2018
- Les met
16 slides
3M_Kapitel 3 Teil 2 Grammatik I
April 2020
- Les met
21 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
H2d 4.6.2021 Wh Akk. Der-Gruppe, pers. voornaamwoorden
Juni 2021
- Les met
32 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
4T K2 der- en ein-Gruppe in 3e en 4e naamval
December 2018
- Les met
18 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
naamvallen 1e 3e en4e deel III
Juni 2023
- Les met
32 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2